ï.
Aft) EEK.
XII,
Hoofd»
STUK.
z y a e , een Vinger dik , by Eononie in Lom-
bardye door zynen Broeder gevonden (k ). Ook
z yn z y , byna allen , overlangs evenwydig ge-
ftreept ( £ J . T h e o p h r a s t u s heeft reeds
van Indifch R ie t , tot Steen geworden , dat
byna den aart van Koraal aangenomen hadt,
gewag gemaakt (&). Men heeft in ’t jaar
I 7 J 2 j in de Kolengroeven te Swanvichin Der-
byshire, een Rietfoortige Plant gevonden van
veertien Voeten lang, die ipits uitliep aan het
eene end en een grooten knobbel hadt aan ’£
andere* De omtrek in 5t midden was negen
Duimen, derhalve de dikte omtrent een Hand»
breed ( l ).
De Heer W a l c h geeft zeer fraaije Stukken
in Plaat van zodanige Kalamieten , welken
zyn Ed. achtte van uitheemfch, Indisch
o f Bamboes-Riet, afkomftig te zyn (ni), Allen
bevonden zy zig in ’t Naturaliön - Kabinet
van den Ryks. Hofraad S c h m i d e l , en het
grootfte derzelven , inderdaad, zou tot een
dikken Steng fchynen te behooren* Ik heb een
Rietftuk uit Pommeren, in zwarte L e y , *e
welk ruim zo duidelyk is, hier in Fig. 4 , op
Plaat X IV , naauwkeurig voorgefteld. Volgens
de rondte zou het byna de helft des omtreks
z yn : want de dikte is byna de helft der breedte
(») Herb. DHuv. Tab. III. Fig. j ,
<i) Zie Verft. Zaa^n In . DeeL i bladz< sj }
ik) Gesn* de Fig* Lap* p, tt$\