r a
èM
pel. — 1. Ophclliug v;u) gedeelleii der oppervlakte van den
bodcjn, voi'iniag van iiicuvvt! Jieuvclcn door hydroslatisclic
drukkiiie. — 2. Ophoogini»' van declender oppervlakte van den
bodem, vorni'mg van iiiexiw laiul door aansliLbing. Verbreeding
der stranden en vooruitgang der kusten in de zee. Opvalling
van Lekkens. — 3. Verliooging van deelen der o])pervlakte
van den Lodeni en vonuing van nieuw land door koralenbonw.
— 5. Veroveriugen door de zee. (Wegslaan van kusten
door de golven). •—G. Bcirgvallen, welke gewoonlijk plaats grijpen
ten gevolge van Sterke en aanlioudende regens. Nu eens stort(
Mi gelieele ])ergwanden in, nanielijk, st(!ila(loopend(vterassen,
ilan glijden sleelits aardlagen en vs'ouden Lenedenwaarts, welke
steil(; hellingen Ledekken. •— 7. Stonnen, orkanen. — 8. Overstrooniing(>
n na Sterke regtuis en verwoestingen er door aangeicriat.
— 9. liet inslaan en het veroorzaken v Ì-1 an br and door
den hlikscni. 10. Ifagelburjen in de verzengde Inelitstreek.
Ell
TOEVOEGSELEN EN RIJLAGEN TOT IIET WERK JAVA.
/. Opii)cvkensummii(je verscli/ijmeÁen en ijebeurleuissen, in Neerlaiidsch
Judie, van vevschillenden aard.
I. Zeldzaine verschijnselen in den dainpkring; meteoren. •—
2. Epidemien. — 3. Brand. —4 . Merkwaardigbeden van allerlei
aard.
II. Nieuwe gebeurlenissen in de naluur in Ncórlandsch Indie,
(;welkc hebbeìi plaals (jehad mlerl de nitgave van dit werk.)
¡11. Besch rijvende calalogm der sleensoorlen van Jam, verzameld
lot o'plieldering van den geologischen bouw van dal eiland en gerangsr.
hikl in 'srijks museani van naluurlijke historie, te Leiden. De calalogns
bevat 1. van bladz. 1—296: de steensoorten der vulkaniseiip
kegels en van bunne lava-sh-oomen, in gebjke volgorde
als werd in acbl genomen , bij de besebrijving Hier Vulkanen ,
in de tweede afdeeling van dit werk. — 11. 297'—31(): l'ossilo
kolen en fossile bars. — III. 3Ì7—3()6. l'ossile planl(M), versteend
bont, aldruksels van ])ladei'en ; deze woi'den bearbeid
door professor ii. ii. ciOEi»riäirr, te Ureslaii. — IV; de fossile diei'en
der tertiaire forinatie, wier aantal soorten tusseben 700 a 1,000
bedraagt. Ai'zonderlijke verzameling in de afdeeling van lu.-t
inuseuni: ongewervelde dieren.— V. oG7—15G9: rotssoorten
der terliaire forniatie, benevens liare vulkauisebe en ])lLitonisebe
eruptie-gesteenten en nietaniorpbisebe vormingen. Deze
zijn in verscbeidene onderafdeelingen, •— geologiscb-topograpbiscbe
groepen, — verdeeld, welke van bet westen naar bet
oosten van bet eiland zijn gerangscbikt en geregeld zijn geworden
naar de wijze, waarop zij in de natuur voorkonien,
bet plaatselijke verband, waarin zij tot elkandei' staanofde
geologisebe betrekking, welke zij tot elkander bebben. De verzameling
Voigt derbalve de versebillende vormen van bet terrein,
— de land-en bergindividu's, waarvan de uiterbjke gege<
biante steeds van den inwendigen ])ouw afbankelijk is, —
stap voor stap door bet ganselie eiland van de West- tot aan
de Üostkust.
Nß. Alle nummers en aanwijzingen, welke betzij in deze
derde afdeeling of in de laatst voorgaande van ditzelfde werk
voorkonien en waar^íoor de letler L. is geplaatst, bebben betrekking
op de steen- en rotssoorlen door liiij op Java verzameld
en in den catalogus beseln-even. De letters LP. daarentcgen
duiden aan de versteeningen uit bet dierenrijk, welke
£i IS
i k i n bet tertiaii'e geborgte bebgevonden; deze verzamelin
afzonderbjk gcnummerd gewoiden.