3 7 0 OE T.
dertien schellingen en vier penningen (3 guld, 9 1 | cent); maar voor-
namelijk blijkt dit uit zekere keur, door Heer K o en v a n O o s t e r w i jr
Ridder, bij eenen open brief, gedagteekend 7 Febrnarij 1401, ver-
leend, voor bet leggen van eenen zomerdijk ora de landen buiten de
Zeeburg en daaromtrent gelegen ; in welken brief bij zegt: » dat men
» dat voorzegde land , in mynen Ambachte van den Nieuwen-Amstel
» gelegen, bedyken zal”; en een weinig lager: » Ende des zal men jaar-
» lyks zes Schepenen kiezen , als op den zomer den dyk te schouwen,
» des zullen drie Scbepenen wezen binnen der Stede Amstelredamme
» die de Raden van Amstelredamme daärtoe ordonneeren zullen , en
» drie Schepenen van O u t ew a a l , als een Schout, die myn Schout te
» Nyeuwer-Amstel van mynentwege daartoe ordonneeren zal, by den
» geenen, *die daar meest innegeland zyn”.
Toen de stad Amsterdam, in het jaar 1638, ten vierdemale werd uit-
gelegd, trok men de buurschap O e t e n w a a l mede binnen de muren,
als wanneer zij gedeeltelijk geheel veranderd , gedeeltelijk met andere
buizen bebouwd werd. Echter zag men, in het jaar 1721 , van deze
bnurt nog een overblijfscl in een gering boerenhuisje , staande in bet open
veld, beneden den Kadijk, over de Nieuwe Plantaadje, maar na dien
tijd is ook dit gedenkteeken afgebroken , om plaats te maken voor eene
uitdeeling van erven , welke toenmaals in voorslag was, en ook kort
daarna gevolgd is , wordende alstoea deze opene vlakten met huizen
bebouwd en met straten doorsneden.
De naam is bewaard gebleven in den Oetenwalerweg (zie hier on-
der), den Oetenwalermolen , gelegen tusschen den Muider-zeedijken
den Diemermeerschs-ringdijk, cn in het vierde bolwerk (aan de oost-
zijde te beginnen), doch dit is nu gesloopl en aan het Funen getrokken,
Dat deze buurt van gee'n geringe uitgestrektheid en magt geweest is,
blijkt in het bijzonder uit de oude voorregtsbrieyen , en wel eerstelijk
uit dien , welke A l b r e c h t v an B e i j e r e n aan .Amstelland verleend en
geteekend heeft Zondag na St, Gregoriusdag, in het jaar 1387, in
welken hij , wegens het schouwen van Zeeburg zegt : » Ende die
» Zeeburg zullen schouwen drie Schepenen tot Nieuwer-Amstel, twee
» Scbepenen tot Amstelredamme, een Schepen tot Ouder-Amstel ende
» een Schepen tot Oltenwaal, gelyken dat die Heemraders plegen te
» doen” ; ten tweeden , uit dien van Heer K oen van O o s t e r w i j k , als
Ambachtsheer van Ouder- en Nieuwer-Amstel, gegeven den 7 Febra-
arij 1401, en hierboven door ons aangebaald.
Toen de Ambacbtsheeren nog het regt hadden om Schepenen aan
te stellen, verkoos die van Nieuwer-Amstel altijd een uit O exenw aa l .
Weleer plagten die van O e t e n w a a l mede de vrijheid te genieten,
datzij, wanneer hunne dooden te Amsterdam, binnen de oude kerk,
begraven werden, een geheel uur lang en zelfs met de grootste klok-
ken over hen mogten luiden of zulks te laten doen, onder beding
van in het laatste geval het arbeidsloon daarvan te betalen , zonder
iets ten behoeve der kerk op te brengcn ; zijnde hun en hunne na-
komelingen dit voorregt toegestaan, omdat zij de fondamenten van
den Oudekerks-toren gegraven en gelegd hadden.
Den 8 Julij 1366 vergaderden buiten de St. Anthonies-poort der
stad Amsterdam, tusschen die stad en de buurt O e t e n w a a l , aan den
IJkant, omtrent den Kadijk, in het riet, benevens den beroemden
Prediker J an A r e n d s , mandenmaker uit Alkmaar, de volgende zes voor-
name Amsterdamsche burgers, namelijk: R e im e r K a n t , T r e n k d e W aal,
K o r n e l is J a c o b s z . K o s t e r , A l b e r t H e i e s , W il l em F l o r is z o o n en L aurens
OET. 3 7 1
J a c o b s z . , woonachtig in den GoudenReaal, op het Water, alwaar zij,
n a rijP beraad, besloten, om in Holland openbare pred.katien aan te
" nJ n , en op die zelfde plaats dien eigen namiddag weder terug te körnen
pelijk zulks dan ook geschieddc. Na het verngten van een vurig
¡rebed tot God, gelijk zulks des morgens ook gedaan was, werd het
senomen besluit eenparig goedgekeurd , met die bepaling echter, dat
men zieh van de godsdienstoefening rondom Amsterdam vooreerst nog
“ u ontbouden, doordien de Overheid d.er stad, als onbarmbartig ,
wreed cn bloeddorstig gekenmerkt stond , hetwelk dan ook in vervolg
van tijd maar al te zeer werd bcwaarheid, voornamehjk in 1369.
Zelfs nog eenige jaren later, en wel in het midden der maand Janu-
arii 1373 . deed de Baljuw van Amstelland , A r e n d E r n s t v a n B a s s e n ,
vier zoogenaamde Geuzen , buiten aan den Heiligen-weg , ophangen en
e e n e n v i j f d e t e O e t e n w a a l v e r b r a n d e n . ,
Eene gevoelige ramp trof O e t e n w a a l op Zondag den 3 Maart 1631,
wanneer, bij volle maan en gewonen springvloed , de storm uit het
Noordwesten zoo hevig opstak en het water uit de Noordzee, door de
¡raten van Texel, het Vlie en Terschellmg, zoo geweldig in de Zui-
derzee en het IJ indrong, dat eindelijk de St. Anthon.es-d.jk op twee
verschillende plaatsen bij deze buurt doorbrak, waardoor het water
met eene zoodanige woede daar door stortte , dat hei in weinig t.jds
eene diepte van dertig voeten maakle, alles medeslepende wat zieh
in ziinen weg stelde, en zelfs den ringd.jk van het de D.emer-meer
omverre werpende , waardoor die kostbare hoek lands, ruim zestien
voeten hoog, ondervloeide , tot groote schade der eigenaren en zware
kosten voor de stad, welke den zeedijk weder moest doen hersteilen,
zijnde die inbraak bij O e t e n w a a l op achttien en by de bogt op vijitig
roeden wiidtc bevondisn« w j 1/ 7/ j
OETENWALER-PAD, b. in Amstelland, prov. Noora-tlollana.
^OEl’ENWALER-POLDER, pold. in Amstelland, prov. Noord-Holland.
Zie O v b r - A b s t e l - p o l d b r .
OETENWALER-WEG, O o t e n w a l e r -w e o , O d tw a a l d e r -w e c , U e t w a a l -
der-w e o of O o t ew a a l d e r -w e g , weg in Amstelland, prov. Noord-Holland,
strekkende van even N. 0 . de Muider-poort tot aan de Diemermeer.
OETEREN of d e O e t e r e n , naam , onder welken bet geh. D e c t e r e n ,
in de Meijerij van ’s Hertogenbosch, prov. Noord-Braband, wel eens
voorkomt. Zie D e o t b r e n . OETGENSPAD of O e t je s p a o , eigenltjk H e e r - O e t s e n s p a d , b. en weg
in Amstelland, prov. JYoord-Holland, arr., kant. gem. en 3 min.
buiten de stad Amsterdam, loopende van den Amstel naar den Oe-
^"oETGENSPAD (ACHTER-) of A c h e r - O e t je s p a d , eigenlijk A c h t e r -
H e e r - O e t g e n s - p a d , b. en weg in Amstelland, prov. Noord-IIolland ,
arr., kant., gem. en 3 min. Z. 0 . buiten de ^ Amsterdam, loopende
evenwijdig met bet voorgaande, met eene treksloot tusschen beide.
OETJONG, oud d. in Oost-Indie, op het tsundasche eil. Java, resid.
Cheribon, ads. res. Indramajoe. . , . ,
OETJONG, d. in Oost-Indie, op het Sundasche eil. Java, resid.
Preanner-Reqentscbappen, reg. Soekapoera. _
OETMARSSE, oude naam van het vlek O o t b a r s s c b , m rwenthe,
prov. Overijssel. Zie O o tm a r s som . _ „ , . ,
OETRINGEN, U t r in g e n of O e t e r n , in het Fr. O e t r a n g e , d. in het
balj. van Luxemburg, landmeijerij van Sandweiler, grooth.Luxemburg,