
2 5 6
DRIKFOIITEN m VERBETERI^GE^.
EEBSTE AFDEELÍNG.
liladü. Hegel. van
I I I 1 7 onderen
2 0 2 1 4 boven
2 1 1 7 onderen
2 2 4 9 onderen
2 2 5 1 0 boven
2 2 7 1 6 onderen
2 5 0
6i T /.
1 0 onderen
Icos
ondcren
boveii
Tjikorai
bekleedsel.
bale men de woorden door :
2 5 0 0
SOOO
vocg achter Oema nog de woorden:
op Soemalra Ladang ;
voeg achler Boeroeng klaten
iiog: ofßoeroeng g]atik,glelik
Le n gk en g : Euplioria Longa«
Lam, (Nepheliiim Longanuin
Hook. ) en Liljih: Eupiioria
Litschi Desf. (Nepheliiim LiLc
h i Cambess.)
vocg achler Cicca dislicha:
Ook G 0 n d 0 r i a (Goenarja of
Tjantcké) : Bouea opposilifolia
ili plaats van
Geloenggoeng{l)
bekeedsel
« {naar het verhaal
van Valenlijn.
l. c.)»
löOO.
5 0 0 0 .
(1) NB. De weg van Garoet naar Tasik malajoo loopt tussehen dea G.-Tjikarai cn
Kiaijak üoor, lietyeeii ook op de hoogte-kaarl [ te verboteron is.
4 8 9
lilailz. Kegel. van
2 4 Ü 10 onderen
2 4 i ) 13 onderen
2 4 7 5 boven
2 4 7 15 onderen
2 4 8 O b o v e n
2-6 3 14 boven
2 8 5 16 boven
5 0 5 7 onderen
lees ¡11 plaals van
Msn. wordl hier en daar aangeplant.
voeg achler Talapap s: in 't
javaasch Klakak
voeg achler Alap: in 't javaasch
Welit
Kain balik Kam palik.
voeg achter kamerhagedis den
inlandschen naam: Tj i t j a k
rhodosloma en puniceus rhodoslomen piinicensa
en verschill naar gelang de en naar gelang de
bodem, waarop zij groeijen, bodem, ivaarop
zij groeijen.
voeg vóór Najas indica : Marsilea
qiiadrifolia L. ,
5 •• Tj c e r a i : Buddleia asiatica
Lour.
504 5 onderen Sus villalus
505 5 boven Sus verrucosus
505 19 onderen aanrigllen
506 7 boven dags
508 8 onderen verklaren,
515 15 boven onlwikkeling ;
517 1 bovon ijl
525 12 onderen geenen
527 6 bovon daarlusschen
556 1 boven 556 (nonimer der bladzijde)
558 14 boven voeg achler hars-Pisang: Kaverschilt,
Kajoe babi, s.
Tjoeral of Ki
bauen: Crypleronia
paniculala
ßi.
Sus verrucosus
Sus villalus
aanrigten
daags
verklaren
onlwikkeling,
yi
gencn
daar tussehen
2 5 6
t¥u
II
rei en Kèlèlel beleekenen
cigenlijk goni elasliek.