i-iii^iy^ìu
itì
t 4 I
I I
WM
a i
2 9 6 N O O R D
doo/'t r)'dcn > weck geworden i s , en
ecren her dan zoo raeuw.
De Kalmakken veranderen fteeds van
We idc voor hun Vce. Des Zomers houden
zy zieh meeft aen de kant van Bucharüt
op , daer liec minfte liout ¡s j doch in
de Her f f l naderen zy SiOefie, om dat a!-
daer menigce van bofcli en brandhout valr.
Z y vergaderen g e enHo o i j doch des Winters
vocd zieh hun Ve e (waeronderSchapen
zijn , die ftaerten , drie of vier , en
meer pond zwaer hebben ) mec ftruiken en
takskcns, o f k r a b t , van onder ' t Sneeuw,
eenig onbedorvcn gras ofkrui t op, d a t h «
nutcigr. •
Zecker Arabifche Schryver , wiens
Schriften noch nooit in "t licht gegeven
zijn , en in de JJockery tot LeiJi» beruften
, befchryfr het Land K'araj o f Si/ia, by
voorval van zekere Re i s , die iiit den Lande
derwaerts, in den Jare acht
ICO äji'*" Mahomtts ( l y l , gedaen w;
'•»++. Kalmakken Land die v "
KJmakkia, z c g t h y ,
"ae Ta r
* Hc^yra, of
. en meld van
le.
en Landfchap
der ongeloovige Tartaren in 't Noorden
van C W « gelegen. Schape-huiden dienen
den Inwoonders voor kleeding , 200 tot
Opper-kleeren , als Hemden. Yzc-rvalt
daer niet ; daerom zijn de Pyl-pumen van
hout i gelijk 00k de Paerde-hoeven , cn
alderhande drink-vaten : z c lß depot cen,
daer in zy hun fpys koken, zijn van hout,
en gaet dit koken aldus toe. Zy doen hi
. VIecfcli , benefFcns kout water , in een
houte vat of p o t , en maken als dan verfcheide
fteenen gloeyent , die daer in geworpen
, het water doen koken , cn het
Vlcefch gaer maken. Zy nuctigen Bof chpaerden
cn Kamelen. Hun Land is zeer
plac en vruchtbaer : waerom deCathaers
met de Kalmakken veclraaclsinoorlogzijn.
O p de overwonpeLandenbouwendeChat
i e r s Steden en Srerkten. Het dercicnde
Landfchap van Chaua is dezen Kalmakfchen
Tartaren ontweldigt.
K.4rakrh» is een groote Scad . in de vclr>
czc ]S nu den van Kalmakkit- De Inwoonders zijn
f w f t . k o n f t i g , cn bidden de Sterren aen.
Dit is twy- H V zcgt , dat Cmgü chan, eerfte Ta r -
tarifche Ke i z e r , gchcel/T^r«;-ingenomen,.
iS^fci,^^ en de oude Kataifche geflachten verdclgt
«t e l e " " = ' Jiaddcn zes van
vycNoof-zijne Nazaten de Landfchappen van Karakrim
cn Vlughin bezeten. Dus verre gcnie'te
Arabi fche Schryver.
Onder de Kalmakfche Taifat of Vo r -
ften is cencn , genaemt FezMna, ci5 een
ander Komaira, welkers verblijf-plaets,
jn de Kaerte nict hebben aengewczen, om
dat de rechte fiel, my met is bcwuft.
e n O O S T
In 't Jaer kJ^S , in 't Na- jaer , is dö
Ajukk^, die met zijne Kalniakfchc Ho r -
de dicht by j^ftrakan zieh ophout , opgctogen,
om de Karbanfche Tai'ters te vcrflaen
, terwyle zy reeds van de Donfche
Kozakken een groote neep hadden ontfangen.
Men vind 'Schapen in 't KaJmaks T a r -
tarye met necrhangeude ooren , als derui -
ge Watcr-honden , met ftaerten van tien,
twintig, en dertig ponden zwa e r , wezende
al Ve t wat ' c r aen i s , doch hebben
daer tegens niet veel Vet s op 't l i j f , of op
de r ibbe, welke zware ftaerten veroorzaken
, datze nict hard können loopcn. De
Schapen der Usbckfchc en Buchaerfche
Tarrers , geven lange graeuwe Wo l l e ,
welke op de' einden in witte ringetjes te
zamenloopen; zy is fchoon in' t o o g , en
ZOO zacht als Zyde .
De Kalmakken , wanneer z y noch jong
zijnde , onder gezedcnde Mcnfchcn werden
gebragt: zijn natuurlijk iecrzaem, cn
begrypclijk al 'er Handwerken , en ftukken
den Godsdienft belangende, zoo als
aen een jongc Kalmakfche Dochter hier te
Lande hebbe befpeur t , welke een Ki n d
zijnde, onder Moskoviten te koop g c -
bragt, van een Nederlander gekoft wierd,
die haer herwaerts over heeft g e voe r t , in
Godsdienft, De u g d , en goede Handwerken
doen onderwyzen, zoo als z yno c h
blijkgeeft, van dat deze Nat ie, wanneer
z y geoefent werd , zoo leerzaem z i jn, als
andere Menfchen , en htinne woeftheit en
domheit niet is van natuur, maer van opvoeding,
en gcwoonte.
In den Jare zeventien honderd, zijn
my berichten toegckomen, dar her onder
Kalmakken, Moegalen, en andere Over -
muurfche Tartaren, in ruft cn vrede was,
ftaende toen veele der Kalmakkeaonder den
Vorft Konuifa. De z e Nat ie is niet te betrouwen
, om dat vecl bcloven , doch
zulks akoos niet na komen, könnende men
met goetheit op haer niet veel winnen.
Z y hebben in de voorigeZomer eenig Volk,
in zeker Dorp dood geflagen.
Salom Serim , is de nacm van een Kalmaks
Prins.
De Kalmakkcn zijn Vr y v o l k , en geene
van hen heeft zich onder de Sinefche bcfcherminge
begeven , zoo als vede der
Moegalcn liebben gedaen. In den Jare
165)9 . is van deze Natie een voornaem
Kapiz^in of Afge zonJcne , genaemt Ablaj
" ijkn, in Aiosk_oit aengekomen.
Men v/il, dat de Kalmakken dicht onder
de Hcerfchappyen dcr Bucharen , cn
. wei ter gewefte dacr de Bufuchti chan heerl
fte , zes of zcvcn vafte Stedcn bezitteti,
die
GilmucKJ a.b.c /chjyven mrtdefelve van boven. aeder-waertj. I-^Sl--
tjiin ock^ebriwcl ì.'ert onJer ^esier- ^t^aZen .
a na ma la. za -tza la ra da. ra ja cha aa Jha Ja. ka aÓ.
ni mi li zi èMimsnnm
i "i xgj. -A-a.
1
5/"«- i i 'a sttu f / T i , . -o ali — £ya
-i/«
1 à ' i V "i a