íñ
i'
1 8 6 N O
dat i s , tot omtrent vier honderd
Itaiiaenfchc mylen v e r r e , heeft men rug-
• sen van Heuvelen en Be r g en, die %vy
Fangzaem op cn necr klommen. Ecindelijk
ftrckte het overig gedeelte van den we g
meerendeels, längs rouw^r Bergen , en
door diepe Da l en; by wy l e ookovcr eene
woeftc vlakte van iwe e en drie Dag- reizen,
tot omtrent vier honderd andere mylen
u i t , tot aen een Stcdeken Via genaemt
of tot een Ri v i e r e , die de Tartaren Sonaoro
o f Long^rro , en de Sineercn Snmgi
noemen, en, als tot de laefte pael van onze
Reis of We g , bepaelt en vaft gef tek was.
Alle die Bergen nu , z o o binnen, als
buiten Leao-tnin , na 't Oo f ì c toe , zijn
met oude Eiken cn andere Boflchen .
dert veele ecuwen niet om verre gehouwen
, beilagen. Eenc ftreeke van veele
Dag-rcizen , ging ik door BoiTchen voi
Haeze-nooten Boomen : ja my gedenkt
niet j dat ik ergens zoo groote menichte
van d.u i la? van Boomen gezicn heb.
Deze j^eìieele Landf t r e ek, inzonderheit
buiten oNo o r b y LeM-tnm , na 't Oo f t e ,
is geheellijk bergacht ig. Ik lieb di kwds ,
ftaende op den hoogften kruin des Be rgs ,
en ziende rondsom over de geheele Ho n -
z o n t , w y d en z y d niet ander s , als Bergen
en Dalen kunnen zìen , fchuUhoeken
Beeren, en diergelijke wi l -
de Beefien. Zeer zelden verfcheenen hui^
zen : behalve in een Dal aen den Oe v e r
van een voorby-vloeyende Beeke : welke
Huizen, of liever Hut ten , uit Leemaerde
t 'zamen gef tel t , en met k a f o f ftroo
bedekt waren.
Alle de Steden en Vlekken , dier veele
ik in het Landfchap LtM-tHm gezien heb,
zijn geheellijk g e f l o opt : overal vind men
bouwvallen van Hu i z e n , en puinhoopen
van fteenen. Ma e r onder de verwoefte gebouwen
zijn niec weinig Hui zen nieuwlings
opge r e cht , en hier en daer , zonder
rooi g e f t e l t : zommige van Leem-aerde,
andere van brokken van fteenen , en de
meefte met ftroo , en zeer weinige raet
pannen o f tiggelen gcdekt.
Macr reeds vertoont zieh niet eenecnig
kenteeken of v o e t fhp van zeer veele Stedekens
cn Vlekken , die voor den oorlog
daer noch ftonden t want wanneer d'ecrfte
Keizer der Tar taren, die d'aenrcchter van
den oorJog w a s , in 't begin een kleine
menigtevan Krygsknechten had, heeft hy
uic alle de Steden en Vlekken zijne benden
, tot een v r y groot Kr y g s h e i r , by
een getrokken ; na eerft die Steden cn
Vlekken mc : voordacht gefloopt waren
te weten , op dat hy de nieuwe Kr y g i
knechten alle Hoope van t'cencr tyden n
Ö O S T
hun Vad'erland weerom te keeren j benémen
zou.
Maer de Hoof t f tad zelve des Landfchaps
van Leah-r/tm, d i e z y Xya-Täm noemen
, is een tameüjk groote en fchooné
Stad , cn verbeeld geen verachtelijke gcdaente
van een Ho f .
Der zelver pools ho o g t c , gel i jk ik met
gerectfchappcn , meer als eenmael heb bevonden,
is een en v e eni g graden cn zes
cn v y f t i g minuten, dat i s , omtrent twee
graden hooger , als die van de Stad Peking
: <lacr nochtans , tot op dezen huidigen
dag , alle , zoo we l d'onzen , als
Sincezen , die niet hoogcr als een en veertig
graden gehouden hebben. Mae r gecne
afwyking van zeil-fteen is in deze Ho o f t -
ftad : het we lk ik ook naeuwkeuriglijk
met eenige malen na te vorflchen , aengcmerkt
heb.
Maer in het Stedeken V U , dat op de
uittcrfte pael van onze Re i swe g l e g t , is
de pools hoogte vier en veertig graden, cn
twintig minuten. De zeil-fteen w y k t daer
van'tZuide of de midda g , na ' tWe f t e e e n
eraet, en omtrent veertig minuten. Mae r
laet ons weer tot onze Re i z e , van waer
w y een weinig afgeweken war en, keeren.
Van de Stad Peking d a n , tot aen dat
uitterftc Oof t e , door die verre gelegenfte
Landftreeken, is geheellijk een ni euwewe g
geopent : te weten , waer längs de Ke i -
zer op een Pa e rd, en de drie Koninginnetl
op hare wa g ens , zouden vaercn. De z e
weg wa s , tot omtrent de breette van tien
voeten, midden door de Landen, over
Bergen en Dalen, en over zeer veele bruggenj
die over Rivieren en Be k en, d i e w y
overal ontmoeten, geftagen waren , tot
meer dan duizend Italiaenfche mylen uitpreit
, en liep , zoo veel kon gefchie-
I , zeer recht e n e f l e n , zijnde de aerde
op beide de kanten van den we g , tot de
' igte van een v o e t , als cenen kleinen
r]i, gelijkelijk cn cfFen opgeworpen :
ZOO dat die we g met een fcheidpael , aen
beide de zyden op een even verre afftant
van malkanderen, zeer recht uit liep.
Voorts was decs we g zoo fchoon en n c t ,
inzonderheit by mooi weer , dat hy geheellijk
een dorfchvloer gelijk w a s , te
weten , overal war en, door zoo veele
Landftrecken , Luiden ge f t e l t , die dien
weg ga floegen , cn lieten ganfchclijk nicmant
längs den zelven we g gaen , eer de
Ke i z e r , met de Koninginncn , d a c r o " " -
getogen . Voorwa c r onze Kathoiijkcn
maken met zoo groote zorgc n bekommerniflc
onze wegen en ftraten nict zoo
fchoon , waer längs het Sacraracnt , op
den hoogcn Feef t -dag, gewoonlijk gedragen
_ A R T
een i v o n l , ah deze Luiden zoodanige
Íícgen voor hunne Köningen cn Konmgmncn
ccivoonlijk beteidcni cn dat zoo dikwi
l s , ab zy de Re i z e buiten het Ho f onderncmen.
, ,
Maer een andere we g , getecllijk den
ccrften gel i jk, is in het weerom komen
bereid, met teile ruggen der Bergen, 200
veel bcquamelijk kon gcfch.cden , tot een
vlakte te brengen : en met bruggen over
dl de ontmoetende Beeken te llaen : aen
welker zyden , tet weder z ydc matten
met gefchilderde Draken vers.ert, als on.
A R t E. 187
kendc Landftreekcn met zieh. En alle deze
zulken g e k r y s . cn gedüung gcloop van
omallijke Wagens, vracht -bcef ten , en
Menfchen gevoert wierden , verwckten ,
alhoewel zy längs de zyde-wcgcn (d. e
van den Koninglijken we g , dat . s , längs
den welken de Koninginncn voeren, verre
afgelegcn waren , ) voorgingen, nochtans
zulke ftof-wolken, d a t w y in een gcduur
i g e , en dikke nevel fchcencn t cverkeeren
fchen geopenden w e g , begaf zieh , lang!
ongebfcnde Wegen der Bergen i meeften
t y j d a g e l i j k s o p d e j a c k . I n d . e n l . y b y
wvle t f e e iik met de Kon.ng.nnen tei fdei
r o i w e e l h y t c r z y d e van den geopenden
WCS a f , op dat men n. e t . of door liet
r l o e l , 0 / d o o r den troep der Rmt e j s ,
l i e hem • ' " T r i k ' " ! ^
dervenzoude. D c K e . z e t , zeg ik , ging
ddu! een groot ftulc Weegs voor u.t •. daer
„a volgden de vergnlde Wagens der K o -
Tin^inSen , nelfens des Ke.zers gevo g
Toen quamen . op eenen bel,oorl.,ken af-
(lant, de Koninkskens, Grooten , en e.ndel.
jk de Mandar yns , jeder .n z.jn rang :
maer de lacfte troep o f b e n d ew. e . d , door
een ontalli)ke fchare van knechten te paerd,
geflotcn. Dewy l men nu gecne Steden op
l e n we g ontmoc t c , d.e Zoo grooten me-
„iBte van Menfchen konden herbergcn, of
dezelvc van nootwendige dingen genoeg-
S v o o r z i e n ; en dewy l daer cn boven
her g root t e gedeclte des wc g s , door woefte
p l e t z e nCi k z e g , door Bergenen Dalen
) af te legge» was , 200 mof t al te ,
war tot zulken langen Re i z e van noden
„ a s , en het gcen tot zoo groo«n mcn.gte
van Mcnfcl ien vcrcifclit w.erd , den
«nfchen we g längs overal mcc gevoerd
worden. Dies omaB.jke Wa g e n s , K e .
mels, Paerdcn cn Mui l - e z e l s , ten dcele
lanBS de bywc g cn , voor u.t gi.igen
ten dcclc volgden , of licvcr door een geduurige
cn onopho.rdclijke ry vcrgczel -
fchapien , die de Tcnten , Bcddcn en
Bulftcrs, Ta f c l s , en alle Kenken-gerectfchap
omflagcn , of Reis-tulgen , die met
, en andere dicrgeli)ke dingen droc-
Daer cn boven volgden zeer veele
froepen van Paerden den gantthcn we g
lanssi want de Keizer , Kon.nkskens, cn
byna clk van de voornaemfte Gr o o t e n .
Veranderden doorgaens en d.kw.ls elken
dag van l'actdcn. Zy voerden ook zeer
v e d troepcn van Ol fen. kuddenvan Schapen
, als d,e zy dagelijks flachten t odt
van Ve rkens , enz. längs dre wydf t r e t -
: en di kwi l s , wanneer de Wi n d ter
z y d e , of van vooren wac idc, op de wy t e
van vyf t ien o f twint ig voeten, onze makkers
met oogcn niet onderfcheidenkonden.
Degehccle we g nu wa s opz e e k e r ewy t -
ten, of af f tandcn, zoodanig afgeftekcn,
dat dir groote Krygshei r a l l eda g en, des
avonds i aen d'cene of andere Riviere ot
Beeke kon komen, cn aldaer aen den Oe -
ver zijne Hut ten oprichten. Wa e rom wy
alle dagen , des morgens heel v r o e g , cn
meeften t y d vroeg voor d a g , de Rc i s -
tuigen , cn omf lagcn, als Hut ten cn dicroelijke
andere dingen voor af zonden : en
l e Over f tcn , als voorloope.-s , flaken des
avonds eerft een zeerbequameplactzevoor
de Hut ten des Keizers cn voor de Koninginncn
. cn daer na voor alle de anelerc
Koninkskens en Manda r yns , icder zijne
plaetzen a f , na de orde der acht blazoc-
„en o f v a ende l s , ondet welke de geheelc
Tartarifche Krygsmagt by de Tartaren
verdeelt cn gebragt was.
Aldus Aious hi ieebuboecn. wwy, in die orde in den
t y d van drie Maenden, zonder naeuwlijks
ons ccnen dag ftil te houdcn , dezen we g
van over de duizend Italiaenfche mylen na
het Oof t cn , in het henen gacn , cn zoo
veel in liet weder keeren , afgeleit.
Na w y aen de vefting , Xam-hnj geheten.
gekomenwaren, welke Vef t ing gelceen
is rcn dcele in d'cngte van de • Zuider
See, en ten dcclc aen de Noordc r Bergen, ^raZuj .
alwaer die beruehte Sinecfche Mu u r het
Landfthap U à - M van het Landfchap
r é f l i fchcid ; t dczc Mu u r begint van het
ftrand der Zuidc r Z e e , cn ftrekt cene ftrckc
van omtrent v y f mylen , tot aen den
hoogften Noordcr Be r g , en van daer over
den mg des Bergs kl immende , fehlet
over de hoogftekruinen van andere Bergen,
zeer verre na 't Noord-wef te) na w y , zeg
i k , deze Mu u r te boven gekomen, en ui t
het Landfchap U»i-am getackt wa r en,
verlier de Keizer met de Komnkskens i
Grooten , cn byna alle de Ma n d a r y n s ,
den Koninglijken we g , cn week dicht op
de linker z yde van dien af C te weten , na
de Noordc r Be r g en, die met een langen
aen een gefchakelt l eggen, cn zeer
A a I