da Mar atakka-krock op en iä tot aan da plaats, waar da Aroa-
rawa-kreck daarin uitloopt, voor zceschcpen bevaarbaar. Ook laatst-
gcnocnide bogtige kreek is vrij diep cn voor roeiboolen bevaarbaar.
Aan de N ickerie vindt men eene roode menschenstam , Warrauws
genaanxl , die van de jagt en de visscheyij leven en op zandritsen
hunne kampen hebben opgeslagen.
NICKERIE (NEDER-), dist. in Nederlands-Guiana, kol. Suriname,
waarvan het het weslelijke gedeelte uitinaakt 5 palende N. aan den At-
lantiscbe-Oceaan, 0 . aan de bossohen van Oppcr-Niekerie, Z. aan
«itgestrekte bosschen , W. aan de Corantijn.
Men telt er elf katocnplant., als: Diamond, Uni on, Good-In-
t ent , Leads bal l , Providence, Sea- land, Glouce s t er , Hope,
Forgi ie, Locharber eil Rhi jnie; de zeven koffijplant. Botany-
bay, l’Espe rance, Margareten-burg, Gienzander, Hazard,
Lonmay en P l a i s an ce ; de drie suikerplant. Wate r l o o , N'ur-
sery en Paradi s e , en de vier kostgr. Phoe nix, Krappahoek,
St and vast igbeid en de N i euwe-Aa nleg.
Behalve de op deze plant, aangekweekt wordende katoen , koiBj , sui-
ker en bananen , brengt dit distrikt eene menigte zeer edelsoortig tim-
merliout op , hetwelk voorheen, onder de benaming vanbrandbout, of-
scboon goed vierkant bout zijnde, veelvuldig naar Barbados en elders,
ten gebruike van molens, uitgevoerd werd. Dit bragt de bewerkers ,
die het slechts voor den arbeid badden , een groot voordeel op. De
meeste hoütsoorten bepalen zieh hier tot bolletrie, alsmede , hoewel in
eene mindere hoeveclheid, ceder en locus ; het krapa, dat hier zeer
algemeen is , wordt daardoor welligt minder gezöcht. De benedenlan-
den zijn zeer geschikt voor de indigo-cultuur , doordien de anil hier
veelvuldig in het wild groeit, ook zoude men hier met potasch of
zeepsteen, gelijk die van St. Helena, te- fabriceren , eene goede win st
kunnen doen. Nergens ziet men de barilla of sodaplant weliger
groeijen , dan aan de zeeknst van beide Nickerie-distrikten. De indigo
sauvage groeit tevens op alle zandritsen , terwijl de vanillerank en de
zware tonkaboonien meer binnenwaarts, längs de hooge zaudige oevers
Van de Maratakka, gevonden worden.
De bevoiking beloopt ruiin 2020 zielen, onder welke ruim 30 Blanken
, SO Vrijelieden en 1940 slaven.
• De Negers en Negerinnen gaan hier beter en zindelijker gekleed , dan
ep de plant, aan de Suriname , de Comttiewijne en omstreken , hetwelk
WeJligt de hoofdzakelijke rede i s , waarom de Negermeiden aan de
Nickerie een meer sehoon en bevallig aanzien hebben.
De hier zijnde paarden worden van Noord-Amerika ingevoerd, en zijn,
over het geheel geoomen , vlug en sterk. De runderen, meestal rood
en dottkerbruin van kleur, zijn zeer schoon , vet en zwaar van gestalte ;
echter is men , door gebrek aan drinkbaar water in den droogen tijd,
dikwerf genoodzaakt de runderen meer boschwaarts, de rivier opwaarts,
te brengen ; evenwel groeit bet voedzaamste gras tnssehen de zillige
katoengronden , meerendeeis inet brak water omgeven ; ook alle ge-
gravene putten wellen zout water op. — Men slagt in de N ic k e r ie rund-
vee van zes tot zeven honderd ponden , Amslerdamsch gewigt. De
schapen, bij de slagers van Demerary als de zoo beroemde Corantijn-
schapen bekend , hebben veelal bruinachtige wol en wegen, haakseboon,
niet zelden 33 tot veertig Nederlandscbe ponden. De varkens zijn
hier over het algemeen mede van een beter, langer ras dan die, welke
te Paramaribo geslagt worden.
Da zwampen, en bossohen zijn hier ongemecn rijk aan visch en smw
kelijk wild , en liet is een stellige regel, hoe meer zoetwatervisch,
zoo veei te meer doksics en eenden , die daarop azen. ^
HetNEDEB-NicKERiE-DiSTEKTisivrocger d a n Opper -Ni eke r i e in k u l-
tu u r g eb r a g t. De e e r s te a a n p la n tin g b e s to n d in k a t o e n , en d e v e rd ien -
s te lijk e G o u v e rn eu r -G en e r a a l, J orbiaan F rancois F riderici, o n d e rn am in
1797 v o o r e ig e n e Fekening , o n d e r d ir e c tie v a n d en to e nm a lig e n Post-
h o u d e r D ietzee , d e e e r s te o n t g in n in g . De b ew e rk in g de z er g ro n d en g e -
s ch ied d e do o r w e g g e lo o p en e N eg er s u i t d e k o lo n ie B e r b i c e , d ie do o r d e
I n d ia n en v a n d e N ick e r ie o p g e v a n g en w e r d e n , w o rd en d e d e l o t e n , n «
p la n ta a d jen , P a ra d ic e en P la isa n c e h e t e e r s l b e b o u w d , e n w e l m e t d e
la a ts tg e n o em d e een ?n a a n v a n g g em a a k t .
Inhet jaar 1821 ontstond er in het Nederdistrikt, onder de Neger-
magt van de plantaadjen de Diamond en 1’Union , een gevaarvolle op-
stand , welke Negers zieh, door het vermoorden van alle hier zijnda
blanken en het verbranden hunner gebouwen, met geweld wilden vrij-
maken ; echter werd deze aanslag gelukkig nog door eenen ouden Neger
verraden i en drie der hoofdaanvoerders werden, bij vonnis van den
7 November van dat jaar, tot de straffe des doods veroordeeld, acht,
minder schuldigen , werden verbannen.
In de jaren 1823 en 1826, ontstond er in de bovenwindsche bosschen
van het Nederdistrikt brand, hetwelk aan de onvooraigtigheid
of kwaadwilligheid van de Negers toegeschreven werd. Door dezen
brand, die maanden achtereen duurde, braedde. een onafzienbaar veld
kaal: en de rook was zoo stikkend, dat men genoodzaakt was, zieh
nu en dan binnen de kainers op te sluiten. De brand was, door den
dargachtigen ondergrond, met schors, bladeren en dood hout over-
dekt, yolstrekt niet te blusschen en in den voortgang niet te stuiten.
NICEERIE (OPPER-), in de wandeling de Zeekbsi genoemd , distr. ia
Nederlands-Guiana , kol. Suriname; palende N. aan den Atlantische-
Oceaan , 0 . aan de Coppename, Z. aan uitgestrekte bosschen , W. aan
Neder-Nickerie.
Dit distr. ligt in eene strekkende lengte längs de kust, hebbende
over land geene communicatiewegen of paden met een ander gedeelte
der kol. Suriname, en is door een zwaar, bijna ondoordringbaar, bosch
van ongeveer 16,000 Rijnl. roeden, van Neder-Nickerie afgescheiden.
Men- heeft in dit distr. de twee en twintig volgende katoen plant.,
als: Inverness, Ha m i l t o n , We i g e l e g e n , Moy* Perseverance,
Cardrospark, Bel levue, Mary’s-Hope, Totnes s , Bantaskine,
John, Be l l ad rum, Johanna-Maria, Novar, C lyd e ,
Le a s owes , Sarah, Burnside, Lot 2 0 8 , Hope , Potos ie,
B u c k l e bury.
De plantaadjegronden liggen allen met hunne voordammen aan
zee. De gebouwen staan onregeltnalig verspreid. Op den achtergrond
vindt men eene breede , paralel met de kust loopende, zandrits , waarop
■eenen fraaijen rijweg over alle bebouwde landen gaat; meer zuidwaarts
wordt de grond hooger en zandiger, welke bodem evenwel' ongemeen
rijk aan humus is. Het zand is van eene geelachtige kleur, hier is
het echter op sommige plaatscn met eenen dünnen zoom van blaauwe
(maar zoete) klei doormengd. Deze gronden leveren overheerlijke bananen
en aardvruchten op , hoewel de eerste niet, altijd, zoodat de
meeste plantaadjen het grootste gedeelte van bet jaar, de voor kost
benoodigde banannen van plantaadjen of kostgronden aan de Saramaeca-
rivicr moeten aanhalcn.