OUDE-WEG (DE), water, prov.Friesland, kw. Oostergoo, dat nit
de Graft in de griet. Idaarderadeel voortkomt, en met eene oostelijkc
rigting in de Groene-Deken, griet. Tietjerksteradeel, uitloopt.
OUDE-WEG (DE), water, prov. Friesland, dat uit bet Oudehof
voorkomt, in eene zuidelijke strekking , naar de Jeltesloot loopt, en
de grensscbeiding tnsschen de griet. IFymbritseradeel, kw. W estergoo,
en de griet. Doniawarstal, kw. Zevenwouden, daarstelt.
OUDE-WEG (DE BROEKSTER-), water , prov. Friesland, kw. Zevenwouden
, griet. Doniawarstal, hetwelk zieh onderscheidt in den Noor-
d er -Oude -weg en den Znide r -Oude- we g, waarvan de Noor-
der-Oude-weg een naauw water en de Zuider-Oude-weg een breed water is.
Het komt uit de Goingarijpster-poel voort en loopt met eene zuidelijke
en zuidwestelijke rigting längs hetd. Broek in de Langweerder-wielen uit.
OUDE-WEGSTER-POLDER, pold., prov. Friesland, kw. Zevenwouden,
griet. Aengwirden; palende N. aan de Hooiwaden , 0 . aan Luxwolde,
Z. aan den rijweg, W. aan Tjalleberd.
Deze pold., welke in het jaar 1787 bedijkt is, beslaat, volgens bet
kadaster, eene oppervlakte van 127 blind. 20 v. r. 10 v. eil., waar-
onder 62 bund. 41 v. r. 13 v. ell. schotbaar land; telt 4 h., allen
boerderijen, en wordt door twee molens van het overlollige water ont-
last. De polderadministratie beslaat uit eenen Directeur.
Bij den watervloed van Februarij 1823, bezweek de dijk van dezen
polder, welke, gedurende den winter van 1824 op 1823, wegens den
boogen stand van het water, reeds met moeite was behoiiden gebleven,
met dat ongelnkkige gevolg, dat de geheele polder onderliep. Door
de spoedig aangebragte hulp aan hen, die het meest in gevaar waren ,
werden echter van honderd vier en zestig stuks vee, dat in dezen
polder aanwezig was, slechts ein paard,'eene koe, een schaap en drie
varkens vermist. .
OUDE-WERELD, voorm. plaats op het voorm. eil. Goedereede, prov.
Zuid-Holland, aan bet strand van de Qostduinen, die voor onheugelijke
tijden door het water moet ingezwolgen zijn , zoodat er thans niets mger
van te vinden is. Bij zeer laag water plagt veel volks derwaarts te
gaan , om geld, en oude rariteiten te zoeken , welke door de ingeze-
tenen aldaar gevonden werden , bestaande meest in penningen en geld,
goud, zilver, metaalen koper, voorzien met de beeldtenissen van Keizers,
en wel meest van J u l i u s C a e s a r en A u g u s t u s , gouden ringen enz.
P i e x e b J a n s z . T w i s c k zegt daarvan in zijne kronijk : » Bij Goeree,
» een stedeken na denBriel, is dezen somer (1618) noordtwaarts naar
» de zee, een oudt verfallen stedeken ontdekt, betwelcke noch etter
» lijcke hondert jaren , met sandt is overstolpt en bedeckt geweest,
» hetzelve is nu door de afspoelinge van de zee ontbloot gheworden;
» men vint er fondamenlen van groote huyzen, ja oock groote straten,
» soo dat eenigbe daar uyt oordeelen dat het wel eertijdts een trelFelijke
» stad gheweest is , van welkers ondergangh nochtans de oude chro-
» nijeken geen mentie en maeckten ; hier heeft men veelderhande
* antiquiteyten ghevonden, als, onder anderen, twee groote tanden
» aan malkanderen, twee kopere ringen , die van oudheyt of van de
». roest sebier opgegeten zijn; bet sebijnt dat in den eenen wel eertijds
v een slcen gbestaen heeft, ook heeft men hier ghevonden , eenige kopere
» penningen, daer beeltcnissen opstonden, op den eenen stact gheschre-
» ven A d r i a n u s , op den anderen A n t o n i u s , daaruyt men oordeelt,
j> dat deze stad eertijds onder der Romeynen ghebiedt ghestaen heeft.”
Ook vindt men in de aanteekening van L. d e Z e t t e r ,, Secretaris van
Goedereede , dat tfezo ontdekking jaren voor dat T w i s r zijne historie
geschrcven heeft, had plaats gehad, en dat de ontdekking op ver-
scheidene tijden is geweest, alsmede dat er gouden en zilveren penningen
zijn gevonden , waarop de beeldtenis van A le x a n d e r den Groote
stond, hetgeen eenigen evenwel voor het hoofd van P a l la s of M ineeva
aanzagen. Sommigen zijn van gevoelen , dat deze'stadwel Oud-Vlaar-
dingen mag geweest zijn , omdat het tegenwoordige Vlaardingen niet
Staat, op de plaats waar Oud-Vlaardingen, dat voör eeuwen door de
zee vernield is , gestaan heeft, zoodat, naar hun gevoelen, Oud-
Vlaardingen in het Land-van-Goeree zoude gelegen hebhen. Anderen,
zoo als G. v a s Loos en J. W a g e s a a r , vermeenen , dat de beroemde
haven voor de Brittannische vloot, ten tijde der Romeinen , daar ler
plaalse gelegen heeft en dat dit de overblijfselen kunnen zijn van
eene s tadWi t lam ofWi t l a n d genaamd , welke eene koopstad was
aan den uitloop der Maas gelegen , welke, in 837 te gelijk met een ge-
deelte van Walcheren , Antwerpen en Dordrecht bij eenen inval der
Noormannen verwoest, sedert niet herbouwd en later door de zee ver-
zwolgen is ; doch dit laatste gevoelen wordt door den Oudheidkundige
H. v a s WjjN.stejlig tegengesproken.
OUDE-WETERING, d. in Rijnland, prov. Zuid-Holland, arr.
en 3 u. N. 0 . van Leyden, kant. en 1£ u. N. van Woubruyye, gem.
Allemade, 32° 12' 49" N. B., 22° 18' 39" 0 . L. Het is de hoofd-
plaats der gem. Alkemade en Staat in de oude brieven der Utrechlscbe
kerk vermeld onder den naamvan A d e -W e t e r ir g e , hetwelk in bet oud
Frieseh Oude-Wetering beteekent. Het ontleent zijnen naam van de
ligging aan de Wetering, die uit het Braassemer-meer vroeger naar het
Haarlemmer-meer, thans naar het kanaal van dat droog te raaken
meer loopt, en als de oudste der wateringen in deze streek bekend
Staat'. Deze plaats was voorheen zeer scheeprijk en woelig, doordie^i
alle hinnenlarids-vaarders , die van Amsterdam,; Haarlem , :het Noorder-
kwarlier, ja uit gehecl Gelderland, Overijssel, Frieslaiid en Grorijiw
gen naar Zceland, Braband', Viaanderen en zejfs paar Keulen of yar)
daar weder terug moesten , hunnen tocht door de Oude-Wetering hemen
moesten , hetgeen hier veel levenen welvaart te weegbragt; deze drukle
is echter later aanmerkelijk verminderd, nadat vele dier schepen door het
nieuw gegraven kanaal, dat van den Rijn naar de Aar loopt, eenen
veel gemakkelijker en minder gevaarlijken weg , längs, de Aar en den
Amstel, haar Amsterdam gevonden hebben. Thans evenwel is , door de
aanwezigheid van het kanaal of de ringvaart-van het droog te inaken
Haarlemmer-meer, die scheepvaart weder aanmerkelijk vermeerderd
en Staat in het vervolg nog aanzienlijk te vermeerderen , dewijl dit
kaiiaal eenen zeer gemakkelijken , spoedigen en minder kostbaren weg
naar de steden Amsterdam , Haarlem , Leyden enz. uitmaakt, dan
längs de Aar en den Amstel. Meh telt er 94 h. en 630 inw., die
in den landbouw, de tuinderij en scheepvaart hun bestaan vinden ; ook
heeft men er twee scheepslimmerwerven, eene zeilmakerij en een pont-
veer bver de Oude-Wetering.
De Herv., die er 490 in getal zijn , inaken met die van Roelof -
Areri ts ve'e n , en d e Nieu wer Wetering , eene gem. uit, welke
680 zielen' telt, onder welke 540 Ledematen , en tot de klass. van
Leyden, ring, van Wberden, behoort. Vöor de Hervorming beboorde
de inw. van O u d e -W e te r in g kerkelijk onder Rijitsaterwoude, en na
dien tijd waren zij verpligt te Leymuiden ter kerk te gaan , tot dat,
in hbt jaar 1648 j aan' die van de O u d e -W e t e r is g , henev'ens die van de