I. Water daar op te gieten gefchiedt de uitgroei*
X X v " i ing *Poec^8er* 1° voornaame Huizen maakt
Hoofd* men ’er gebruik van. Op die zelfde plaatfen
stok. vak ook een verharde Aarde, van den zelfden
Km*. aart ('x). ;
Aarde.
Hoe zy Een aanmerkelyke zwaarigheid zouden fom»
Gebergten miSen hier ten °P zigc van den gezegden Oir-
ftaanz"n /P ron8 der Veen - Aarde kunnen inbrengen:
naamelyk, ,hoe het bykome, dat men dezelve
ook vindt op hooge Gebergten, zelfs op zo-
danigen , daar men Metaalmynen in heeft of
Granietbergen. Op de zodanigen komen vlakke
Velden voo r, met een o f twee Voeten
vrugtbaare Aarde, die behalve veele Boomen>
Heefters en Kruiden, ook goede Gras-Weiden
en Koornlanden uitleveren (j). Men vindt
’e r , bovendien , Valeijen, Moerasfen en ftaan-
de Wateren , waar in en om veele Planten
groeijen, die door den tyd zo wel in Veen ver*
anderen kunnen, als zulks in de Iaage Landen
gebeurt. E n , wat het Veen aangaat, dat men
op de toppen der Alpen vindt, daar naauw-
lyks Kruiden groeijen , dit zou ’er door den
Zondvloed moeten gebragt zyn, eveD als men
de Zee aan onze Kusten nog dagelyks ftukken
Dary, dat ook een Soort van Veen is , ziet
opwerpen.
Hier zoude men billyk kunnen vraagen, hoe
het
f x) FERRïRS Briefe aus TValfchland. p. 13 5,
(y) Phil. Trant. Vol. LVI. p. 23*,
liet bykomt dat de Teel-Aarde en het Veen,
heiden van Plantaartige afkomst, zo zeer ver- xXV.
fcbillen, en zo onderfcheidbaar zyn ? De T e el-Hoofd-
Aarde beftaat eigentlyk uit de fynfte Aarddeelen,STUK*
die, met Water, Oliën en Zouten, gemengd, als
Stof in de Lugt zyn opgevoerd, en, nederval-
lende, dat dunne Korstje uitmaaken, waar van
ik hier voor fprak. Het Veen beftaat uit de
groffte deelën der Plantgewasfen, daar de fynfte
Olie en het Zout, door de vogtigheid van
den Grónd , o f door het Water van Moerasfen,
grootendeelszyn uitgeloogd. Hierom moet,
öoodwendig, het Veen zo veel fchraaler dan
de Teel - Aarde zyn.
De Veen-Aarde, voor’ c overige, geeft, door Eigëns
haare Ëigenfcbappen , van gezegden Oirfprong f c l i a P P e a *
uit het Planten - Ryk genoegzaame blyken.
Tot Turf gedroogd vertoont zy duidelyk haa-
fe Vezelachtige zeïfftandigheid, en de aart van
haare brandbaarheid bewyst de afkomst genoegzaam.
Ook komt in de Asfehe, behalve
meer of min Yzerdeelen, gemeenlyk, door uit-
looging, een Alkalyn Zoutte voorfchyn, gelyk
uit verbrand Hout. Dat de veelheid daar van
minder i s , wordt door de menigte van Aard- en
Zanddeeleh , in de T u r f, of ook door ander
Zout, veroirzaakt. Door kooken in Water komt
’ér een ftinkend Vogt van, ’c welke, verdikt zyn-
6e , zuur is bevonden, met Loogzout opbrüi*
fchende. Door Dëftiilatie hébben fómmigèn
een Zuuren Geest en dan een roode Olie, ge-
V V jyfc
IlL Débl. il.Sfük.