, I* boom • Hout van Oberftein in het Trierfehè *
n r * ^et we^ e zcer duidelyk , hoewel wat onre-
Hoofd- gelmaadg, een Kruis vertoont en dus den
stuk. naam van Kruisfteen wel zou mogen voeren |
doch de Kleur van het Plaatje is* zo wel als
die der Tekening , donker bruin, des dezelve
zig niet veel uitmonftert. Men kan te minder
twyfelen, o f dezelve natuurlyk z y , aangezien
van de agterzyde ook eenig blyk daar van
voorkomt.
vetfchii- In Kleur is ’er tusfchen de Verfteende Hou*
lénde
Kleur der ten een aanmerkelyk verfchil, naar derzelver
Houten*5^ aart en hoedanigheid. De Gegravene Houten t
zogenaamd, zyn byna allen Koffykleurig bruin
en , die met Aardharst bezwangerd zyn, eeni-
germaatig blaauwachtig, gelyk de Kieshouden-
de, of byna geheel zwart. Die zwartheid munt
ongemeen uit in het zogenaamde Ebben-Hout,
waarvan ik een groot Stuk heb, dat in Draad
volkomen gelykt naar het Mauritius. Ebben;
zynde aan de gepolyste zyde glanzig git zwart.
Een Stuk dergelyk zwart Hout, dat veel
zweemt naar ’t Hout der Paarde - Karjlenge*
Eoomen , heb ik van Bamberg. Het Eiken-
Hout neemt ook wel die Kleur aan zegt Walch
en in ’t Pynboomen- Hout v a ir dezelve gedeel-
telyk, als gezegd is. Van het Nóoteboomen is
’ er veel, op de gepolyste zyde, donker Kastanje
bruin, fomtyds naar’t zwarte trekkende.
Geheel rood vindt men de Verfteerde Hou»
ten weinig, maar wel donker rood; gelyk ik
zodanig Jppelboomen van Koburg heb, en uit j.
Polen heb ik dergelyk gezien. Ik bezit eenArnRËL.
Stukje gemineralizeerd Hout van Chemnits inHooFó.
Saxen, hebbende een zeer fraaije paarfchachrigsTuK.
blaauwe of Violette Kleur. In ’t groene fpee-
len de Koburgfen , hoedanig ik verfcheide Stukken
bezit, zeer aartig. Volkomen geele verfteende
Houten, zo als die met Oker doordrongen
z yn , vindt men weinig , maar wel bleek
geelen, gelyk de Palmboomen , welke ik zo wel
van Tours in Turenne heb, als uit hetTrierle
en Tweebrugfe. Het Linden-Hout van by
Hanover en het gezegde Kienhout uit Hpnga-
r ie , is mede dus gekleurd. Ik heb zodanige
brokjes van Chartres in ’t Orleanois in Vrank-
ryk , van Eichftadt , vaD Dantzig en van den
Oever der Zwarte Zee. Het JVynJlok - Hout
van Meisfen , voorgemeld , is op de gepolyfte
Sncede Ifabelle-kleur. Graauwachtig vallen ook
fommigen, gelyk het Dennen en een Stuk half
verfteend Hout, myner Verzameling, uit T i*
rol. Bleek graauw zien eenige Beuken, en inzonderheid
het Haagbeuken, voorgemeld , dat
tevens een fraaije marmering heeft van bruin.
De Verkalkten zyn w it , gelyk dat van Brus-
fe l, daar ik voorheen vanfprak, en Stukjes van
T in e , niet ver van daar, die de byzondere ei-
genfehap hebben van, tegen elkander gewree-
ven of geflagen , in ’c donker Vuur te geeven
o fte vonken.
Een
III. Deel. II. Stuk,