overgegaan in het St. Jans-Gasthuis, welk gasthuis da Bisscliop ran Suda,’
Kommandeur van St. CathaHna-huis te Haarlem, in de slad Haarlem,
op een erf van Meester G ck k it T e t t e n r o d b , Kanunnik van St.
Mariaskerk te Utrecht, in hct jaar 1310, gesticht had, hebbende
de gezegde Heer G e r r it het gezegde huis en erve, ten voorgemelden
emde, overgedaan aan den voornoemden Kommandeur. De-stiobting-
hrief_san.il it Tempelieren-klooster-, buiten Haaiient, N ik uw -KLeesvEft-ge-
jnoemd, was door W illem j—Heer van Egmond, on Hcer G b rb it Land-
deken van den Bissohop van Utrecht, gcteekcnd in -het iaar’ 1511
op-V-rijdag na 1 Mei. *
NIEUWE-LAND (HET) , pold. in het eil. Goedereede-en-Overflakkee
prov. Zmd-Holland. Zie S ommelsdijk (Het-N ieuwe- land- van- ) (1). ’
NIEUWE-LAND (HET), buitenveld of schapenweide op het eil. Ter-
smelling, prov. Hoard-Holland, arr., en 18 u. ten N. van Hoorn
kant. en 14 u. N. van Medemblik , gem. Tenchelling , ¿u.Z. ten o l
van Midsland.
NIEUWE-LANDEN-VAN-BAARLAND (DE), voorm. streek lands in
Zuid-Beveland, prov. Zeeland, die door de Dierik van de Oudelanden-
van-Baarland afgescheiden werd. * Zij kwam reeds voor in 1480, onder
den naam van het N i e u w-La nd , het Nie u we -Veld , Nieuwke rk
en S tu i f z an d enz. Zij werden in 1332 overstroemd, doch achter-
volgens spoedig herdijkt, maar weldra ook weder verloren.
NIEUWE-LAND-VAN-WIERINGEN (HET), bedijking in de prov.
Noord-Holland. Zie W ieringerwaard.
NIEUWE-LICHT (HET), in onde handschriften het K looster- van-
®e-H .-M aagd-Maria- te-B lochem geheeten, voorm. kloost. in Dregterland,
prov. Noord-Holland, 10 min. N. van Wester-Blokker, aan de Wijzend.
Het werd bewoond door Reguliere Kanunniken van de orde van den
H . A ugustinus, en was in het jaar 1388, door Gerard van Hoorn en
P aulus van Medemblik , Priesters en discipelen van Geraard Groote ,
gesticht op last van Meindert E bperszoon , die de kleeding van Leke-
broeder hier aangetrokken heeft en er bet einde van zijn leven, in groote
godvruchtigheid, heeft doorgebragt, zoodat hij in den reuk van heiiigheid
gestorven is. Het was voorzien van eenen spilsen toren even als het nabij
gelegene Zwaag. In het jaar 1330 heeft het een nieuw pand gekre-
g en , en in het jaar 1367 de beeldstorming uitgestaan ; maar in het
jaar 1373 is het, door de burgerij van Hoorn, gezamelijk en gelijkerhand
afgebroken en vernield , helgeen, volgens Y elibs , inderdaad te beklagen
was , nademaal het, zoo wel wegens de pracht der gebouwen , als de
vermakelijklieid der plaats , naauwelijks voor eenig klooster van geheel
Nederland behoefde te wijken. Daarin werden doofgaans 900 en som-
wijlen 1000 arme lieden of geringe burgers gespijzigd , die er in hunne
rampen en eilenden eene beschutling vonden. Van dit klooster is thans
niets meer te vinden , maar het land, waar het gestaan heeft, is nog
bekend onder den naam van Klooster-werd , en wordt, wegens de
vroegere ongelijkheid van den grand, in do wandeling het Hobbeld e-
Bobbe lde - land genoemd. Die ongelijkheid is echter voor eenige jaren
weggenomen en de fundamenten gelijktijdig uitgegräven.
NIEUWE-MEER (DE), water, prov. Friesland, kw. Oostergoo,
griet. Tietjerksteradeel, hctwelk uit het Oudk e r k s t e r - m e e r in
eene westlijke rigting naar de Doekumer-Ee loopt.
Eveneens zoeke men de overigepold, Het Nikuwe-land heeteade, op den naam der gem., waartoe
2*j bebooren.
NIEUWE-MEER (HET), mecr in Kennemerland, piox.lfoord-Holland,
Z. vah Slooten.. . , , ,
Het was vroeger een water op zieh zelve, maar i s door het steeds
toenemen van het Haarlcmmermeer eindelijk een deel, en wel de
noordoostelijke punt, daarvan geworden , en daar het niet in de be-
diiking begrepen is , zal het nu weder een water op zieh zelven worden.
NIEUWE-MEER (HET), meer in Waterland, prov. Noord-IIolland.
Zie Kbinselmeer (Het).
NIEUWENBERG, geh. in de bar. van Breda, prov. Hoord-Bra-
hand, arr. en 4 u. W. van Breda, kant. en 1 u.Z. W. van Ouden-
boseh, gem. Roosendaal-en-Nispen, | u. N.^O. van Roosendaal, aan
de Nieuwenbergsche-watering ; met 6 h. en oO inw.
NIEUWENBERG, kast. in de heerl. ’s Hertogenrade, prov. Limburq.
Zie Necbdrg.
NIEUWENBERGSCHE-WATERING , beekje, prov. Noord-Braband,
d a t in het markgr. van Bergen-op-Zoom, orutrent Z.egge, in de heid-c
ontsprin g t, längs het geh. Nieuwenberg vloeit en zieh in de Roosen-
daalsche-vliet ontlast. _
NIEUWENBOSCH, buurs. in het markgr. van Bergen-op-Zoom ,
prov. JVoord-Braband, a rr. Breda, k an t., gem. en £ u. N. van Ou-
denbosch, tegenöver Standaarbuiten. •
NIEUWEN BROECK , Nubroek of Niienbrobk , kast. in het ambt van
Montfoort, prov. Limburg, arr. en 2 u. N. van Roermonde, kant. en
2-J u. Z. len W. van Fenlo, gem. en O. van Besel.
Dit kast. beslaat, met de daartoe behoorende gronden, eene opper-
vlakte van 80 buüd. 37 v. t. 13 v. eil., en wordt thans in eigen-
dom bezeten en bewoond door den Heer Ernst Rutsch van Nieuwen-*
broeck. ,
NIEUWENBURG, voorm. buit. in Rijnland, prov. Zuid-Holland,
\ arr. en 2J u. Z. O. van Leyden, kant. en 2 u. Z. W. van Alphen,
W ) gem. Hazerswoude. , • •
i < Later was op deze buit. een alom bekend gesticht voor krankzmm-
| gen gevestigd j thans dient het tot een Instituut voor Jongeheeren, dat
l 20 leeflingen telt.
j / NiEUWENDAAL, buit., prov. Overijssel, arr., kant. en 1 u. N.
[ )v än Dezenter, gem. Diepenveen.
NIEUWENDAM, d. in Waterland, prov. Noord-Holland, arr. en
7 u. Z. Z.W. van Hoorn, kant. en 3 u. Z. Z. W. van Edam, gem.
Nieuwe'ndam-en-Zunderdorp, aan den Waterlandsche-Zeedijk, met
eene haveii. Men vindt deze plaats reeds genoemd in het jaar 1344,
in het octrooi van Amsterdam, wegens het varen der schepen over
Pampus. .
Het dorp, dat op eene uitgestrektheid van rulm 360 eilen, längs
den dijk gebouwd is, en het uitzigt naar de stad Amsterdam heeft,
telt 140 h. en ongeveer 700 inw. De plaats is redelijk welvarende.
Hier wonen vele zeevarenden en ook eenige kooplicden. Men heeft
er eene groote scheepstimmerwerf, waarop ook schepen voor de vaart
op Oost-Indie gebouwd worden j voorts eene taanderij , eenen koren-,
eenen pel- en drie houtzaagmolens , van welke eene te vören een pel-
molen geweest is , eenen schulpzandmolen, die voor dezen een oliemo-
len was , alsmede de buskruidmolen no. 6. Vroeger had men er nog
twee houtzaagmolens, doch deze zijn afgebroken j ook was er in het
jaar 1743 of 1744 eene traankokerij aangelegd, welke mede niet
meer bestaat.