geslachtwapenen, ziet men boven deze graftombe. Onderscheidene van
zijn geslacht zijn hier benevens hem bijgezet, van welke de fraaije
wapenborden aan den mnur bangen. Deze Heer vereerde in het jaar
1720 aan de kerk, drie zilveren schoteis, twee zilveren bekers, een
tafellaken en servetten tot het vieren van het Heilige Avondmaal. In
bet begin van het jaar 1846 onlving deze kerk nog eene fraai bewerkte
zilveren scbenkkan ten gebruike bij het H. Avondmaal ten geschenke
van den Heer P ieter L oiiwe en Mejufvrouw T rijntje K aaskooper, ter
gelegenheid van bunne vijftigjarige ecbtvereeniging.
Er wonen te Oosthuizen 5 Doopsgez., 8 Evang. Luth., 1 6 R. K. en
6 Isr., van welke de Doopsgez. te ßeemsler en de overige te Edam
hunne godsdienst waarnemen.
In het zuidelijke gedeelte der kerk wordt de dorpschool gchonden,
welke gemiddeld door een getal van 50 leerlingen bezocht wordt.
Men hceft te Oosthuizen een distributiekantoor voor de brievcnpos-
terij en een Departement der Maatschappij: Tot Nut van ’t Algemeen,
hetwelk den 15 Januarij 1829 is opgerigt, en 15 Leden telt.
De kermis valt in met Pinksteren.
Oosthuizen leed veel door de watervloeden van 14 en 18 November 1778
en van 4 en 5 Febrnarij 1825. Inzonderbeid in den eersten , toen dit
dorp , anders hooger dan de naburige plaatsen gelegen , door het water
werd overstroond , terwijl het bij den laatsten mede een toevluglsoord
werd voor de naburen.
OOSTHUIZEN, voorm. d., prov. Friesland, aan de oostzijde op
het eil. Ameland , dat , van tijd tot tijd , door verschillende vloeden
en overstuivingcn verdwenen is , en waarvan eene öude vrouw , die in
1825 nog in leven was , het laatste huis meermalen had aanschouwd.
De inw. van dit dorp , met de overstroomingen moetende verhuizen,
begaven zieh meerendeeis naar het geh. Buren.
Bij den watervloed van 1825 waren, ter plaatse , waar dit dorp ge
staan heeft, de duinen weggespoeld, zooüat men duidelijke fonda-
mentcn van huizen, benevens eenige overblijfselen van waterputten en
eene smederij ontwaarde. Bij het graven aldaar vond men ook smids-
gereedschappen en eenige koperen en zilveren muntspecien, waaronder
eenen koperen legpenning van het jaar 1584, geslagen ten gevolge van
een besluit en de maatregelen, genomen door de Staten van Holland,
tegen de Roomschgezinden en Jezuiten.
OOSTHUIZEN^EN-HOBREDE, gem. in den Zeevang, prov. Noord-
Holland, arr. Hoorn , kant. Edam (18 m. k., 4 k. d., 8 s. d.) ; palende
N. aan Beest, 0 . aan Etersheim-en-Zuid-Schardam, Warder en
Middelie-en-Axwijk, Z. aan Kwadijk, W. aan de Beemster.
Deze gem. bevat de d.. Oos thuiz en en Hobrede , . bet geb.
Kor s loot , benevens een gedeelte van Kwadijk. Vroeger teldemen
ook onder deze gem. de geb. La g e -Le ek en Bel l ingerwout ,
beide door de Zuiderzee verslonden.
Zij beslaat, volgens het kadaster, eene oppervlakte van 774 bund.
96 v. r. 87 v. eil., waaronder 765 bund. 80 v. r. 46 v. eil. belast-
baar land. Men telt er 140 h., bewoond door 175 huisgez., uitma-
kende eene bevolking van 770 inw., die meept hun bestaan vinden in
de melkerij en het kaasmaken. Er wonen hier kaaskoopers, die eenen
vrij aanzienlijken binnen- en buitenlandschen handel drijven.
De He rv ., die er 720 in getal zi jn, onder welke 300 Ledematen,
maken eene gem. u i t , welke to t de klass. en rin g van Edam, behoort.
Van 1577 to t 1587 was Oosthuizen m et Et e r sh em en Schardam
vereenigd, zijnde de eerste, die in deze gem. het leeraarambt heeft
waargenomen, geweest S uffridus P auli , die in het jaar 1877 der-
waarts kwam , en in het jaar 1880 naar Grootebroek vertrok. De
twee laatslgenoerode dorpen in 1587 van Oosthuizen afgescheiden zijnde,
werd War d e r daarmede kerkelijk vereenigd , tot dat in 1626 Oosi-
h u i z e n eenen afzonderlijken Predikant verkreeg; dit duurde echter
siechts tot in het jaar 1632, toen Hobr ede met O o s t b u i z e n
vereenigd werd. Deze combinatie had tot eersten Predikant P ethus
L ettingius , die in het jaar 1631 berwaarts kwam , en in het jaar 1645
van zijne dienst werd ontslagen. Men zie over deze combinatie verder
ons art. Ho®REDEDe
Doopsgez., welke hier 10 in getal zijn , behooren tot de gem.
van de Beemster. — De Evang. Luth., van welke men er 8 aantreft,
behooren tot de gem. van Edam. ■— De 20 R. K., die er wonen,
worden tot de stat. van Edam gerekend . — De 6 Isr., die men er
aan treft, behooren tot de bijkerk van Edam.
Men heeft in deze gem. twee scholen, als: eene te Oos thuiz en
en eene te Hobrede , welke gezamenlijk gemiddeld door een getal
van 80 leerlingen bezocht worden.
Deze gem. is eene heerl., welke in het begin der vorige eeuw in
eigendom bezeten werd door Mr. F ranqois van B redehoff , Heer van
Fijlswaard en Etershem, Oud-Burgemcester der stad Hoorn , Bewind-
hebber der Oostindische Compagnie, ter kamer aldaar enz., enz., in
wiens geslacht zy tot nu toe gebleven is , zijnde thans eigenaar dezer heerl.
de Heer Mr. F rancois van B redehoff de Vicq , woonachtig te Hoorn.
Het wapen dezer gem. is een in drieen gedeeld schild, het bovenste
van sabel (zwart), met drie ruiten, staande twee en een ; het mid-
delste van keel (rood), met vier kepers; het onderste van zilver, met
eenen bril met een glas , waaronj het andere glas er onder ligt.
OOSTHUIZER-KOOG of W e s t e r - k o o g , pold. in de prov. Noord-Hob
land 7 arr. Hoorn7 kant .Edam} gedeeltelijk gem. Oosthuizen-en-Hobrede ,
gedeeltelijk gem. Etershem-en-Zuid-Schardam ; palende N. aan de ßeet-
ser-ban, O. aan den Zeedijk, Z. aan de Zeevang, W. aan de Beemster*
Deze koog wordt door de trekvaart naar Hoorn in twee deelen
gescheiden, waarvan het oostelijke wordt genaamd de Groote -We s -
t er-koog, en het westelijke de Kle ine -W es t e r -koog.
Bij den watervloed van Januarij 182S is deze koog gedeeltelijk onder
water geloopen.
OOSTHUIZER-WEG (DE), weg in de Beemster, prov. Noord-H'ol-
land, loopende van den Oost-Beemster-dijk over het zuidwestelijke gedeelte
van Oosthuizen, in eene west-noordwestelijke rigting regt door
de Beemster naar den West-Beemster-dijk, £ u. Z. van Schermerhorn.
OOST-INDIEN, buurs. in het W esterkwartier, prov. Groningen,
arr. en 3J u. Z. W. van Groningen, kant., arr. en 2£ u. Z. Z. W. van
Zuidhorn, gem. en 20 min. Z. W. van de Leekj met 60 h. en 190 inw.
Vroeger had men er eene school, welke door eene nieuwe school te
Zevenhuizen vervangen is.
OOST-INDIEN , pold., vroeger tot het Nederkwartier der prov.
Utrecht behoord hebbende , thans prov. Noord-Holland, arr. .Amsterdam
, kant. Naarden, gem. Korlenhoef-en-Riethoven; palende N. aan
de Papen-Meent, O. aan het Munnike-veen, Z. aan de Kortenhoefsche-
Zuwe, W. aan het Horster-meer.
OOST-KAPELLE, gem. op het eil. JTalcheren, prov.Zeeland, arr.,
tanl. en distr. Middelburg (1 k. d., 1 m. k., 1 s. d.); palende N. W.