V i'
nffL
288 N O O R D
Vorft Bußichti chun, die cen braef Zoldaec
was , is her onder hcc Ge z ag van zijn
l^cci Kontnifa oiArapta , in die geweftcn,
en byzondcrJijk in den J a r c 1699 volflagc
vrcde en ruft gcweeft , liy is nu de magtigfte
van alle de Kalmakfche Vo r f t e n , en
hccft tien of twa d f Steden of Vlekken ,
mecflmec Bucharen b ewo o n t , die op Sma
koophandel dryven. Du s ver deze brief".
Her Kaimakfciie Volk , word beooften
^ßritkan van de N.xgajen gcfciieiden > door
giooce en zware gebergtc , behalven eenige
voornanie Horden , die onder Hunnen
Taija. of Vo r f t , zieh aen deze z y d e hebben
geplaetft, hem van de anderen , uit
ontftane verfchillen , afzonderende : onder
dir Volk , vind men veele der vellekens,
welke boranits werden geheten, waer
van 'er ecn onder my beruft : daer van gebeuzclc
werd , dar zy zoude wafTen, en
zonder teeling uic de aerdc voortkomen ,
hoewel andere willen . dac zy wel zoude
wafTen, doch als een levenlooze heefter ,
uic de aerde fpruicen , en tot vellekens
groeycn , zoo als men die z i e t , te zijn 5
maer her zijn vellekens van ongeboorene
Schapen, die uic de biiiken d e rOy e nwe r -
den geiiaelc , noch ongebooren zijnde
'c geene de prys daer van zeer v e r h o o g t .
om dar de Moeder mec haer iterven moer,
Wae van dir Scytifche Lam , anders borometi,
of boranits, by den Ar t s Engeiber.
Kempfer werd geoordeelc, mag uit het volgendo
be r i cht , in Latyn van hem aen my
gedaen , werden gezien j 'c geen hier in
lalTche.
D e Agno ScyticS, feu f r u f t u Borometz
(Bo r a n i t s . )
SicHt ex DaBylifer» Palma hißoria Ph<e
»kern formavit ^rifia creduUtas , ita reccn
ttoris ¿Svi cunoßituparili rìomemlatHrà decepta
, contraria meiamorphoß ex Ammali
F¡¿ei abilem fai 11 m , Plantamve Borometz.
feu Barannen., in Exoiicornm hifi
troduxii : plaußbtlem fané adeo , m magniti
in Plamarum Regno Princeps Joh. Banhinm^
magno Scaligero prime Relaiionisglonam
vidijfe videa!Hr , cum recitnui, cjm Pianti
ante ippm meminerant: SIT\C , tn^uu, mercbatur
tanti miraciili r e c i t a t io, auctoris
honore mactari ; Ted adeo r imi r um omnia
v o l u i t f d r e , aiit fciiTe putari Vi r ille fine
i m u i o maximus , uc vei in eo fe ipfo fret
u s , noliieric alieni nominus fubf idio gradum
fibi facere ad gloriam fuam. Planta
h<tc ßrihimr er efc er e in Tartan a , -y^gm figura
, ad pednm fere ternum aliiiudinem ,
cono tenmjßmo obdnci , c^w detraili ufits
ad capimm legmma mcolü. Citerà tranfinen
O O S T
bere ml attinet ; Fera emm & nota funt
omma , ß de verá ylgm , (y agnino fatu
Scyttco mmons Tartara feu üsbeqma ^ ut
debent, melligantur.
Baran vox Sclavonics originis eß, Polonis
Rußifque Ovem denotam-, a ^m non abludu
Per far um cum Scjthu fniiimis commune^/*
Barreh prídiíU ßgmpcationts vocabutum :
cujus Barannck Pohms, er Borannetz Rufßs
, ac corruptè Borometz diminimvumeß.
Ovmm vero ßngulare genus eß circa Cafpii
mans außraie latus , prxfemm in Bocharía
& ChoraJmiÀ , hi/ce mmnnbus notabile :
quod regulärem ovium vulganum magnitudinem
plunmum excedat , ^«j aßnorum
circiter tnpedaiem altuudinem aß'equitur ,
pro caudkgerens enormem & infurmem pinguedms
mafam^ ßdem fuo pondere fuperantem
} <juod carne doneiur pra cetera beßtarum
expeiità , pinguedine fatiter diilafflmäy
in oryxue & tjualium cun^ue ciborxim
coihone Btuyn locum fupplens , delicias ejus
lange ßiperans 5 e¡uod pelle tegatur ptlorum
cicinnis ßngulanier decorata : Harum
promde pellium uiriqiie natiom tnviahs ufus
eß , cjUA ex lege rehgioms ab omni altarum
feilium indumento abßinet : Magnates vero,
cum Sqthe , tum Perß , fuHorum potius
pelhculas amant , cirrata venußate admtrabiles
illas prorfus , ß rite elaborentur j Qui^
ne faßui feleclus defn, ipßj matribus uterum
gerentibus , dijfeÜo ventre , ante partum
Hr. Citfarea hdcpellicula dubia prorfus
teneritatis & delicaiijfima eß, vixagnin*
cutis fpeciem referens, quam pumila ßt,
aliquot tamen aureorum pretto dtvitibus venu
, pro miiris frequentius , nec raro pro
amicuh duplicatura expetita : Kalcma pelhculas
vacant, ad earum diferentiam , quas
recenter naiis exutas Mimraas appellitant.
Par ovium genus Nagaja circa eundem Lacum
Cajpium , ac Arabia deferta verfus »
Bafram fovei, pelhum tamen minor ühc
dignitas , utrobique fatas exenterandi ignota
ftvittes eß. Concludimus htnc , cataßrophen
hujus Vellens fubjeilique agnini in Zoophyium
omni dubio frocul commtjfum efjs feu e a
debeatur Fiaturis , qm primus illud Europa
intulit , tn re par erga negligentia^ fen internuntii
Idtomamm nun ßn gnari depravata
relation!, feu quocunque cafu per heteroglofas
legiones fub vegetabili fpecie , quodammado
tdhuc integro CT nomine & hißona fua mans,
appulerit : imo per Ruffiamo edidenm
penetrantem , Feri vultum facile depofuijfe.
Qua lam prifintijßma pellicula, admirabilis
'elationis errore ßipata in Firitm Pnncipem
:uriofum , & hujus peregrina tenentatis ad-
•niratorcm incidens , ßdem facile , ut ßlent
memorabilia , invenir. Sic auEloritate illußrala
ac firmata eodem errore nullo negotio tn
animas
T A R T
unimos quoquc aliorum admijfa eß, ut pro.
Vegetabili tnter Rariora Mufrorum extare
audeat, qua venßma Agnim fcetus pellicula
eß.
TieNagayeit» die Wc f twa e r t s naefl; aen
dcKalmakfche Horden gelegen zijn, worden
door de zelve gedwongcn, in Schapen
cn ander Vee , fchatting te betaien: waer
in al de r y k d om van deze Volkcn be f ta e t,
•c zy drie of vier van 't honde rd , min of
mcer. Gelijk zy mede . ter b e r g e n en
bcecerte dezes naeft aen gelegen KalmakfclTen
Chan of Aj u k k ' , hulpbenden ten
oorlog gedwongcn worden te verIchaN
D e zwarte Kalmakken , die het Noor -
deüjkfi gelegen zijn , en van welker voornaemfte
Horde de Leidsman ot Oppe rge -
zaghebber en Prins , Oblay genoemc is ,
zite vecltyds in oorlog met dé witte Kalmakken
, die meer Wc f twa e r t s en ten Zui -
den , of na Aßrakan toe , gelegen z i j n , en
zieh aldact onchouden , of zy fchoon een
eeloove en cen fprake hebben.
Tuifchen beide de Kalmakken , die
•witte en zwarce gebynaemt worden , leit
noch een byzofider Kalmaks Vor f t endom
of Ho r d e , waer van de Vor f t Ocfcfrioe genaemt
is. De z e houd zieh ftil en onzydig
: ook leven zijn Volken gc ruf t enzonder
oorlog. • j -.t 1
De Zon word van zommige dezer Volkcn
, in hai-en opgang, mct t'zamcn vouwinc
der lianden , cn die voor het hoolt
te h o u d e n , en zieh na de zelve i e buigen ,
gceerc en aengebeden. .
In hunne Hui z en of Te n t e n v i n d men
Beeiden , van Houc en andere ftof gefnedcn,
c n o o k w c l v a n L y w a e t , als Poppen
cemaekt, die zy eeren.
De T e n t e n , daer onder zy wo o n e n ,
zijn Kicwieth g c n a emt , en vceltyds van
Linnen, d r i c , v i e r , of mecrder vadem
grooc, gcmaekt : welke zy opflacn «r
plaetzc, daer zy gocd Gras en Wa t e r vindcn
, cn als het Gras door lum Ve c af-
"eceten is , weder te zamen vouwen , en
eWers, waer bcter We i d e i s , weer op.
richten. _ ,
Dcverftoi-venclichamcnvanhunneVor
ften cn groote Heeren worden ve rbr and.
cn het sebéente of afiche begraven , die
zy gcloovcn, dat weder levcndig worden.
Doch wcrwaerts zy varen , daer wift my
opgcmclde Kalmak weinig bcicheid van te
ccven , als allcen , dat men tot zijncnt
meciide , dat de zielen der Mcnfchen in 't
einde van de lucht gcvoert wicrdcn , cn
daer blcven zwerven.
De lichamen van gcmcne luiden worden
begraven, of i n ' t water geworpen.
A R Y E. 289
Van Hemel cn Helle wcten z yme t wei- .
nig begrip te fpreken.
De naem van de Zon is by hcn Naran,
die van de Maen Sara en die van de Stcrn
Solbon.
Het huwelijk mögt in de Ho r d e , waer
in opgcmclde Kalmak gebooren wa s , niet
gefchieden, als buiten de derden g r a e d :
werdende by hen zeer onrein gc a cht , da t
perzonen, 'nader in Maegfchap malkanderen
l e i h e n d e , te zamen zouden t r o uwe n :
C't geen iets byzonders i s , om dat veele
der andere Kalmakken en Moegalen , daer
van niets weccn, en van blocdfchandeniec
vies z i jn) maer d'eene Broeder overleden
zijnde mag een ander Broeder wel met des
zelfs We d uwe trouwen , het zy dat de
zelve Kinderen heeft of niet. Alzoo ma g
een Zoon zijn ftief Moede r trouwen , het
zy die b y de Vadcr Kinderen gehad heeft,
o f niet.
Zekere Priefters, by hen BAckfe ge -
naemt, doen de plechtighcden over den
Trouw cn Huwelijks-band , met Uzen ,
en gebeden te ftorten , die. daer voor me t
Vee befchonken worden ; want Ge l d is
onder hen niet gebruikeliik. Insgelijks
doen deze Priefters op de Begraeffeniflen
eenige plechcelijkheden in Iczcn cn anderz
i n s , daer voor zy ook beloont worden.
Deze Kalmakken nuttigen alle fpyz e >
zonder onderfchcid , ook wilde Zwy n e n ,
ZOO opgcmclde Kalmak my verhaelde ;
want ramme Verkcns zijn daer niet. Mi d s
gebrek van Ko o r n , hebben zy geen Br o o d :
maer Gcvogelte is by hen in overvloed»
dat zy kooken , en zonder veele bereitzelen,
nuttigen. Wa t e r of Melk is hunne
drank.
Men vind in dat gcweft Kloofters van
Mannen, die nooit gctrouwt zijn geweeft,
maer niet van Vrouwen.
By hcn vind men gefchreven , doc h
geen gedrukte Boeken. De zelve melden
van hun Lands beftieringen, en voorgevallcne
zaken : als ook van den loop van
"t Gefternte , Zon en Ma en.
De Oppe r -hc e r f chappye valt van Va -
dcr op Zoon , en by mange! van de zelve,
op het naefte bloed; of wcl by kiezmgeof
keure , als dat ontbreekt.
Zekere Fecftdagen worden-by hcn Z s f -
nender genoemt. Aisdan b i d d e n z y o p hunne
wy s , wanendc wcl te zullen gelukken,
' t gecnc zy op zulke dagen acnvangcn : 't
zy tcn oorlog te trckken , of mct h u n n e
Tenten en Ve e te verplaetzen.
De klecding van dit Volk is meeft van
Schape , .VoiTe , cn diergelijke vcllcn ;
doch die meeft van vermögen zijn , ge -
bruiken ook koftelijke Zy d e ftoffcn : wcl-
O o ke