Pastooren en Kerkmeesteren der parochiekerke te O d i jk e verlof gegeven
oin de voornoemde kerk voor een gedeelte af te breken en weder op
te bouwen, en om haar, voor zoo ver dit noodig mögt wezen, uit
te zetten en te vergrooten, mitsgaders om de altaren der kerk, zon-
der verbreking van de tafelen en zegelen der altaren van de eene naar
de andere plaats over te hrengcn, als ook om de aan haar toebehoo-
rende goederen , met zekere jaarlijksche lijfrenten , ter somma van
dne honderd Carolusgulden (300 guld.), te bezwaren enz. Het vergeben
dezer kerk stond aan de Abdis van St. Servaas. In het jaar 1886
zijn uit de inkomsten niet meer gelrokken, dan een en veertig gülden.
Thans is er eene goede kruiskerk, zondcr Orgel, doch met eenen zwa-
ren, sclioonen, niet hoogen toren, waarop een spitsje Staat, en
waaraan men , even als aan de kerk, nog veel duifsteen vindt. Voor
de omwenteling van 1793 zag men in het koor eenige wapenborden,
betreffende het geslacht der vorige Ambachtsbeeren.
Men heeft hier twee jaarmarkten, van welke de eene invalt den
28 April en de andere den 21 October. 1
In het jaar 1481 moest dit d., nevens eenige anderen, brandscbat-
ting aan de stad Utrecht betalen.
Het wapen dezer heerl. bestaat uit het beeid van den H. Nicolaas.
ODIJK (HET HUIS-TE-), voorm. adell. h. in het Overkwartier der
prov. Utrecht, arr. en 4 u. Z. ten W. van Amersfoort, kant. en 3 u.
W. N. W, van Wijk-hij-Duurstede, gem. Odijk.
ODIJONG, oud d. in Oost-Indie, op het Sundasche eil. Sumatra,
resid. Padang.
ODILIENBERG, gem. in Opper-Gelder, prov. Limburg, arr. en
kant. Roermonde (7 k. d., 12 ra. k., 2 s. d. ) ; palende N . en 0 . aan
Herkenbosch-en-Melich, Z. aan Posterholt en Montfoort W. aan « ris-
bmoht-en Linne.
Deze gem. bevat het d. O d i l i e n b e r g , benevens de geh.Lerop
Reut j en en Paarlo. Zij beslaat, volgens het kadaster, eene oppervlakte
van 1294 bund. 64 v. r. 80 v. eil., waaronder 1238 bund.
™ T- r: 5 T* eil. helastbaar Iand. Men telt er 146 h., bewoond door
132 hmsgez., uitmakende eene bevolking van 790 inw., die meest hun
bestaan vmden in den landbouw.
De inw., dio allen R. K. zijn, maken eene par. uit, welke tot
het apost. vic. van Limburg , dek. van Roermonde, behoort, en door
eenen Pastoor en eenen Kapellaan bcdiend wordt. — Men heeft in deze
gem. eene school.
Het d. O d il ie n b e r g , O d il e n b e b g of O e l e n b e r g , ook wel S t . P ie t e r s -
of S t . P e t e r s b e r g en den B e r g - a an - d e - R o e b genoemd , ligt 1 J u . Z . van
Roermonde, 2 u. N. 0 . van Stevensweerd , 3 u. N. ten 0 . van Sus-
teren, een klein u. N. 0 . van Montfoort, aan de Roer, waarover
het een houten brug heeft. Men telt er in de kom van het dorp
73 h. en 390 inw.
De kerk Staat op eenen vrij hoogen heuvel, met boomen omringd,
hetgeen een schilderachtig voprkomen toont. Längs eenen steenen trap
gaat men naar den ingaDg. 2 * y w f e ¿2
In vroegere tijden plagt aldaar een klooster te staan , waarin onder
anderen werden aangewezen de cellen , welke door Wibo , Pleciielmus
en O t h e r io s , die gezegd worden de leer van C h r is t u s in deze landen
het eerst gepredikt tehebben, zouden zijn bewoond geweest. Desgelijks is
dit O d il ie n b e r g vermaard in de geschiedenis der Utrechtsche Bisschop-
pen, dewijl het door den Keizer ' L o t i ia r iu s ten verblijfplaats w e r d
afpeslaan aan H u n g e r , den elfden Bisschop, toen die, ln het jaar 837 ,
uithoofde van den inval der Denen of Noormannen , inet zijne Ka-
nonniken de bisschoppelijke stad moest verlaten. In het jaar 858
is het klooster O d i l i e n b e r g door L o t i i a r i u s , Roning van Lotharingen,
aan de St. Maartenskerk van Utrecht gegeven. Het behoorde onder
Gelderland , en is naderhand in een kapittel van Kanunniken, met eenen
Proost aan het Loofd, veranderd, dat R e i n a l d III, Heitog v a n G e l r e ,
in het iaar 1361, binnen Roermonde verplaatsle, alwaar het zieh, voor
de omwenteling van 1793, nog bevond en het kapittel der bisschoppelijke
kerk uitmaakte.
ODINK-BEEK, beek in het graafs. Zutphen, prov. Gelderland., ¿ie
S l in g e r - b e e k .
ODIR, eil. in Oost-Indie, in den Moluksclie-Archipel, W. van de
A r o e r - e i l a n d e n . H M l
ODOORN , gem. in het dingspil Zuidenveld, prov. Drenlhe, arr.
en judie. kant. Assen, adm. kant. Palen (5 k. d., 4 m. k., 3 s. d.);
palende N. aan Borger, 0 . aan Roswinkel en de prov. Groningen ,
Z. aan Sleen en Einmen , W. aan Zweelo en Westerbork.
Deze gem., welke tot in 1793 met Em m en en R o sw in k e l een
schoutambt uitmaakte, bevat het d. Odoorn, benevens de geh.
Exloo, Ya l th e en de kolonie Zandberg. Ook treft men in
deze gem. eene plaats aan, waar sommigen willen, dat eene stad,
H u n s o u genaamd , zoude gelegen hebben (zie dat woord), alsmede
het Ko r a l enz and, zijnde eene zandige hoogte, welke vroeger tot
eene begraafplaats schijnt gediend te hebben. Zij beslaat, volgens het
kadaster, eene oppervlakte van 14,774 bund. 2 v. r. 81 v. eil.,
waaronder 5129 bund. 58 v. r. 81 v. eil. belastbaar land. Men telt
er 198 h., bewoond door 247 huisgez., uitmakende eene bevolking
van ongeveer 1500 inw., die meest hun bestaan vinden in den landbouw.
Een groot deel van de oppervlakte dezer gemeente is met
veen bezet; met de ontginning waarvan nog naauwelijks een begin
is gemaakt. Zij heeft eenen heuvelachtigen, langzaam afloopenden bo-
dem, op welks bovenste zandbedding men vele steenen of keijen aan-
treft, in Drenthe algemeen onder den naam van v e ld f l in t e n be-
kend. In het jaar 1843 is hier eenen koren- en pelmolen gebouwd. Ook
vindt men in deze gem. het V a l t h e r - b o s e h , een der oudste bos-
schen van de provincie Drenlhe, alsmede den Eppi e s -be rg en den
Gruwe l -be r g , welke beide gehouden worden voor grafheuvels.
De Herv., die hier 1200 in getal zijn, onder welke ongeveer 480 Le-
dematen, maken eene gem. uit, welke tot de klass. en ring van
Koevorden behoort. De eerste, die in deze gem. het leeraarambt
heeft waargenomen , is geweest W ig b o l d u s M o n t a n u s , die in het jaar
1601 herwaarts kwam, en in het jaar 1607 naar Peize vertrok. Het
beroep was vroeger eene collalie, doch is in het midden der vorige
eeuw aangekocht, en behoort thans aan ongeveer zestig ingezetenen.
De R. K., die er 300 in getal zijn, hebben hunne,. sedert kort
nieuw gestichte, kerk te Zandberg.
Men heeft in deze gemeente vier scholen , als: ¿ene te Odoorn,
eene te Val the , eene te Exloo en eene te Zandberg, welke geza-
menlijkdoor een gemiddeld getal van ruim 220 leerlingen bezocht wordt.
.Deze gem. is vermoedelijk de rijkste uit de provincie in overblijf-
selen uit den ouden tijd, en zekcr eene der vermögendste in zeer uit-
gestrekte veenen. Onder de nog meest kenbare merkwaardighedcn uit
de oudheid verdienen hier genoemd te worden een aantal bunnebedden ,