w
ili
M C '
i
' I ' '
ì\
1 7 4 . N O O R D
fi^ja al z i jnvolkv e r z ame l c , enha e r in' t gemoetgegaen,
in mening)\aer mSelenginike)
nier door te laten , daer op w a s , malkanderen
op de plaets B^IMC gemoec hebbend
e , een Ve ldHa g v o o r gevallen, maer zy
hadden op haer niets können winnen
hebbenze moeten voorby laten gaen
dat in die ilag , maer Zeven van hunne
Czaerfche Majef tci tcn voik gebleven zijn:
en van haer Moegalen vier Ta i z en er
andere Be ampt en, en vele gemene gebleven
z i j n , maer hoe veel e igent l i jk, hadden
zy niet g cho o r t , want het uit fchaemte
is ver zwegen g ewo rden, en zijn met hem
; smcfclK. B.,tHr KontJfcha, geen § Ki tai fche kr ygs -
Bici'^" nocl i * verftendelingen gewe e f t , en
was hy na die flag mec zijn ovcr ig volk,
na zijn Land vertrokken , en daer gekomeii
zijnde , gehoor t dat liet zijnen Broeder
den ^tz^orai Ckxn, z o o f lecht tegcn
den Kalmukf chen Bufchnktuy Chan g a e c ,
tn dat de BxfchKktuj Chan , veel van den
K.uotchtu, en van jitii^orai Chan, zijn Ste-
* Kit vc> dekens * längs d cRi v i e r OrkpM verde]gt>
cn veel van haer Schaiinarollert § genomen
^"cflj c-'' he e f t ; dies was hy daer o p , met z i jnovc -
rc^vciblüf- r ig voik > weer verzamelt h c b b end e , na
f , ' ® " ^ z i j n e n B r o e d e r , tot byf tant vertrokken 5
«cde ea cn dat kor t na zi jn vertrek tydingen was
i f h ^ ingekomen , dat den ^rz,orai Chan van de
o ^ M Ri v i e r ^rkoM, by den Gegen ZezÀn Chun-t
SDitfdiy-toe hulp met ccn goede bende krygsvol k
¡'"ìÌIum g^f^omen w a s , en zicl i met den At=.crai
ly iidi Iis ChAn tc zamen gezet hadden, en daer op
« ^ ' b T met den Kalmukf chen Bufchnkm Cha„ een
btipcn. flag gelevert hadden ; maer hadden de flag .
verlooren, en du dt ^ez^rai Chan, met 1
weinig Volk uit die flag : eenige ilrooiden ;
u i t , na den Katoechta, en eenige na Kuay '. vrede
b y den BHgdMi Chan, gevlucht w a s , cn ; Sabbimeechai en zijn verwanten , bcneifens
dat zy overlopers toen ter t y d in die flag | Dors d'Achat en Eiden Achat.
niet geweef t zijn : want zy toen in het I Tarne, is een Rivier in het Moegalen
overlopen begrepen war en, cn hebben z i eh , Land , alwaer Moegael fche Prinzen v o o r
«Ditbcte- een gedeelte van iiaer , in Kamin * onge- ' weinie Taren hunne vcreadcrincc en raedsftccn
kiip.hebben zy van haer vncndcn , die in de]
* * Tc«- flag waren gesveeft, gehoor t : maerwaer * * | SeUnga , zijn welgelegene plaetzen ,
' i) dit tegenwoordig de Baiur Komaifcha , en an- ! naemt Karanbaltjere, alwacr de Ka lmuk-
'ere Moegael f che He e r f chappenz i jn, wi f - j fchen Boenßoekiechan z i eh ophiel c , na dat
h y onlangb de Moegalen had geflagi
W y f , Kinderen , en § woningen acnge- Ißi ta Silimbi, zijn twec Ri v i e r en, niet
ili^LiTof » en met haer een goed getal Pat r .
Ml den den en Hoorn-beef len zijn g e b r a g c , daer
HmteL'^ op zi jn die overgekomene na het Bakelof -
fcheMeirafgelaten, enishaerbevoolen, by
haer vrienden deBrat f che luiden tewoonen.
D e Mo e g a l en, zijn volgens ber ichtvan
de Priefler Avril, afgedeilc van de Kai -
mukkcn , door groote woe f t ynen : zy
hebben drie Vo r f t en, welke van eene ilam
zijn : de eerftc of magt igl le word genacmt
e n O O S T
Tchetchinga , zi jn Land ftoot aen Bagdoi,
en Sim: men ziet daer noch St ad, noc h
D o r p ; doch wel hier cn daer verftrooic
eenige weinige huizen. Di t V o l k trekc
fteeds uit op den r o o f , na de gewef ten
van 't Me i r Dal<ü, en omtrent de Ri v i e r
Sx^Unga. De z e Vo r f t heeft verfcheideiic
Prinzen onder zi jn g e z a g , geiijk Becroefain,
die z i eh ophouc j na by de Vl icc
Selenga. Hi e r is lict gewe f t , daer de Kottoechta
Lama z i eh ophout > die om eigent -
lijk tc zeggen , als een plaets bekleeder o f
ftedchouder is van Dalai Lama , welk ge -
eert Word als een Godhe i t . Di t L a n d i s
doorregen van Ri v i e r e n , welke uitftorten
in de Vl i e t Sx.tlwga.
D e tweede Chan o f Pr ins , is genacmt
Oäieroikan, cn de derde , Diangari. Du s
verre jivril.
D e Ri d d e r TempU, in zijn Bock Miscellanea
genacmt , het derde gefprek van
der Helden dcugd en dappe rhe i t , z egt
van de Tar taren als volgt .
D e Tartaren zijn wegen dearmoedevan
htm L a n d , en 't ongemak van hun levcn,
het onv e r zaegf l e , en vinnigfte Vo l k van
de wae r e ld, en die 't meef t durven ondernemen.
Gohiti is cen plaets m' t Moegalen Land»
niet w y t van de Sineefche Mi i u r gelegen ,
daer zieh ophi e l t , toen de Ka lmuk k ende
Moegalen, onlangs geflagen hadden, de
AißareichoKi en Daitßn nowe, z o o als no c h
andere Moegae l f che Prinzen , niet wy c
van daer z i eh onrhielden , te dier t y d .
O p een plaets i n ' t Moegalen L a n d , ge -
naemt Baroenk^ , zijn voor weinig Jaren
gadert g ewe e f t , tot raedspleging over
ooriog, de Moegael f che Vor f ten
., pJcginge hiclden.
I TulTchen de Rivieren TalioÌTolit
S i "
I S verre van de Vl i e t Amur ftromende, di e
in onz e Kacrten niet zijn geplactft , al zoo
hunne rechte uitgangen my onbekent z i jn.
O m het genot v a n ' t Wi l d gedier re, en
gewas daer omt r e n t , is vcrfchi l geweef t
tuflchen hunne Czaer f che Majef tei ten onderdanen
, en de Sineezen.
Tabmgintoe, is ccn plaetsken kort onder
de groot e Sinccfche Mi i u r , in T a m r y c
gelegen.
Aen
T A R T
Aen de boven kant van de Ri v i e r Dßde
, Was g e v l u c h t , wanneer onlai
A R Y E. 27 s
toenze met de Kalmakken t'zamcn in Sina
gevallen waren , hebben de Sinezcn in
tydcn dikwi l s ooriog gevocr t . De z e
Sinezcnmccr, als de
'"SS
l o g ontflond , tuffchcn de Moegalc;
Kalmukkcn: de Mocgacl fchc Prins ^«/ir 1 Moegalen pryzcn de Sini
dan Gegen Koetoechta. geiijk ter zelvcr cyd Nukken ot Bogdot fchen.
fchuilendc uit Vrees v o o r g emc l t eKa lmuk - l Al le deze boven gcnoemde geflachten
ken, z i eh onthicl t , op de Coé/i^f plaetzen | der Moegal en, hoewcl zy onder vcricheide
Sinccfche grenzen , de Prins A^a.\ dene^Chans ftaen , zijn
cn anderen.
de vermaerdc Re i z i g e r
roi chan
Volg , .
van Ghifiele , die in de vecrtiende ecuw
vede verre Landcn b e z o c h t , veroverde
de Tar tcr s hct Land van Cornarne, dacr
de mcnfchcn Chri f tcncn waren , die door
hcnvoor flaven wierden verkofr.
E n is van Cingù chan, der Moegalen
en der Tar taren g'cdoente, in de veerricnde
eeuw te Iczcn , by den gemelden ver -
maerde Land-reizigcr foofl van Ghifiele, in
zijn zevende B o e k , het achticndc Ho o f c -
ftuk , en in 't achtfte B o e k , het derde
Hooftftuk.
Pliniiu fprckende van de Scythen , dat
zijn Moegaien , of Tar taren , en haer
Land zegt s
Pars mundi dttmrtara à natura rerum ,
denfa merfa caligine.
Dat is :
Het gcdceltc des wacrclds dnt van de
Natiiur verdoemt i s , en in de dikke dui -
ftcrnis gedompcl t .
En Solinus. Damnata pars mundi ly a
rerum natura in nube atcrnx caligini merfa.
Dat is :
Het veroordeelde deci des waereids, cn
n wölk der e. luwige
frigido in
PiiKgyrico
«1 Mcilavan
de Na tuur
duiftcrnis vciborg<
TibullKi van de koude g cwe f t cn fprekende
z egt :
Illic & denßt Tellui abfiondirur umbr.
Dat is :
, dene 'van een zelve af-
I komf t , en van cen voik. Wannc e r ' e r iemand
Aldaer word de Ae rde in ccn dikkc
fchaduwe verborgen.
DeMocgalcn benydcn de Bogdot fchen,
om dat die , met z o o ccn geringe ma g t ,
hct magt ig R y k van Sin.i ingenomen hebben
; doch zy können hen geen fchade
docn; want de groote Mu i i r , welke byna
rondsom Sina, ten Noordc , ovcr de bergen
g a e t . verhindert hcn.
Omtrent de Otfchoraz,aj Chan , woont
een ander Chan , Djchangarj g e n o cmt :
deze is Otfchoraz^ Chan in magt gcliik.
Tegen dczcn Chan en zijne Moegalen ;
van hcn in nood cn gcbrek i s , van
buitcn acngcdaen, dan helpcn z y allcmal -
kanderen.
Zy hebben alle byka r s ccn g e l o o f , cn
zijn Afgoden-dicnacis.
Alle de geflachtcn der Moegalen en Kal -
makken , welke achter de groote Mu u r ,
in de woef te Velden woonen , worden by
de Sinezen , met een woord , Tata , dat
is Ta r t a r s , genacmt.
D e Volkcn , die achter deze Moegalen
x)ncn , van de Kalmakken a f , tot aen
de Bi ichaer fche Stad Samarband , en tot
AflrakM , aen de Ri v i e r de Folga , noede
Sinezen Samachan , een gebrokcn
nacm van Samarkand.
Alhoewel onder de Kalmakken veele
TajJchi of Vor f ten zijn , z o o is cvenwcl
de Otfchurti of Otferai Sain Chan de
•ootfte. De z e Tayfihi of Vor f ten zi jn
m't gef lacht van Cmgu Ckin, e e r f t cTa r -
rarfche Kc i zer : van welk gef lacht ook
Tamerlaen de welke den Ti i r f chcn Sul -
tan Bajax,et overwonnen h e e f t , ( z o o mcn
zegt, ) geweef t is. De Sinezen roemen
deze Chans zeer hoog : inzonderheit die
oorfpronkelijk zijn van omtrent de Si -
nefche Stad Sockfti. Di t is cen vafte S t ad ,
aen de grenzen , tot v e r z e k c r ing , ge -
bouwt. Zy f chryven , dat de Chan Otfihurti
z i eh met wi t t e kledcrcn kiced cn »Ditzie ik
uit G o u d e en Zi lvereVaten eet en drinkt :
als mede , dat hy ccn fchoon Paleis heeft. veidicUitd
Van de Sinefchc hoof t f tad Peking t o t " " "
SoekjH , is hct een maend reizens längs
de groote Mu u r . De z e , als ook de B u -
charen , körnen dagclijks met hunne goedcrcn
, in Sina. En of wcl de Bucharcn
hunne eigene Ciians hebben : ook
hunne byzondercn Mahometacnfchcn
Gods-dicnft , ZOO geven zy nochtans
aen Otfchurti CÌMn , en aen andere Tayfchi,
alle Jaren f char t ing , op dat z y zonder
gevaer mögen zijn 5 want zy levcn cn
woonen altyd , rondsom dier Steden , in
Horden.
D e Kalmakken zijn dapperdcr k r y g s -
licdcn, als de Moegalen. Di e r beider fprakc
en fchr i f t verfchil t cen weinig. On d e r
hen zijn Vor f ten AiokaTaifcha en SolomSerin.
De z e hebben gecn Steden r o c h Dö r -
pen: maer woonen in Ho r d e n , i n d ewo c -
M m i ftc