. NEGENDRUP (DE), bron in den St. Pietersberg , bjj Maastricht,
prov. Limburg.
Onder zeerjage gewelven en in eene soort van kruisweg treft men
eenen zeldzaam gevorniden steen aan , die zieh ongeveer ter hoogte
van 6 palmen boven den grond verheft. Deze is in liet midden in
de gedaanle eens ketels uitgchold en met frisch , niet onaangenaam
smakend, water opgevuld. In dit kleine bronbed verloopt lict water
nooit. Door geweldig groote, deels van de zoldering afvallende , deels
door eenen kanarischen filtreersteen zijpelende, droppels, neemt het
gestadig weder toe. — Het was in de nabijheid van dit waterbekken,
dat de landlieden uit de omstreken van Maastricht eene wijkplaats
voor de gruwelen des krijgs zöchten. Zij hadden zieh met bunne
huisdicren en goederen, toen de Oostenrijkers vopr de Soldaten der
Fransche ßepubliek vlugten moesten , orn de roofzucht der in aftogt
zijnde krijgslieden te ontwijken , naar'dit verblijf begeven , en de
overwinnaar, nadat hij zieh in het gerust bezit des lands gevestigd
bad , zag , niet zonder verwondering, talrijke huisgezinnen , benevens
bunne kudden, uit de diepte der aarde te voorschijn komen. Er
deden zieh nog sporen van dit onderaardsche landleven op, toen
Faujas de St. Ford de steengroeven van den St. Pietersberg bezocht.
Men toonde • hem , bijna drie bonderd schreden van eenen ingang,
eenen in den berg zeer kunstig uilgchouwcn oven , om brood te bak-
ken, en eene op de zelfde wijze uit steen vervaardigde stookplaats,
uit welke , ter wegneming van den rook, eene pijp in eenen der Zugängen
geleid was. Nabij deze plaats waren koe- en schaapstallen en
varkenshokken aangelegd. Zij is voorts ook bierdoor merkwaardig ,
dat eenige hooge personaadjes , zoo als N a po l eo n , Koning Willem I
en andere beroemde mannen uit deze lekbron dronken.
NEGENHUIZEN of Ocd-Diepenreim , geh. in Twenthe, prov. Over-
ijssel, arr. en 6 u. 0. ten Z. van Deventer, kant. en 1J u. Z. 0 .
.van Goor, gem. en £ u. 0 . van Diepenheim; met 9 h. en 40 inw.
NEGEN-KOTTA’S , naam , welken men veelal geeft aan het distr.
Tobokg-Tobokg , in Oost-Indie, op bet Sundasche eil .Sumatra. Zie
Torong-Torong.
. NEGENTI&-MORGEN (DE OOST-), pold. in Delfland, prov. Zuid-
Holland, arr. ’s Gravenhage, kant. Voorburg, gem. ffietlweveen-en-
JYootdorp; palenda N. aan het Bosgat, 0. aan de Honderd-Mor-
gen, Z. aan de West-Negentig-Morgen, W. aan den Tedinger-Broek-
polder.
NEGENTIG-MÖRGEN (DE WEST-), pold. in Delfland, prov. Zuid-
Holland, arr. ’s Gravenhage, kant. Voorburg, gem. Nieuweveen-en-
JVootdorp ; palende N. aan de Oost-Negentig-Morgen , 0. aan de Hon-
derd-Morgen , Z. 0 . en Z. aan den Polder-van-Nootdorp, W. aan den
Tedingerbroek-polder.
NEGRI-BäHAROE , distr, in Oost-Indie, op bet Sundasche eil. Celebes
, resid. Menado.
NEGRI-LAMEN., gesp. in Oost-Indie, lands. Ambon. Zie Nah-
Binau.
NEGRI-LIMA , d. in Oost-Indie, lands. Ambon, op het Moluksche
eil. Amboina. Zie Lima.
NEGRI-LIMA, kaap in Oost-Indie, in den Archipel-van-St-Lazarus,
aan de kust van het Moluksche. eil. Amboina.
NEIDERT, geh. in het balj. Luxemburg, grooth. Luxemburg, kw.,
.arr., kant, en 1 u. W. van Luxemburg, gem. Bertingen.
NEIDHAUSEN of N eitiiausen , geb. in de bccrl. Clerffl, kw., arr.
•en 4£u. N. ten W. van Diekirch, kant. en 150 min. Z. 0 . van Clerff,
gem. en | u. Ni W. van llosingen.
NEINSEL, N ynskl of N ylsel , geh. in de Meijerij van ’s Hertogenbosch;
kw. Peelland, prov. Noord-Braband, Berste distr., arr. en 3fu.
Z. 0 . van ’s Hertogenbosch , kant. qn 1| u. W. Z. W. van Veghel,
gem. St. Oedenrode.
Er stond hier oudtijds eene kapel, die in een schoolhuis is veranderd.
Men nöemt dit gebucht gewoonlijk A an- de-N einselsche-K apel , ofschoon
sedert een aantal jaren de kapel, als zoodanig , niet raeer bestaat.
NEIRA, eil. in Oost-Indie, tot de Bandasche-eilanden behoorende.
Zie Banda-N eira.
NEIRA (HET GAT-VAN-) vaarwater in Oost-Indie, in de Zee-van-
Banda. ■— Het is de noordelijkste invaart van het Gat-van-Banda.
NEK , d. in' Kennemerland, prov. Noord-Holland. Zie N eck (1).
NEKAN (DE), riv. in Oost-Indie , op het Sundasche eil. Sumatra, aan
de Noordoostkust, welke met eene noordoostelijke rigting in Zee loopt.
NEKKEVELD, b. op de Neder-Veluwe, prov. Gelderland, arr.
en 10 u. N. ten W. van Arnhem, kant., gem. en l j u. N. W. van
Nijkerk, een gedeelte uitmakende van de buurs. Doomsteeg ; met 4 h.
en rnim 30 inw.
NEKSLUIS (DE), naam, onder welken de N aaktb- sluis in Rijn-
land, prov. Zuid-Holland, in een privilegie van het jaar 1386 voßr-
kornt. Zie Naakte- sluis.
NELISMANNEN-WAARD of Kryntjes- yveide , onbehuisde pold. in
den Biesbosch, prov. Noord-Braband, Tweede distr., arr. ’s Hertogenbosch,
kant. Heusden, gem. Dussen-Munster-en-Muilkerk, palende N.
aan de grienden van den Middelwaard, 0 . aan de Bruinekil, Z. en
W. aan het Steurgat.
Deze pold. beslaat, volgens het kadaster, eene oppervlakte van
33 bund. 44 v. r. 40 v. eil. hooiland; terwijl nog 40 bund. 38 v. r.
90 v. eil. grienden onder den zelfden naam begrepen zijn , doch buiten
de dijken liggen. Er ligt een houten sluisje , aan den zuidoosthoek
des polders , wijd 9 palm., voorzien van een drijfdeurtje en schuif,
waarmede hij op de Bruinekil van het overtollige water outlast wordt.
Het zomerpeil is 4 palm, boven A. P. De hoogte der dijken is 3 eil.
1 palm, ö duim. boven A. P. De pold. aan de zijde van het Steurgat
sterk afnemende, heeft men omstreeks het jaar 1830 de kade aldaar
18 tot 20 eilen binnenwaarts moeten verleggen. Ook aan de zijde van
de Bruinekil neemt het land a f, en is de kade reeds gedeeltelijk moeten
worden verlegd. Hij wordt bestuurd door den eigenaar.
NELLEMOERSBRAAK (DE), meertje in Waterland, prov. Noord-
Holland, 8 min. W. van JDurgerdam, tegen den Zeedijk , dat door de
Kleisloot in de Durgerdammer—Dije uitloopt.
NEMELENBERG (DE), berg in Zallaiyd, prov. Overijssel. Zie Agnesberg.
NEMER (DE), riv. in Ae Meijerij van ’s Hertogenbosch, kw. Oister-
wijk, dat bij Enschot, zijnen oorsprong neemt en eerst in eene noordoostelijke
rigting naar het huis de Nemerlaar vloeit en vervolgens , na
in eene noordelijke strekking , Haren en Helvoirt voorbij geströomd
te zijn, zieh tusschen lict kasteel Zwijnsbergen en Cromvoirt met
(1) Alle de woorden, die men elders o ok NßK gespeld viiidt en hier niet Y o ö r k o ö i e n mni
insgelijks op Nbck.
VIII. Deel, 5