
Oprigting van een anthropologisch genootschap te Londen. — Heb ik vroeger
hier de oprigting der Sociétê anthropologique de Paris vermeld, zoo moet ik
van de oprigting van een dergelijk genootschap te Londen: The Anthropological
Society of London, berigt geven. Dit genootschap heeft op den 24 Februarij
j.1. zijne eerste vergadering gehouden, die door den president, den heer JAMES
hunt , geopend is met eene rede over de studie der anthropologie, waarin ik
tot mijn genoegen ideen over den inhoud der anthropologie en over hare verhouding
tot andere wetenschappen heb terug gevonden, die bijna geheel overeenkomen
met hetgeen ik zelf daarover elders heb gezegd. Thans is het eerste
nummer van het tijdschrift der ^Society verschenen onder den titel van The
Anthropological Review and Journal of the Anthropological Society of London.
Zoude er geene mogelijkheid bestaan, dat de weinigen, die in ons Vaderland
in Anthropologie en Ethnologie belang stellen, zich, zoo men wil met
dergelijken in Belgie, vereenigden tot een Nederlandsch genootschap voor
anthropologie? D. L.
Kleine menschelijke hersenen. — In de zitting der boven aangekondigde Society
las de heer R. T. gore een opstel over de » microcephalische hersenen
van eene vrouwelijke idioot.” Deze vrouw was, toen zij stierf, twee en
veertig jaren oud, vijf voet lang, wel geevenredigd, behalve het hoofd, en
gezond, maar hare verstandelijke vermogens stonden gelijk met die van een
kind van drie jaren, dat begint te spreken. Hare hersenen wogen (versch
zonder de vliezen) 285,75 grammen. De lengte er van is nu, na lange mace-
ratie in alkohol, 77 mill., de grootste breedte van elk hemisphserium 50 mill.
Andere merkwaardigheden bij deze hersenen, de kleinste, die ooit bij een
volwassen mensch gevonden zijn, moeten wij hier met stilzwijgen voorbijgaan
en daaromtrent verwijzen op het opstel zelf van GORE, Anthrop. Review, pag.
168 en de bespreking er van door OWEN en anderen (Ibid., pag, 187).
D. L.
Welwitschia. — In den jaargang 1861, Wetens. Bijbl., hl. 78, hebben wij
reeds berigt gegeven van de ontdekking eener allerzonderlingste plant in de
zandige streken van zuid-westelijk Afrika door dr. WELLWITSCH. Ten einde
in geene noodelooze herhaling te vervallen, verwijzen wij onze lezers naar de
toen gegeven beschrijving van hare algemeene gedaante. Thans is over dit
zelfde gewas eene uitvoerige verhandeling verschenen ,' door HOOKER, in de
Transactions of the Linnean Society, XXXIV, 1. Zijn onderzoek heeft hem in
deze plant, waaraan hij ter eere des ontdekkers den naam van Welwitschia heeft
gegeven, eene menigte van bijzonderheden doen kennen, waardoor dit gewas
inderdaad tot een morphologisch raadsel wordt, daar het als het ware trekken
in zich vereenigt, welke aan geheel verschillende typen toebehooren, en in
dit opzigt den Lepidoseren en den AmpMoxus onder de dieren op zijde komt.
Wij kunnen hier HOOKER niet in de vele merkwaardige, door hem medegedeelde
bijzonderheden volgen, maar stippen alleen het volgende aan. Door de
inflorescentie is Welwitschia het naast verwant met de Gnelaceae, doch er zijn
tweederlei soort van bloeikegels, waarvan de eene vrouwelijke en de andere
hermaphroditische bloemen dragen. Dit laatste is tot hiertoe bij geene enkele
andere gymnosperme plant waargenomen. Bovendien geeft het centrale, d. i.
vrouwelijke deel in de hermaphroditische bloem aanleiding tot verschillende
opvattingen. Het gelijkt op een pistillum, eindigende met een stigma, doch
het wordt niet bevrucht. Dé vraag ontstaat nu: is hier een carpellum aanwezig
zooals bij de angiosperme planten, of is, in weerwil van de schijnbare
gelijkenis op een waar pistillum, hier toch een naakt ovulum, zooals bij alle ware
gymnospermen. Hooker meent, dat inderdaad het laatste het geval is. Echter
is eene toenadering tot de angiospermen onmiskenbaar. Maar ook het maaksel
van den zeer korten, bovenwaarts in eene zeer breede schijf uitloopenden stam
is van dien aard, dat men, alleen daarop afgaande, in twijfel zoude staan, of
het gewas niet veeleer tot de Monocotyledonen moet gebragt worden. Een
groot deel der vaatbundels is namelijk gesloten en staat verspreid in het paren-
1865. 8