I Afdeel. ^ ee^vraat * ^ie ™et a^ een £en opzigt van zyn
x iii. Lighaamsgeftalte en Eigenfchappen , maar ook
stuk >FU" ten °Pz'St van zyne Woonplaats, van de Hyma
Hyma. » zynde door den Heer L inn^eus met
de Otters onder het Geflagt der Wezelen t’huis
gebragt. Gesner verzekert, dat dit Dier de
Tzebecrebe en Semelarabotb van de Heilige Schriftuur
zy. Veele fabelen zyn ’er van verhaald,
die inzonderheid op zyne loosheid en wreed,
heid o f vreetzugt betrekking hebben. Men vertelde,
dat hy de Stem der Menfchen nabootfte,
cn ze dus verlokkende in het Net kreeg , de-
zelven dan verflindende ; jets ’t gene dit Dier
weezentlyk ten opzigt van andere Dieren pleegt.
O f het zo wel in ’ t Water leeven kan als o p ’t
Land , en daarom den Naam verkreegen heeft
van Zee-Wolf, kan ik niet verzekeren.
Befchry. De grootte is als een Varken. Op de rug
ving‘ heeft het regtopftaande Borflels van omtrent
een Spanlang, met zwarte toppen. De Oogen
Haan digter aan den Bek dan gewoonlyk. De
Ooren zyn kaal. De Staart en Pooten zyn met
zwartagtige Ringen gebandeerd. Over ’t L y f
heeft het bruine en zwarte Streepen , dwars
loopende , van de Rug naar den Buik. Het
graaft Kuilen in den Grond en onthoudt zig in
derzelver Holte, loerende op zyne Prooy. Ook
haalt het de Lyken uit de Graven en verflindt-
ze. De Woonplaats is in Indie.
Het Dier , ’t welk de Heer Brisson onder
deezen naam hefchryft, en dat hy zegt in Afrika
frika huis te houden, waar van hy ook een by-
zonder Geflagt maakt, afgefcheiden van den
Hond , om dat het vier Vingeren met Nagels
aan de Voor- en v y f aan de Agterpooten heeft,
is , zegt hy, van gedaante en grootte als een
W o lf l met korte Ooren; over ’t geheele L y f
met taamelyk lang, zwart Hair bekleed. De
Afbeeldingen, voegt hy ’er by , van de Hyma.
by Gesnerus , en van de Zilio Hyma, by
JoHNSTON, zouden goed z yn , indien zy geheel
zwart waren, zonder Vlakken. W y hebben gezien
, dat de Hyaena wel duidelyk geftreept is
en gevlakt.
Galenüs zegt, dat de Olie, waar in de Hyama
gekookt wordt,. kragtiger is dan Oleum V 1dpi-
num tot yerdryving van Jigtigheden en koude
Pynen der Lighaamsdeelen. Het Bloed van dit
Dier ftrekte den Jaageren tot Drank en , met
een weinig Honig gemengd zynde, werdt het
op de Bruilofts-Feeften voorgezet.
(4) Hond met een regte Staart, die aan 't end
<wit is.
De Vos he e ft, gelyk de Natuurbefchryvers
aanmerken, een weezentlyke betrekking tot
den Hond; gelykende niet alleen van Gedaante
veel naar denzelven maar ook een blaffend Geluid
maakende ; weshalve hy , zo wel door
Bris*
f4 ) Valpes. Gesn. Quadr. 965. Aldrov. Digit».
*5>5. Jonst. Quadr, 83. Raj. Quadr. 177,
l . Deel. 11 Stuk. F 3
I. Afdeel»
XIII.
.Hoofdstuk.
Hyma.
IV.
Vulpes,
Vos,