ecnig heerlijk regt, collalie of zijlregt, helzij aan de gronden nog
verbonden of daarvan reeds afgescheiden 1 uitoefenen , zonder dat
het , in voege voorschreven , was geregistreerd. Deze registrature ge-
schiedde op vertoon van eenen regtmatigen titel, waarbij de bedoelde
geregtigheden waren verkregen. Allen, die tot Volmagten verkoren
werden , moesten, bebalve dat zij de voornoemde waarde aan goede-
ren bezaten, ook Ledematen der Hervormde kerk zijn , en , vöor den
tijd, dat zij als Volmagten werden opgegeven, den ouderdom van
liegenden jaren bebben bereikt. De verkiezing gesehiedde, nadat Zon-
dags le voren de oproeping daarvan door den Predikant van den pre-
dikstoel gedaan was, hetzij in de kerk, hetzij in het regthuis of, bij
gebreke daarvan , op eene andere bekwame plaats, wordende de verga-
dering der zamengeroepen Eigenerfden of gekwalificeerde Kerspellieden
bestuurd door den Buurregter, en daar geen Buurregter was, door
den Schatbeurder, dat is , Ontvanger der schattingen of verpondingen
der plaats, die dan de stemmen opnam, en eene procuraLie opmaakle
ten behoeve van den pcrsoon , die door de Kerspellieden daartoc ver-
kozen was. Voorheen plagten somwijlen of als Eigenerfden of als Ge-
volmagtigden , op de landdagen te verschijnen personen , die , ofschoon
zelve niet geregtigd zijnde, de kwalificatie daarloe , onder zekere voor-
waarden en voor zekeren tijd, van anderen hadden overgenomen en
geleend, hetwelk ficlivelijk gesehiedde, ten einde het gezag van rijke
Ommelander Heeren te stijven , en de heerschappij tot weinige personen
te bepalen. Daarom was dit misbruik , in bet 15 art. van het
voornoemde regiement uitdrukkelijk verboden , zelfs onder straffe van
coniiscatic der alzoo misbruiktc goederen. Zoo werd mede, ingevolge
art. 1 6 , buiten gebruik gesteld eene andere gewoonte, eertijds aldaar
zeer gemeen, waardoor men verbindtenissen aanging met Eigenerfden,
zelfs in gescbrift,. om hen te verpligten geene andere stem ter staats-
vergadering uit te brengen , dan die hun, door deze of gcne familie,
bezitter of bezitster van zeker buis, zou worden opgegeven. Deze
schandelijke inkruiping was reeds , in het jaar 1735, door een uildruk-
kelijk verbod van de Heeren Staten Generaal der Vereenigde Nederlan-
den tegengegaan. Vermils echter dit verbod niet had kunnen uitwer-
ken , om een misbruik te weren , hetwelk almede was ingerigt om in
de bijzondere kwartieren der Ommelanden , de overstemming te verkrij-
gen en alzoo het gezag in handen van weinige familien te brengen ,
zoo werd nu , op dergelijke ongeoorloofde verbintenissen , eene zware
straffe gesteld, en wel infamie en inhabiliteit, zoowel ten aanzien van
die zulke stemregten gaven , als die ze ontvingen , geen hunner kon
ooit eenige commissie of bediening weder bekleeden. En, ten einde
wel toe te zien, dat deze heilzame wetten, op de kwalificatie der
Eigenerfden en de verkiezing der Gevolmagtigden gesteld , liehoorlijk
■werden gehandhaafd en de overige misbruiken geweerd, had men , se-
dert 1656 , twaalf Monsterheereu, in elk kwartier vier, behalve den
Stadhouder en de Gecommitleerde Raden, aan welk Collegie de onder-
zoeking en goedkeuring der landdags Comparanten was opgedragen.
Deze Monsterheeren waren , sedert 1659, verminderd en negen in
getal, benevens den Syndicus en den Secretaris, met den Stadhouder
in der tijd aan het Hoofd , die, na 1749 ook de Leden daarvan
(alle Heeren der Ommelander-Regering) elk jaar zelf aanstelde, hoewel
zij rneestentijds hieven v.oortgaan in dien post, in welk geval evenwel
hunnc commissien jaarlijks vernieuwd moesten worden. Deze Monster-
hecren raogten elkander niet nader, dan in den vierden graad van
bloedverwantscbap bestaun , len einde alle eenzijdigheid voor ^körnen.
Die wet greep mede plaats, ten aanzien der Heeren Arbiters of Scheidslieden
van welke er negen waren , die den Syndicus en den Secretaris
der O m e l a b d e n , ook tot hunnen Syndicus en Secretaris hadden.
Hun pligt bragt mede , om de verschillen te beslissen, die over dit verldezingswerk
rijzen konden. .
De vergadering der O m e l a b d e r geraaktc tot een beslmt, als er van
de drie kwartieren, Hnnsingo , Fivelgo en het Westerkwartier, twee
¿enstemmig waren. Doch bij het regiement van 16o9 en het nadere
van 1663 , was ingevoerd , om te stemmen bij onderkwartieren, zoo-
dat men van de negen onderkwartieren er zes , als uitmakende het
ffetal van twee kwartieren , moesten overeenkomen , om een landdags
besluit te kunnen opmaken. Yermits het echter voor den bekrompen
seest die er altijd in de Ommelander Regering heeft geheerscht, gc-
makkeliiker viel, zieh meester te maken van de stemmen in de onderkwartieren
, dan van die van een gebeel kwartier, en om daardoor
de mapt in de regering tot eenige weinige menschen te brengen , zoo
werd. bij het Reglement-Reformatoor van 1743 , de verdeelingin onderkwartieren
gebeel vernietigd, met bepalmg dat m het toekomende
met kwartieren sou worden geconcludeerd, moetende in leder kwartier
de stemmen hoofd voor hoofd worden opgenomen , en daaruit de^
meerderheid van dat kwartier worden gevonden.
Thans maken de O m m e e a b d e n , met een gedeelte van het Gooregt
het ecrste kiesdistrikt, hoofdplaats On d e r d e n d am , alsmede de
kant. Zuidho rn, Onde rdendam en Appin gedam en een gedeelte
van het kant. Groningen uit.
OMMELANDEN (BATAVIASCHE-), onderafdeeling in Oost-Indie,
op het Sundasche eil. Java. Zie B a i a v i a s c h e - O m e e a n d e n .
OMMELANDERWIJK, geh. en vaarwater m -het fr old-Uldambt,
prov. Groningen, arr. en | § u. Z. W. van Winschoten, kant. en
21 u. Z. ten 0 . van Zuidhroek, gem. en | u. Z. 0. van Veendam.
2Het is eigenlijk een uithoek der Medemer-veenen , welke voorheen
tot het c o n v e n t Heiligerlee hebben behoord, en sedert door de Staten
in beslag waren genomen. Hiervan hadden de Staten in het jaar 1629
honderd negentien jukken (ongeveer 59 bund.) in beklemmmg overge-
daan aan Jonker G e e r t L e w e . Yervolgens vielen den Heeren der üm-
melanden bij de deeling der kloostergoederen, tusschen de beide
Staatsieden, velen dezer veenen toe, waarna die den aanleg van deze
Wijk in 1653 , hebben begonnen , dragende van daar den naam
van o ’ j m e i a b d b r w i j k ; maar vervolgens zijn , in het begin der voor-
gaande eeuw , de veenen verkocht aan zekere weduwe R o s e a u van
welke zii in handen van velen gekomen zijn. Dit water strekt zieh
van het Zuidoosten naar het Noordwesten uit , onUpnngt in de
Nieuwe-Pekela en ontlast zieh, nabij de kerk, in het Oude-diep-van-
Vccndoitim
( Het geh. wordt bewoond door 167 huisgez., uitmakende eene be-
volkino- van ongeveer 840 zielen, liggende de huizen längs het Oos-
1 ter-diep, dat uit het midden vanVeendam komt en een uur oostwaarts
Uot difft aan de Pekela loopt. '
De Herv., die er wonen, behoorden tot in 18415 tot de gem. r een-
dam, maar zijn, in dat jaar, vereenigd met die van Zu i dwe n d i n g ,
eene gem. geworden. — Men heeft er eene school van de tweede klasse.
0MMELANDERW1JK-EN-ZUIDWENDING , kerk. gem., prov. Groningen
, klass. en ring van Winschoten.