i
ü
f f
1 "I '
I •;
• S f rU :
^ I N L B Ï D I N G.
oeeend men, ä a t de Humen en andere linibaarfcte Volkeren, die na den val van
hft magtige en trotfchí Rome , Europa als oveiftroomden en een geheel
ander aanzien gaven, uit iihritn gekomen zyn.
Deze Sihrifcbe en Aßracat,fcbi Volkeren vielen in het jaar i s j ^ , ondel
de regeering van Wczwü. I. ¡„ Rudanä, dat zy byna geheel innamen , 20
dat de Rusnrche Giooten himne bezittingen van de ïartaarfche Clians ter leen
Inelden; deze oppermagt duurde =40 jaaren, en de Rmfen ontnoegen zieh
van het S,b,,i¡cht jok eerst In 1450, onder Czar ¡aan Zoen van Baßim den
bluiden, en in 1595 , wierd geheel Sihmm onder de Rusfifche heerfchappy
gebragt; en ivord .hans door de zorg van de groote Catbarim I I , die aUea
aanwend, om het geltik van haare uitgebreide v-taaten te bevorderen, nieer
e.. meer bebouwd en befchaafd, T M k en andere groote Steden worden door
haare zorg bloeijend in Wetenfchappen Konsten en Handel.
Bit mcgellrekte Land is eerst in deze Eeuw regt bekend geworden , door'de
reizen van MESSCHERMID, de o u d e G i i E n N , MOL L ER, STKALENBERO
KRASCUENNIICOW, CHAPPE D'AUIEROCHE, PALLAS, da
jonge GMELIN. Zie be¡cbrymng der Reizen XVIII. D. Reiz=
van PALLAS 1. D.
Ten Oosten van Siherhi, zagen wy de Mombetux TMann, die eigentlyk
het Oc!t.Tananen uitmaaken, en door den grooten Mn.ir van China gefcheiden
worden, Dit uitgêbieide La n d , word in drie Gouvcrnementen ver.
deeld, waar van het eerlle CUnjang, aîMugäcn na de Hoofdftad genoemd
Word; het Word ten Zniden door de groote Muür bepaald en ten Oosten,
Westen en Noorden door een honten üaketzel van paalen, die agt voet hoog
m - De vooraaamilc en meest bevolkte Stadls Fifig u m f e m ^ . - r i r ' i ^ o n d
^ n d,t Land is zeer vrugtbaar in alle zoortvid Graanen, Wortelen en Kattoen.
Het tweede Goiiverneraent Word Kirimia genoemd, en heeft drie eroote Steden
met aarde mnuren. Ninguia, of de Stad der zeven Hoofden is aanmetkel5fc,
door dien de zeven Broeders van Keizer Kang-bi hier woonende, de geheele
Natie onder hunne Regeering bragten. De Plant Ting-fing, zo berugt
m de Chineefche Geneeskunde, groeid nergens dan in dit di l l r i a. het geen
dus we p n s dezen takvan Handel en wegens die van Zabelvellen zeerberoeffld
en Vo kryk is. Het Land is vol groote Bosfel,en. Gemelde VVortel, die de
Lbtneijcbe J.ng-fing en de Tatamn Orbala dat is Komngm der PlanUn noenien,
maakt den grootften Rykdom van haOmmcb Tmatjen uit; deze Plant
Word by de Cbweefen in zulk eene hooge waarde geliouden, dat voor eene once
teírfíVjzevenmaal deszelfs gewigt in zilver betaald word. Het isimusfehen ts
verwonderen , dat de kraidkenners deze fchoone cn kostbaare Plant ms
riet naauwkenrig bepaald hebben. Sommige nieenen, dat de ./eng der t I
taren en de van Cbina, Corea en Japan dezelve z y , dtis was het ge.
voelen van den Heer T R EW, W Tab. 6. F. I. die dezelve n o e L
Panax ^rahaflram, met drie aan drie ftaande in vyven verdeelde bladen- an-
Z ' ^ T r i t " luinque folium zyn zoude, Horni:
Na . H,ß X. St. doch de Heer VAILLANT neemd hier de Ninßn voor,
Volgens de grootfte Kruidkundige is de NinPn het ßum of watereppe met gevmde
getandde bladen, die drie by elkander Haan. LINN. i,p. k p J ,
S'raru„,Mon,anumcoralen,e,K^K^,,n Mmnüa,. em. SLÖF 8 , 7 ] Í „ R „
i l . Ind. tab. 29. fig. r. die deze Plant afbeeld na eene teekening, welkö
de
I 'N L E I D I N G. Vit
^e Heer WI T Z EN zelf aan den ouden He e rBuRMAN ve r e e rdhad; meer
flaat zoude op de afbeelding van mynen Hooggel. vriend te maaken z y n , Indien
de Plant zelve in zyne uitgebreide Plantverzameling te vindeii wäre ge.
«eest; en de afgebeelde Plant toond een fium, doch gelyk de Heer HOUTTUIN
te regt aanmerkt de Wortel i^die der Ninfm niet (Ä2 ( . Hift. II. D.
v m . St. Het geen my het waarfchynlykst voorkomt i s , dat de gefchetllc
Wortel by den Heer BKRMAN Fl. Ind. tab. a j . i. de waare Ti'iJ'ng wortel
der Chineezen i s , en dat dezelve 00k in andere piaatzen gevonden wo r d ,
en verfchild na den grond, de lugtftreek de voortteeling; dus zoude de Jinfeng
en de Ninßi flegts verfchillende zoorten zyn; maar wa'ar toe dan de VanaXj
die in geflagtskenmerken 'er zo ver af ilaat te brengen z y , laat ik aan het
oordeel van kundigen over.
Het derde Gouvernement der Mmcbeaux Talaaren is Tfiifikar ^ dat niet zeer
Volkryk is, en onder de Regeering van den V..der van Keizer Kang bi^ onder
de MoncbeaiiX Talaaren gebragt wierd.
Ora nu verder de gefchiedenis der Oostelyke Talaaren te kennen, ffioeten
wy eerst de Mangolijche flammen nagaan, uit welke zy voortkomen.
Onder den naam van Mongolifcbe Volkeren, begrypen de nieuwlle Schry¿
vers, behalven de eigentlyke MangoUtrs te regt de CalmuUen en Buratben,
die in hunne fpraak, zeden en gedaante zo na aan elkander komen. Dit onde
Aflatisch Volk , dat in het begin der XIII. Eeuw , den grond tot eene der
magtigfte Monarchien j-die op den Aardbodem verfeheenen z y n , gelegd he e f t ,
en zyne veroveringen, door fchrik van Wapenen van de Oostelyke Woeftynen
van jifiin tot aan Europa en Jfrica uitbreidde, en aan alle de Tartarifche
Horden en Ryken niet alteen, maar zelfs aan Perfien en China wetten ga f , korat
niet de Tataaren Over een in het onde Nomadifche Herder of dwaalend leeven,
en eenigzins in fpraak-, maar het verfchild van de Talaaren en van allí
Westelyke Volkeren zo zeer als de Africaanfche Mauren van de Negers. Niettegenftaande
alle vermenging met vreemde Volkeren hebben de Mongolen en
Calmakken hunne eigen gezigtstrekken behouden niet alleen , maar dezelve
aan andere Volkeren , vooral aan de Kirgbifen, de Noordelyker woonende
Cbineefen, itSfolonen of in Daurien woonende Tanguzen medegedeeld, fchoon
andere Geleerden, de Mongotlers en Tataaren voor dezelve houden (zie Fis-
{eben quaßiones Pitropolit pag. 43. de Origine Tatarorum.
Het is zeer waarfchynelyk (zegt de Heer PALLAS Samml. Hiß. Nachricht
Jf' Th . ) dat de Landen aan beide zyden en agter het Allaiicb gebergte, reeds
van aloude Eeuwen het Vaderland en den zetel der Mongolifcbe Volkeren geweest
z y n , dit toonen de naamen der Bergen en Rivieren , ja veeiligt is de
rontsom door.Bergen omgeven Irgana-kon, naar welke de door de Tataaren
te ondergebragte Mongollers onder de Vorften Kafan en Nagos, gevhigt zyn,
längs een weg die door Steenbokken gebaand was, het Landfchap/io/ionoar,
het geen de Calmukken en Mongollers voor hun Vaderland opgeeven.
De Mongolifcbe Natie heeft zieh in aloude tyden in twee Hoofdvolkeren verdeeld,
die door het belang hunner Vorften, en door Volkshaat veele Eeuwen
in tweedragt leefden. Edoch de groote Tfchingis bragt hen onder een hoofd,
en leidde dus den grond tot de magt en het aanzien der Mongollers in volgende
tyden. Maar niets ftandvalligs in het ondermaanfche zynde, n>oest her Mongole
ßbe Ryk het lot van alie andere Ryken en Staaten ondergaan; het twistvuur
ß 2 was
• -'fl