REIS IN HET ZUIDELIJK GEDEELTE VAN BORNEO.
Black. 321—446.
I. B a iij e r ni asin g. Hel voormalige Rijk en de tegenwoordige
Hoofd plaats van dien naam. Bladz.
.326—339.
II. R eis van Ban je rm a sin g naar h e t binnen**
la n d , langs de Doeson, en over deze river terug
• naar de Soengi Bejadjoe. Bladz. 339— 418.
H l. R eis door 'e e n -g e d e e lte d e r S u lt a n s - en
zoo g en a am d e L a w u t - la n d e n , ten oosten en
zuid-óoslen van de hoofdplaats Banjermasing.
Bladz. 418—446.
GÉZIGTEN VAN BERGEN, KRATERS, KUSTEN EN
EILANDEN VAN JAVA, SUMATRA ÉN DE STRAAT
SÜNDA. Bladz. 447—469.
D c G o cn o u g G c d c e . Bladz. 450—451.
D e G o e n o n g P a to e h a - Bladz. .451—452.
D e G o e n o n g P an g e r an g o . Black. 452—453.
D c G o e n o n g T an k o e b an -p r ah o e . Bladz. 453—454.
D e T Jo c r o c k P e n g an te n . Bladz. 454.
U itb a r s t in g v an d en G o e n o n g G o e n to e r . Blad/..
454—455.
D c G r o t S a n g - ïja n g t lk o ro . Bladz. 4 5 6—457.’
H e e te S lo d d e r w e lle n , a a n d e n o o rd -w e s tz ijd e v an
d e n G o e n o n g P a p a n d a ja n g . Bladz 457—458.
V e rw o e s t in g , d o o r d en v u lk a a n G a lo cn g g o cn g
a a n g e r lg t . Black. 458—463.
D c K r a t e r v an d en G o e n o n g D a s a r o f B rom o .
Black. 463—464.
lly p s o g r a p h ls e h e v o o r s t e ll in g v an J a v a en S um a tra .
Bladz. 4 64—465.
G e z lg te n v an e e n ig e e ila n d e n en k u s t s t r e k e n In
d c S t r a a t S u n d a . Bladz. 465.
D c G o e n o n g S ïc r a p i , In A g am , op S um a t ra . Bladz-.
465—469.
KAARTEN E N PLATEN.
N IE UW -G U O fE A .
Kaart van een gedeelte der zuid- en zuidwest-kust van
Nieuw-Guinea.
Pi.aat 1. Noordelijke opening van de straat Prinses-
Marianne (bl. 16). -—■ Gezigt op de monding
der rivier Oetanala (bl. 15).. — Landgezigt in
de straat Saraweri Wourat (bl. 14).
»• 2. Gezigt op het eiland Aidoema (bl. 14). — Dorp
aan den mond der rivier Oetanata (bl. 34).
» :. .3. Gezigt op den berg Lamantsjieri, met het fort
Du Bus op den voorgrond (bl. 14).
» 4. Ontmoeting met de inboorlingen in de Prinses-
Marianne-straat (bl. 4 1 ). — Binnenlandsch ge-
- bergte; (bl. 13).
» 5. Inboorling. der straat Prinses-Marianne (bl. 39).
» 6 , fig. 1 en 2 , inboorlingen der straat Prinses-
Marianne (bl. 39); fig. 3 -^ 5 , bewoners van het
,. dorp Oeta (bl. 4 4 en 55).
» 7. Bewoners van het dorp Oeta (bl. 44).
» 8. Inwoners van het distrikt Löbo (bl. 57 en
volgg.);
Plaat 9 . Versierselen der Papoea’s- van het dorp Oeta en
: omstreken (bl. 47 en 48. Fig. 6 is op de
helft verkleind, fig. 3 , 4 , 7 , 8 , 9 , 11 en 1 2
__ op een vierde, fig. 1 , 2 en 10 op een vijfde,
en fig. 5 op een zesde der natuurlijke grootte ;
de hairvlechten, fig. 1 2 , zijn van de wilde bewoners
der Prinses-Marianne-straat afkomstig).
» 10. Versierselen der Papoea’s van Oeta (bl. 48.
Al deze figuren zijn op een vierde verkleind,
uitgezonderd fig. 5 en 6 , van welke de verkleining
een vijfde bedraagt).
» 11. Versierselen en andere voorwerpen der Papoea’s
van velschillende streken ter zuid-westkust van
Nieuw-Guinea. (Zie omtrent de figuren 1 en 2
bl. 3 9 , fig; 3—12 bl. 4 7 , fig. 13— 15 bl. 4 8 ,
fig. 16 bl. 4 9 , fig. 17 bl. 52 , fig. 18 bl. 56,
fig. 19. en 20 bl. 62. De figuren 1 , 4— 15
zijn geteekend ter halver natuurlijke grootte,
fig. 2 , 3 , 16, 19 en 20 op een derde, fig. 18
op een vijfde, en fig. 17 op een tiende der
natuurlijke grootte).'
Plaat 12. Wapenen der Papoea’s. (Omtrent bet.bijlvormig
wapentuig, fig» 1» zie bl. 4 0 , ten opzigteder
overige figuren, die alle : op een tiende zijn
verkleind, bl. 53 en 54).
C E E E B E S , B O E T O N , AJIBOKVA, BJÜVDA.
. » 13. De korvet Triton op hare reis naar Niejjw-
Guinea, in het gezigt der Banda-eilanden
(bl. 115).
» 14. Het fort Rotterdam te Makassai* (bl. 84). —
Gezigt op den berg van Bonthain (bl. 88).
» 15. Gezigt op de rivier Goa bij Makassar (bl. 88).
» 16. Een gezigt in, dezelfde rivier.
. » 17. Vorstelijke begraafplaats bij Bontualak (bl. 88).
)) 18. Inboorlingen van Boeton en Amboina (bl. 93
en 1 1 2 )^W
» 19. Een gedeelte der westkust van het eiland Boeton
(bl. 91 en volgg.). — Het fort Victoria
vóór en het gebergte achter de stad Amboina
(bl. 9 6 en 472). :
» 20. De Batoe-gantong te Amboina (bl. 97).
•» 21. Mohammedaansche kustbewoners van het eiland
Ceram (bl. 115).
»’ : 22. De Goénong-Api van Banda (bl. 115).
, » ■ 23. Verschillende gezigten van Banda-Neira en
Gróot-Banda, benevens omtrekken van Poeloe
Manok, Poeloe Seroea, Poeloe Damme en het
eiland Groot-Key (bl. 119—121).
TUMOR, R O T T I , S A W O E , SO LO R .
Kaart van het westelijke gedeelte van Timor, benevens
eene G e o g n o stisch e S c h e ts van Timor’s westelijk
gedeelte en van de eilanden Kambing en
Samauw.
Plaat 24. Atapoepoe, aan de noordkust van Timor
3jiif/(bl. 247).
» 25. De Fatoe Seinaan, in het landschap Amakono
(bl. 203). • •
» 26. De Fatoe Kauwnieki, in het landschap Amfoang
(bl. 193). — De rivier Oifettö'(bk! 170).
» 27. De Fatoe Baaf, in het landschap Amakono
(bl; 203). — De Fatoe Watiy in het landschap
Molo (bl. 196).
» 28. De Fatoe Soeanai, en de Fatoe Soeama, beide
in het landschap Amakono (bl. 203).
Land- en Volkenkunde.
Plaat 29. Berggezigten en ethnographische tafereelen uit
de binnenlanden van Timor (bl. 203 en elders).
» 30. De vlakte Wiehóto met. een gedeelte van den
berg Mieomaifo (bl. 202).
», 31. Gezigt . van onzen togt door het landschap Molo
(bl. 193).
» 32. Het dorp Nasikoo, in het landschap Amarassie
(bl. 167)..
» 33. Verschillende Timoreschc woningen (bl. 260).
» 34. Heraut van het landschap. Amarassie (bl. 259).
» 35. Voorvechter van het landschap Amfoang (bl.
258).
» 36. Mannen- en vrouwen-porlretten (bl. 253).
» 37. Inlandsche schans in het landschap Amarassie
(bl. 167). — Woning van den vorst van Ama-
bie, in de nabijheid van Koepang, met een
gezigt op den Fatoe Leeoe (bl., 154).
» 38. Dans der Timorezen bij maneschijn (bl. 272).
» 39. Stalen van stoffen voor vrouwelijke kleedingstukken,
versierselen en merkleekens. (De
figuren 1 , 2 , 5 en 6 zijn op halve natuurlijke
grootte, de overige op natuurlijke grootte geteekend.
Zie tot nadere verklaring van fig. 1
bl. 2 5 5 , van fig. 2 bl. 2 5 6 , van fig. 3 en 4
bl. 2 5 3 , van fig. 5 bl. 2 5 4 , van fig. 6 bl. 285,
en omtrent de merkteekens bl. 262).
» 40. Sirie-doozen en ander huisraad der Timorezen.
(Al de figuren dezer plaat zijn op halve natuurlijke
grootte geteekend, uitgezonderd fig.
10 en 1 3 , van welke de verkleining een derde,
en fig. 1 , van welke zij een vijfde bedraagt.
Ten ópzigte van fig. 1 , zie bl. 2 5 5 , omtrent
de figuren 2—8 , 11— 14 en 18—21 bl. 2 5 6 ,
omtrent fig. 9 en 10 bl. 261 en 2 6 3 , en omtrent
fig. 15— 17 blfct: 253).
» 41. Wapenen, gereedschappen en andere voorwerpen
der inboorlingen van Timor en Solor.
(Fig. 3 , 4 en 9 zijn ter helft, fig. 6—8 op
een derde,- fig. 1 , 5 , 11 en 12 op een vijfde,
fig. 2 , 10, 13— 15 op een achtste verkleind.
Zie in bl. 256 de verklaring van fig. 4 , 7 en 8 ,
bl. 257 van fig. 1—3 , bl. 261 van fig. 1 1 ,
bl. 262 van fig. 6 en 1 0 , bl. 267 van fig. 5 ,
bl. 272 van fig. 9 , en bl. 299 van fig.
12— 15).