SSO OOS.
aan de Noordzee, N. en N. 0 . aan de gem. Vrouwen-polder-Zandijk-
buiten-en-Schellag, 0 . aan Serooskerke-Rijnsburg-cn-Hondegems-am-
bacht, Z. aan Grijpskerke-Bultinge-Zandvoort-en-Hoogelande, W. aan
Aagtekerke en aan Domburg-Binnen-en-Buiten.
Deze gem. bevat het d. Oo s t -Ka p e l l e , benevens eenige verstrooid
liggende boerenwoningen. Zij bcslaat, volgeus het kadaster, eene op-
pervlakte van 1412 bund., waaronder 1399 bund, belastbaar land. Men
telt er 126 h., bewoond door 163 huisgez., uitmakende eene bevol-
king van ruim 810 inw., die mcest bun bestaan vmden in den land-
bouw en den arbeid in de bosschen , welke in deze gemeente talrijker
en grooter zijn, dan in eenige andere van het edand Walcheren.
Yroeger was hier eene brouwcrij, welke, voor omstrecks twintig jaren,
gesloopt is. _
De inw., die op weinige na allen Hervormd zijn , ouder welke oOOLe-
dematen , maken eene gem. uit, welke tot de klass. van Middelburg,
ring, van Feere, behoort. De cerste, die in deze gem. het leeraar-
ambt heeft waargenomen, was Jas de Po luck. , die hier reeds in het
jaar 1584 stond, en in het jaar 1595 nog in levcn was. Onder de
Predikanten , welke hier gestaan hebben , verdienen bijzondere melding:
Johasses Meersbas, die hier den 20 Augustus 1654 kwam en
in 1702 emeritus werd, zoodat hij zijne dienst in deze gem. tot bijna
acht en veertig jaren heeft mögen rekken 5 Johan de Crase, beyestigd
2 December 1703, emeritus geworden 1727, die zes zijner opvolgers in
de H. dienst heeft ingezegend; Gosmses Vroujkhert , die in 1739 alhier
beroepen werd, en in het volgende jaar naar Vlissingen vertrok, alwaar
hij zieh, door het scbrijven van zijnen Flissingsche kerkhemel heeft
beroemd gemaakt, en E w a l d c s Hollebeek , die den 25 October 1744
herwaarts kwam en in 1746 naar Charlois vertrok, waarna hij Hoogleeraar
te Groningen en te Leyden geweest is. Het beroep geschiedt
onder medestemming van den Ambachtsheer.
De weinige Afgescheidenen welke hier wonen , worden tot de gem.
van Middelburg gerekend. — De drie Evang. Luth., welke men er
aantreft, behooren even zoo tot de gem. van Middelburg.
Men heeft in deze gem. eene, in 1845_ nieuw gebouwde , school,
welke gemiddeld door een getal van 120 leerlingen bezocht wordt en
daargesteld werd uit eene toelage der provinciale kas en vrijwillige giften
der inwoners.
Deze gem. is eene heerl. Wie echter de oudste en eerste bezitters
geweest zijn, is onzeker. Men vindt geen edel geslacht, dat Oostka-
p e l l e was genaamd. Het eerste bewijs, dat men deswege aantreft, is, dat
dit ambacht in onderscheidene gedeelten aan bijzondere lieden , helzij
Ridders of Knapen toebehoorde , welke gedeelten door köop of gifte, van
tijd tot tijd, aan de Abten van Middelburg zijn gekomen. Al vroeg
vindt men dat den Abt van Middelburg den eigendom van ambachts
gedeelten in Oostkapelle is opgedragen ; als in bet jaar 1273, wan-
neer F ioris V , Graaf van Holland en Zeeland verkocht heeft: » aen
» den Abt en het Convent der Kercke van de H. Maria in Middelburg
» twee van reebtsgebied in Oestcappelle of daar te weten, het-
» geen toebehoorde aan W i l l e b M o ess zoone , P i e t e r en W i l l e b Costers
„ zoone, W ig e G i l l e s zoone, P i e t e r v a s Dobbdrg en P i e t e r H a s s zoone,
® elk van deze (1) voor veertig ponden Leuvens , met die
» magt dat de voornoemde Abt en Convent in hun rechtsgebied eenen
(1) De open gelaten woorden zijn onleesbaar.
OOS.
* ffetrouwen Scliout vermögen aan te stellen n a a r h u n welgev allen
to t zo lan g zij goed inogten vinden hem a f te z elten en dan eenen
anderen Schout aan te stellen in deszelfs p la a ts , wien en zo dikwerf
, zii willen zu lle n , die e chter ons niet ongetrouw of tegen z ijn , enz.
Door deze en andere aankoopen en giften bij de Abten yan Juid-
delburg successivclijk gedaan en verkregen , waren deze genoegzaam
eigenaars van deze geheele heerlijkheid geworden, in zoo verre dat
bii verleidbrief, in naam van Keizer K arel, den 11 Augustus 1539
verleend, aan den Abt F loris Aart vas S guooshoves , deze beleend
werd met het ambacht van Oostkapelle ter nombre van 2474 ge-
meten 291 roeden (1069 bund. 79 v. r. 73 v. eil.) boven de vervolg
duinen. Dan dit geheele ambacht heeft nimmer aan meergemelden
Kerkvoogd toegekomen ; een klein gedeelte ter nombre van 144 ge-
meten 193£ roeden (66 bund. 41 v. r. 82 v. eil.) bij de breedte ,
behoorde tot de domeinen van den Graaf, zoo als blijkt uit de laat-
ste rekening van 1'iiilibert vas S erooskerkb , Rentmeester Generaal
Bewester-Schelde van het jaar 1568, waar dit in verschillende pos-
ten verantwoord wordt. De meergemelde Abt bezat dit ambacht
als een goed en onversterfelijk leen. Gelijk hij 00k de ridderma-
tige hofstedeu , Duinbe ek en We s th o v en , daar binnen gelegen ,
in eigendom had, en van het een en ander im het genot bleet,
tot dat de onlusten, die het vuur des oorlogs m het jaar 1572 hier
ontslak, kerk- en burgerslaat in Walcheren deden omkeeren, en
het Roomsche kerkbestuur een einde nemen. Kort na de overgave
van Middelburg , in het jaar 1574 , werden alle roerende en onroerende
goedereo, dergeestelijkheidaangekomen bebbende, ten gemeenen voor-
deele aangeslagen en meestal verkocht : dan , met den Allerheiligen-
vloed van bet jaar 1570 en vervolgens, waren de zeewerken der stad
Veere, in zoodanig verval gekomen, dat de Regering van die stad,
bij requeste aan ’s Lands Staten , om onderstand verzocht, waarom
de Steden Middelburg en Ylissingen, dezen hoogen nood in bijzondere
aanmerking nemende, aan die van Veere de heerlijkheid van Oostkapelle-
in vrijen eigendom getransporteerd hebben , als een kwaad en onversterfelijk
leen, met Ambagts gevolg, als Vogelerij, Maalderij en
Visscherij met het Duinken van dien en al zulke prteeminentien en
vrijheden als den Abt tan Middelburg dezelve Ambagtsheerlijkheid
eertijds had beseten en gebruikt ; onder conditie dat die van Vere
eerstdaags zoude moeten emploijeeren 3000 guldens tot reparatie va^ lj e
voorn. zeewerken, en'van 't employ derzelver penningen behoorlijke
rekening doen enz. Dit heerlijk stuk goed alzoo op deze wijze van den
Abt van Middelburg tot de stad Veere overgegaan zijnde, waren de
Regeerders dier stad al spoedig bedacht, ora de kleine gedeelten ambacht,
die voorgezegde Abt niet bezeten had en steeds in den hoe-
zem der grafelijkbeid berustte, door koop meester te worden; gelijk
zij eene partij van 27 gemeten 48J roeden r(10. bund. 90 v. r.
77 v. eil.), hemelsbreedte of sleenschietens 2p ; gemeten 13 roeden
(10 bund. 30 v. r. 41 v. eil.), gestaan hebbende ten name van J as-
per A driaanse van P oppendamme , by diens overlijden en gebrek van
verhef en lossing aan de grafelijkheid vervallen , van Heeren Gecom-
mitteerde Raden, bij publieke verkooping meester werden voor een
pond Vlaamsch en zestien schellingen (1.0 guld."80 cents), den hoop, en
gesteld ten name van J an P ieter van R eygersberge. Gelijk zij daarna
46 gemeten, 234^ roedeü (21 bund. 48 v. r. 1 v. eil.) ambachts bij
den breedte, die steenschietens slechts 43 gemeten 28J roeden (20 bund.