Zaamslag , wclligt met medehulp van andere naburige Leeraars, hediend
zijn geworden, to t d a t de Gereformeerden, uit deze landstreek ver-
strooid of gevlngl zijn , na de verraderlijke overgave van Axel en Hulst
door Servaes van S te e la n t , Hoofd-Baljuw van hei Land 'van Waes*
aan P a rk a , ten jare 1883.
Alras volgde nu , in den strijd met S p an je , op den 3 Februarij
1884 door de Slaatsche bezetting van Neuzen, eene scbrikkelijke ver-
woesting , zoowel van Z a a m s l a g , als van A a n d i j k e en Othene
waarna Prins Madrits , te r beveiliging van Axel, door hem op den
17 Julij 1886 vermeesterd , deze geheele landstreek onder water zette
waardoor de meeste polders in dezen oord verloren gingen , en de pa-
rochie O ire n r , met haar kerkgebouw zoodanig verdelgd werd', dat
daarvan volstrekt geene sporen overig bleven. Gedurende het twaalf-
ja rig be stan d , dacht men wel aan herdijken , zelfs werd in 1610 octrooi
verleend to t het beverschen van 0 u d-e n-Ni euw-Ot hen e , Diepenee
Ge e n d e r d i j ke , den Be e r s - pol d e r en We s t - Z a a m s l a g , doch er
kwam niets van , vöor dat in 1648 de vrede gesloten en den 12 De-
cembcr van dat ja a r een nieuw octrooi verleend was voor Z a am s l a g ,
A a n d i j k e , Oud- en N i e u w -O t h e n e en P o u c q u e s - p o l d e r , in
■welke herdijking werden opgenomen de gronden der voormalige polders
Z a am s l a g , G e e n d e r d i j k e , G r a v e n - p o l d e r , Di e p e n e e , Oud-
en-N i euw-Ot he ne en P o ucq u e s - p o l d e r , verkrijgende deze nu den
algemeenen naam van Polder-van-Zaamslag ; terwijl de gronden van
Aa n d i j k e en de nog overgeblevene van Ge e n d e r d i j k e eerst later en
wel in 1684 zijn beverscht, in eenen afzonderlijken polder, thans be-
kend onder den naam van Aan- en Genderdijksche-polder. Van lie-
verlede ontstond n u , na deze herdijking, in 1 6 4 9 , aan het noord-
westelijk uiterste van den Polder-van-Zaamslag, het hier bovenvermelde
g e h u c h t, omstreeks de plaats van de voormalige parochie, dat even
als deze, den naam van Othene d ra n g t, en dat geheel to t de gemeente
Zaamslag behoort.
OTHENE (OÜD-) en NIEUW-OTHENE, twee voorm. polders in
Staats-Vlaanderen, in Axeler-ambacht, prov. Zeeland, waarvan de
laatste in het ja a r 1 3 0 0 , doch de eerste vroeger, bedijkt was. Zij
werden, met meer andere polders in die strek en , door de bezettin
g van Neuzen, den 26 Julij 1874 en later 1 8 8 6 , te r beveiliging
van de vesting Axel, door M a d rits , Prins van Oranje, onder water
gezet. Zij lagen, Nibuw-Othene westwaarts van Öod-Othene , beiden
ten N. van den GraVen-polder en Diepenee, en deze twee laatsten weder
N. W . en N, van den Zaamslag-polder. Bij de herdijking van
den tegenwoordlgen polder van Zaamslag , in 1 6 4 9 , zijn de gronden
van Oud- en Nieuw-Othene , daarin opgenomen- (zie het vorig artikel)
en wel van Nieuw-Othene 224 gemeten 276 r. (100 bund. 22 v. r.
44 v. e il.), van Oud-Othene 78 gemeten 230 r. (58 bund. 9 v. r.
88 v. e il.); van Graven-polder 293 gemeten 48 r. (130 bund. 63 V. r.
24 v. e il.), en van Diepenee 234 gemeten 162 r . (104 bund. 81 v. r.
10 v. e il.), alles hemelsbreedte.
OTHENSCHE-KREEK of Otensche-kreek, viscbrijk water in Staats-
Vlaanderen, in Axeler-ambacht, prov. Zeeland, a rr. Goes, kant.
A x e l, distr. H u lst, gem. Zaamslag.
Deze kreek strekt zieh längs de geheele westelijke grensscheiding
van evengemelde gemeente ui t , to t dat zij zieh verdeelt in twee tak-
k en , waarvan de westelijke onder den naam van B r omk r e e k , bij
h et geh. het Spui e in d ig t, en de andere aldra op nieuw in twee
takken gescheiden wordt, to t d a t deze beide door de Groenestraat of
weg worden afgesloten. _ ,
Deze watervlakte, waarin onder anderen: paling en uitmuntende
baars, om den aangenamen smaak wijd en zijd beroemd, gevangen
wordt, b eslaat, volgens het kadaster, eene grootte van 102 bund.
68 v. r. 20 v. eil. . , '
In 1844 en 1-848 is door deze kreek een der twee meuwe stroomkanalen
heen geleid, to t eeDe verbeterde uitwateribg van de polders in het
Vjjfde d istrik t van Zeeland en to t afvoer van de Vlaamsche wateren.
Zie deswege N-buzen (Kanaal-vak-). #
OTMARSGH en OTMARSUM, oude namen van h e t platlelandstadje
Ootmarssum in Twenthe, prov. Overijssel. Zie Ootmarssuh.
OTRABANDA of Ovb rzu d e, ook Spaansche-zmde g en o em d , b . op h e t
West-Indische «A. Curacao.
Het is eigenlijk de westzijde der haven van Willemstad, en bestaat
in eene rei goede huizen , welke aan den noordwestkant aan het water
uitkomen. Verder is er eene groote breede s tr a a t, in eene eenigzins
rijzende ligging. . , v .
OTTARLOUN, n a am , onder welken het d. O tte re o o op den Velu-
viexoom, op bet ja a r 888 vermeld wordt. Zie O tte r lo o .
OTTENFORT of O t t e n v o o r t , plaats , door welke, volgens Meli»
I Sto re ., de F rie ren , in het ja a r 1166 op Alkmaar aantrekkende,, in
rsvijands land zijn overgegaan.
] Zij moet derbalve gelegen hebben aan de rivier Kinnem, die de
jandscheiding was. Beka regt duidelijker d a t zij getrokken zijn door
\de ondiepte O c e en v o rd t, die zonder twijfel boven Vrooneu is geweest,
idewijl anderzins geene sebepen , wegens de ondiepte van de z e e , der-
(waarts hebben kunnen opvaren. Urbo Emmius meent d a t er eenig spoor
van deze benaming te vinden is in O tte rd u k , nabij Alkmaar.
OTTENSTEIN, voorm. adell. b . in de Pfeder-Betuwe, prov. Gelderland,
a rr ., kant. en 2 u. N. van T ie l, gem. en j u . N-. ten ö .
van Maurik. .
In het ja a r 1687 , komt de Heer O tto van Likburb , Oversle-Lui-
tenant voor, als bezitter van de plaats thans onder den naam van
O t t e n s t e i n bekend, (laatst herkomstig van Jan van Bobkel) , met
aanduiding dat zij toen die naam* heeft bekomen , ontwijfelbaar dusv
naar den voornaam des nieuwen eigenaars. In het ja a r 1 71 7 , was
eigenaar de Heer Re in ie r de V r e e , Oveuste-Luitenant, wiens nakome-
lingen sedert steeds in bet hezit zijn gebleven , zijnde thans eigenaar
de Heer Johannes de Vre e en consorten , woonachtig te Maurik.
O tten s te in , in het j a a r 1 8 2 0 afgebroken zijnde, ziet men th a n s , te r
plaatse waar het gestaan h e e ft, een tuinhuisje. De daartoe behoord heb-
bende gronden, beslaan een oppervlakte van 40 bund 28 v. r . 24 v. eil.
OTTER, plaat in den Biesbosch, prov. Zuid-Holland, a n . Gorin-
elem, kant. en gem. Sliedrecht; palende N. aan h e t Mal-diep, 0 . aan
de Kikvorsch-kil, Z. aan de Rokes-kil , W . aan de Bosse-kil.
OTTERBROEK, buurs. op de Middel-Feluwe, prov. Gelderland,
distr. Feintee, a rr. en 7 u. N. ten 0 . van Arnhem, kant. en 3 u.
N- N. 0 . van Apeldoorn, gem. en 1 | n. N. ten W . van Voorst,
nabij W i l p , waartoe het b eh o o rt; met 220 inw.
OTTER-DIJK , dijk in de Meijerij van 's Hertogenbosch, prov. Noord-
Braband, kw. Peelland, Herde distr., arr. en 3 u. O. van Eindhor
ven, kant. en 14 u. N. W. van Asten ,, gem. en 10 min.. Z. 0 .
van Lierop; met 4 h. en 20 inw.