De Doopsgez., die er 8 in getal zijn , worden tot de gem. van Noord-
liorn gerekend. — De dorpscnool wordt gemiddeld door een getal van
80 leerlmgen bczocht.
Te Niekebk stond weleer bet huis B lo cm e r sm a , waarnaar zieh nog
een tak der Albeeda’s noemt.
Onder dit dorp plagt een gasthuis te zijn , in helwelk arme vreemden
voor een tijd geherbergd werden. Het St. Geerlruids-Gasthuis, in Groningen
, geeft uit dien hoofde nog jaarlijks eene ton haring aan de Diakonie
van Niekerk en Faan.
NIEKERK-EN-VLIEDORP, kerk. gem., prov. Groningen, klass.
van Middelstum, ring van JLeens..
Men heeft er slechts eene kerk te N i ek erk , zijnde die te V lied o rp
afgebroken. Deze gem., welke ruim 800 zielen , onder welke ongeveer
100Ledcmaten , telt, was voorheen vereenigd met Ulr u m , maar in het
jaar 1681 deed Wesselos Rrodius, die reeds sedcrt 1628 deze combina-
tiebad waargenomen , wegenszijne booge jaren , afstand van Ulrum , en
vcrtrok naar Niekerk-en-Vliedorp , waar hij in 1683 overleed.
Het patroonregt dezer gem. behoorde vroeger aan het adell. geslacht
vos In- und Knipbauzen , te Ulrum, thans aan eenige daar wonende land-
bouwers.
NIEKERK-OLDEKERK-EN-FAAN, kerk. gem., prov. Groningen,
klass. van Groningen, ring van Groote-gast.
Men heeft er slechts eene kerk, te N iek e rk , zijnde die van Olde-
k erk reeds lang, en die te Faan in het jaar 1826 afgebroken.
Vroeger rnaakte M iek e rk -en -F a an eCne gem. u it, welke tot eersten
Leeraar had Sigefridus Aeldriks , die er in 1624 kwam, en in 1681
overleed. In 1680, toen Jacobos Aeldbiks , die er in 1677 gekomen
is , Predikant te Niekerk-en-Faan was, werd Old ek erk, dat vroeger
met eene andere plaals was vereenigd geweesl, er bijgevoegd. Het
patroonaatregt van deze drie vereenigde plaatsen Staat alleen aan het
Huis Byma , liggende bij Faan, en sedert kort behoorende aan den
Heer Quintus. j\&
NIEKOOP (LASS-), gem. in het Nederlcwartier der prov. Utrecht,
arr. Utrefht, kant. Maarssen (3 k. d., 8 m. k., 2 s. d .); palende N. W.
aan de gem. Noordeinde-van-Portengen en Breukelen-Nijenrodes, N, en
O. aan Breukelen-Nijenrodes, Z. O. en Z. aan de Haarzuilens , W. aan
Gerverscop en Kockengen.
Deze gem. bestaat uit de pold. L a a g -N iek o o p , de L a g e -H a a r
G ie ltjen sd o r p , V ijfh o ev en en Port en g en - Zuide in de . en
bevatde b. Laag-Niekoop, benevens de gehi Lage -Haar , Gielt
j ensdo rp, Vij fhoeven en Portengen. Hij beslaat, volgens het
kadaster, eene oppervlakte van 678 bund. 88 v. r., waaronder 678 bund.
9 v. r. 80 v. eil. beiastbaar land. Men telt er 46 h., bewoond door
62 huisgez., uitmakende eene bevolking van 340 inw., die ineest hun
bestaan vinden in den landbouw. Ook heeft men er eenen korenmolen
aan de Lage-Haar.
De Herv., die er 120 in getal zijn , behooren tot de gem. Kockengen. _
Van de R. K., die men er 220 aantreft, behooren,, die van Laag-
Niekoop, Lage-Haar en Gie l t jensdorp onder Vleuten-aan-
hel-Uoog, die van \ lj fhoeven onder Brcukelenf en die van Portengen
onder Teccop. — Men heeft in deze gem. geensehool, maar
de kinderen genieten onderwijs te Kockengen.
Deze gem.. is eene heerl., welke vroeger leenroerig was aan het liuis
van Vianen, door hetwelk de Heer Mr. Louis Thip de Marez daarmede,
in het jaar 1741, beleend werd. In het jaar 1841 is zij overgaan van
de weeskamer der stad Amsterdam of anders Marezgeregt,aan Heeren
Burgemeester en Wethouderen der stad Delft, en in 1843 aan den Heer
G. Munnicks van Cleeee , te Utrecht.
De b L aag-N ieeoop , N i j e o o p of L age-N ieuwkoop, l,igt 2 j u. N. N. W.
van Utrecht , L§ u. N. W. van Maarssen en is geheel in de lengte ge-
bouwd. Men telt er 12 h. en nagenoeg 100 inw.
Aan die van N iekoop, het Z w i d e i n d e - v a n - P o r t e n g e n r i j f -
hoeven en een huis in Gerverscop, heeft Keizer KarEl, in het
jaar 1830, tot een geregt en vierschaar vereenigd , zijnde, in plaats
van het buurtregt vergund het schepenregt te gebruiken , zoo dat er
regt zou gedaan worden bij eenen Schout en vijf Schepenen , in der
tiid jaarlijks te vernieuwen door den Ambachtsheer.
NIEKOOP (LAAG-), pold. in het Nederkwartier der prov. Utrecht,
arr. Utrecht , kant. Maarssen, gem. Laag-Niekoop; palende N. aan
den Ham, O. aan Gieltjens-dorp, Z. aan de Haar, Z. W. aan Gerverscop
, "W. aan Kockengen.
Deze pold. beslaat, volgens het kadaster, eene oppervlakte van
229 bund. 83 v. r. 4 v. eil., alles schotbaar land; telt 12 h., waaronder
10 boerderijen, en wordt door eenen watermolen en eene sluis,
op de Vecht,- van het overtollige water ontlast. Het polderbestuur-
bestaat uit eenen Schout en twee Poldermeeslers.
NIEL, naara, onder welken het d. Maasniel, pro w. Limburg, arr.
Roermonde, het meest bekend is. De naam Maasniel dient om het
te onderscheiden van het Pruissiscbe d. Wal d n i e l . Zie Maasniel.
NIELAND (OOSTER-) of O oster-N ieuwland , d. in Hunsingo, prov.
Groningen, arr. en 3 u. N. W. van Appingedam, kant. en 3 u.
N. 0 . van Vnderdendam, gem. en | u. 0 . Z. 0 . van Uithmzer-Meeden,
op de grenzen van Fivelgo. Men telt er, in de kom van het d., 43 h.
en ruim 280 inw., en met de daartoe behoorende b. de Hoorn,
48 h. en 300 inw., die meest in den landbouw en de veeteelt hun
bestaan vinden. Ook heeft men er eenen korenmolen.
Dit d. is . oogenschijnlijk, later dan de meer zuidelijke gelegen
gronden binnengedijkt, ofschoon men niet weet, wanneer zulks ge-
schied zij. Voorheen was het aan alle zijden afgedijkt; ook ziet men
er, behalve den Oude-dijk, nog sporen van eenen vroegeren buitendijk.
De’ zee heeft in deze streek verbazend veel land teruggegeven. De
oude Zeedijk is hier, even buiten het dorp, nog zeer zigtbaar en aan-
zienlijk. Drie kolken en eene omdijking doen zien , welk eene geweldige
doorbraak op dit punt heeft plaals gehad. De eene kolk, welke vrij
diep was, is echter in den winter van 1848 op 1846 gedempt.
Tusschen Zijldijk en het Ooster-N ieland , in de gracht van Heertje-
Obbes-Dijksterhuis , heeft oudtijds , naar men verhaalt, eene sluis gelegen.
Een oud strooihbed is , verder naar buiten, door deskundigen na-
gespoord en in kaart gebragt. • Nevens deze plaats ligt een laag stuk
land, dat oude lieden nog als moerassig hebben gekend , en de haven *
plagten te noemen. Ook wil men, dat er eene kleine sluis op het
Ooster-N ieland (misschien voor het dorp of een gedeelte land) hebbe
gelegen.. Een groot gedeelte van den bodem bestaat hier uit zavel-
achtigen grönd, die echter ten Oosten zandiger is , doch aan het
Maar-vliet vindt men in den benedengrond ook roodoorn.
De Herv., die er 260 in getal zijn, behooren tot de gem. van Ooster-
Nieland-en-Oldeniijl, welke hier eene kerk heeft. Deze kerk , oud
en böuwvallig geworden zijnde, heeft in het jaar' 1843 aanzicnlijke