versterkt, ten einde de Franschen li^t verder inddngen in de provincie
Holland, längs den Rijndijk, te betwisten., en bezette dien met twee
balaillons voetvolk, onder bet bevel van den Kolönel Mozes P ain et V ain
Kwartiermeestcr-Generaal van de legers der Staten. Door de Sterke
vorst, welke in December van bet zelfde jaar volgde, kon deze post
den vijand wel niet op zijnen togt verhinderen , dewijl hij over liefe
ijs der ingevloeide wateren, benoorden den Rijndijk , kon heentrek-
ken, zoo als hij dan ook reeds tot voorbij Zegveld was doorgedrongen.
Daar echter het dooiweder zeer onverwacht hicrop volgde-, zou de ver-
sterkte post bij N iebwerbetgge den vijauden het meeste nadeel hebben
kunnen toebrengen , dewijl de weg naar Utrecht, längs den Rijndijk__
de eenige , längs welken zij, bij een invallenden dooi, konden terüg-
trekken — hun nu ten eenemaal zoude afgesneden zijn geweest, bij—
aldien die post wel bewaard en verdedigd was geworden. Doch P ain
et V i n , na het terugwijken van den Graaf van Koningshark naar de
Goudsche-sluis , en nahet bemagtigen van Rodegraven en Zwammerdam
zieh, door de Fransehen , van den gezegden Graaf ziende afgesneden
en beseffende, dat*zijn kwartier naar de zijde van Bodegraven slechts
met eenen hospel of Frieschen Ruiter gedekt en derhalve niet te houden
was, werd te rade, op het voorbecld van Koningsmark zelven, de
N iebwerbrüg te verlalen en de wijk te nemen naar Gouda, daar hij
met open armen ontvangen werd. Dit wijken , zonder uitdrukkelijken
last Van Koningsbark , geschied zijnde , werd echter door den Prins
van Oranje , die den 30 December weder in het leger te Alphen ge-
komen was , zoo kwalijk opgevat, dat P ain et V in terstond in hech-
tenis genomen en voor den krijgsraad te regt gesteld werd. Hij werd
den 10 Januarij 1675, ook op het aanhouden der Staten van Holland
, gevonnisd en tot eene eenwigdurende gevangenis , met verbeurt-
verklaring zijner ambten en goederen, veroordeeld. Maar de Prins
oordeelde, dat dit vonnis niet overeen kwam met de krijgswetten, welke,
in zulk een geval-, strengere straf vorderde. W irtz en de ändere
Leden van den krijgsraad het vonnis , op ’s Prinsen begeerte, herzien
hebbende, bevestigden het echter, met deze verandering, dat men
den gerangene voor het leger brengen , en met het zwaard over het
hoofd straffen zou. De Prins, hiermede nog niet voldaan , trok de
zaak aan zieh zelven, en aan eene regtbank,' uit Leden van den Hoo-
gen Raad, den Hove en den Raad van Braband zamengesteld. Voor
deze regtbank werd P ain et V i n , eindelijk gevonnisd, om onthalsd te
worden, welk vonnis, den 23 Januarij, in bet leger te Alphen, aan
hem werd uitgevoerd.
N1EUWER-HAVEN, inham van de Honte of Wester-Schelde, in Staals-
Vlaanderen, prov. Zeeland, die tusschen Baarzande en bet tweede
deel van Prins-W-illems-polder loopt. In de dijkaadje van de Groede, ter
Teglerhand gelegen, maakt hij nog eenen inham, de Haven-van-
Baarzande genöemd ; doch de kreek zelve loopt längs de gezegde
dijkaadje van de Groede en het Land-van-Eadzand, beide ter reg-
terhand gelegen,- en längs het tweede deel van Prins-Willems-polder
en den Henricus-polder, beide ter linkerhand, en valt daarna in
het Zwin.
NIEUWERHAVEN-POLDER, pold. in Staats-Viaanderen, prov.
Zeeland. Zie Haven- polber (Niebwer- ) .
NIEUWER-HOEK, buit. in Eemland, prov. Utrecht, arr., kant.
en 1| u. W. van Amersfoort, gem. en 5 u. W. van Soest, aan den
straatweg van Amersfoort op Amsterdam.
Deze buit., beslaande, met de daartoe beboorende gronden, eene
oppervlakte van 19 bund. 72 v. r. 36 v. eil., wordt thans m eigen-
dorn bezeten door Mejufvrouw J. Harderwijk , woonachtig te Soest.
NIEUWER-HOEK , buit. in het TV'ederkwartier der prov. Utrecht,
arr. en 3 u. N. van Utrecht, kant. en 8 min. Z. van Loenen, gem.
Stichts-en-Kronenburgs-Loenen. .
Deze buit. beslaat, met de daaYtoe beboorende gronden, eene oppervlakte
van 45 bund. 96 v.r. 12 v. eil., en wordt thans in eigen-
dom bezeten door den Heer Georg Maes , woonachtig te Amsterdam.
NIEUWERKERK , heerl. op het voorm. eil. Duiveland, prov. Zee-
land arr. en kant. Zierikzee, gem. Nieuwerkerk-Kapelle-m-Bolland;
palende W. en N. aan het Dijkwater, 0 . aan de heerl. Sir Jansland
en Oosterland, Z. aan Botland.
Deze heerl. bestaat uit den J o n g e n - . p o l d e r , beneveDS gedeelten
van den pold. de V i e r b a n n e n - v a n - D n i v e l a n d , vaö den Sa s -
p o l d c r en van den pold. B e t t e w a a r d e ^ en bevat het d. Bi eu-
w e r k e r k , het geh. S l e v e n s l u i s , benevens eenige verstrooid lig-
gende huizen. De inw. vinden meest in den landbouw hun best aan.
Ook zijn er eene meestoof en eenen korenmolen , de laatste in 1844
gebouwd, te r vervanging en op eenigen afstand van de plaats , waar
de vorige gestaan had, die den 2 Januarij van dat ja a r door het onweder
was afgebrand. .
De Herv., die er wonen , maken , met de ovenge uit de gem.
Nieuwe rke rk-Kape l l e - en-Bo t land, eene gem. uit, welke tot
de klass. en r i n g van Zierikzee behoort, en 960 zielen telt, onder welke
350 Ledematen. De eerste, die in deze gem. het leeraarambt heeft
waargenomen, is geweest Adriaan S eb a stia an se , die er in 1584 stond. In
den eersten tijd na de Hervorming warenN ie ü w e r k e r k en Ouwerke rk
vereenigd, doch dit had reeds in het jaar 1591 opgehouden. Het
beroep geschiedt onder medestemming van den Ambachtsheer.
De R. K., welke men er aantreft, worden tot de stat. van Ziertk-
eee gerekend’. — Men heeft in deze heerl. e 6 n e school, waar gemiddeld
100 leerlingen onderwijs genieten.
De heerl. van N ieüwerkerk was vroeger een goed Zeeuwsch leen, hebbende
hoog-, middel- en laag regtsgdbied, waarvan echter bij de verleid-
brieven , doodslag , vredebraak en dienst in heerevaarten , als van ouds
door de’ Graven van Zeeland aan zieh behouden, uitgezonderd werden.
Voorts volgden de heerlijkheid niet alleen »het voordeel van het •
» vrijeen overambt en alle breuken en vervallen van misdaden, diefelijke,
» onbeheerde'en onbeoirde goederen, van zeevonden , en versterfte van
»bastaarde goederen, maar ook eene erfelijke en altijddurende cijns
» van honderd gülden jaarlijks , op den koornnvolen , en het regt van
» dwangmalerij , mitsgaders tot de jagt, vogelerij , en yisscherijen, zoo
» wel buitendijks (zoo ver de oude koöpbneven dat bescheiden , en door
» de bezitters dezer heerlijkheid bij opvolging gebruikt is), als binnen-
» dijks in Slcenswaan e.n voorts in alle slooten , sluizeu en watergangen
» onder deze heerlijkheid, benevens den aceijns van wijn en bier , al-
» daar crpgeslageri, gedronken en gesleten \vördende , die er echter, vol-
» gens de koopbrieven van , niet hooger mögt geheven worden dan
» men in de andere parochien van Duiveland ^ewoon was, iüet hot regt
» van opslag aan de noordzijde , daar het gehucht van Stevensslüis inede
« onder deze heerlijkheid behoort en laatslelijk nog zeven gemeten tien-
» den , leenroerig en bctaling onderworpen aan het kapittel van iyt. Sal-
» vator te Utrecht.” Thans wordt deze heerl. in eigendom bezeten door
Jonkheer Mr. Wihedi Johannis Jonius van Hemert, t e ’s Gravenhage.