
tm
ttl
•JÍ
överzigl van den Inhoud.
DeRDE ArDEELING.
De nepfuiiisclic geberjrten. Bladz. 1 tot 460.
Berste Gedeelte.
Hct tertiaire gebergte op Java.
Bladz.
Eoofdstuk 1. Inleiding (over de liulpmiddelcn voor de onderzoeking
der geologisclie bouworde van Java)
Eoofdstuk 2. Uilgostrektbeiden minórale zamcnstelliug(petrograpliiscli
Icarakter) der formatie in het algeraeeii, a) Verbreiding op Java .
Over de kalkbergen op Timor
b) Minerale
Eoofdstuk 3. Dikte. - 1. Uifspoelings-dalen, welke de formatie tot
op zekere diepte doorsnijden •
2. Uitspoellngs-dalen, die tot op ecn vreemdsoortig (endogeen) gesteen
te zijn doorgroefd geworden •
3. Breukranden van eenzijdige oplieffingen (b. v. G.-Brengbreng) .
4. Steile kustmuren ib. v. G.-Linggoeng.)
5. Streken, alwaar de formatie omgekanteld is , waar de vlotten op
den kop (perpendiculair) staan (b. v. in het Tji-Tjolang-dal.) .
Eoofdstuk \Yyze van ligging , oprigting, land-en bergvormmg.
(Twaalf typisebe vormen, door voorbeelden aangetoond.) . . .
Eerste vorm. Ligwijze horizontaal en landvorm vlak , eentoonig . .
Tweede vorm. Trapsgewijze, zeer geringe verbcffing der lagen en
landvorm plateauaclitig, in terrasscu booger rijzend
üerde vorm. Ligwyze herbaaldelijk gebogen , golvend en landvorm
Vierde vorm. Gebergte in den vorm eener breed-bultige ma.«a voornamebjk
in de rigting van bet noorden opgedreven, en van bet
noordiin naar bet zuiden door diepe splijtings-dalen doorgroefd
(die door uitspoeling later verbreed zijn geworden)
VijPde vorm, Hct gebergte is naar cene zijde zacbt opgebeven en
de landvorm bestaat in eene glooijende vlakte , die in eeu boogst
gelegen rand eindigt en zlcb van daar in ecnen steilen wand (den
breukrand van bet laagsgcwijze gebergte) nederstort. . . • -
Zesde vorm. Eenvormige slecbts zeer zacbt rijzende vlakten zijn doorsneden
door zeer breede erosiedalen, die scberpe randen en een
vlakken hodem bebben. (Ligwijze bijna borizontaal)
7.
11.
16.
20.
28.
29.
34,
36.
40.
48.
50.
53.
54.
57.
62.
é