I.
Hier uit blykt de Alkalifche natuur van deeze
- Aarde (w).
* Zonderling is ’ t , dat de Grond, waar op
deeze Zoute Aarde groeit, des Winters, vog-
tig zynde , Gras uitlevert. Zo fchyDt dan die
Aarde niet onvrugtbaar te zyn , gelyk onze
brakke Kleijen, die flerk met Zee-Zout zyQ
bezwangerd ( x ), Het Natron , waar mede
L iN N iïD s de Ooüeriche gelyk (lelt, is van
eene Loogzoutige natuur; terwyl in dezelve,
zo zyn Ed. aanmerkt, veel Pekel - Zout huis.
veste. Dus vindt men, in Opper Ooftenryk,
zelfs Korrels en Knoppen van Keuken-Zout,
ingefprengd in graauwe , blaauwachtige en zwarte
Kley.
Afdeel,
X X II i,
Hoofd*
«tuit.
Zoute.
Kley.
XXI.
A ' gillet
Vitriola^
teei. Vitriool
Kley,
( 2 1 ) Kley die gemengd is en bruin, P ’itriool-
zoutig van Smaak.
Men vindt deeze onder Moerasfen zegt
L I K N M ü s , en ik twyfel niet, of hier toe
behoort die Modderige Stoffe, welke de meergemelde
Heer B e r k h e y Zwarte Feen-Kau
tekley noemt , als onder de Veenen; of ook
de Blaauwe Katte - K ley, onder allerley z warte
Tuin - Aarde en zelfs onder goede Kle y , in ons
Land, zo zyn Ed. aanmerkt, overvloedig voorko
(w) Fhil. Trxnt. abridg. by lOWTHOBp. Vol. II. p, 4J7,
(x) Zie Nat. Hiß. van Holl. als boven , bladz. 34t.
( a i) Argilla mixta , fosca, Vitriolico - falfa, Syß. Vat.
XII. Tom. l i l , Gen. j* . Sp. 21.
kooiende. Ik heb daar van hier voor reeds * , 1/ ^
onder den tytel van Zwiarte Kley, gefproken ,
en aangemerkt dat derzelver Kleur waarfchyn- Hoofd-
ly.k van Yzer afkomftig zy. Derhalve moet stuk,
men zig niet verwonderen , dat zy de Han- ^fiad z,
den, als ook het Water, inzonderheid dat door
Bladen of anders famentrekkende is geworden,
zwart maakt als Inkt, De gewoone Kley houdt
doorgaans ook eenig Y z e r , gelyk gemeld is ,
of Yzér - Vitriool. By Idria in de Krain , als
ook in ’t Lamberts-Gat in de Neder-Elzas,
wordt dik wils Koper-rood op en in Kley ge-
; vondem
Die Kley o f Bolus , welke week zynde on- bI^ “ e.
(der de Grond wit i s , en vervolgens fchoonwordende
, . , r , Stoffe.
I blaauw wordt m de Lugt, waar van ik bevoo-
| rens fprak f , als in Thuringen gevonden, zal t Blad®. I van dergelyke Vitrioolifche natuur zyn. De Vi*
| triooien ondergaan zodanige verandering door
i de Lugr. Ook zal van dien aart zyn de Stof«
fe , nu ruim twintig Ja3r geleeden in ’c noor-
) den van Schotland , omtrent vier LJuren gaans
van Aberdeen , by toeval uit een Moerasfige
f Grood , in de hoek van een uitgepuurd Veen-
| of Turfland , gegraven.' Onder de Mosfige
| bovenkorst vöndt men een Laag Veen, een
I Voet dik , en daar onder kwam deeze Stoffe,
; byna in gelyke dikte , voor; zynde daar on-
| der, zo men meende Kley. De Stoffe, nat
; zynde, was wit en Vettig, byna als heilagen
\ Kalk, met Bitumineufe Streepen doorregen;