I. Afdeel, maar de eigentlyke Voet o f het on derft e dér
XXVI. Agterpooten," daar dit Dier op ruft, toont door
stuk. * zyne dikte, zo wel als het Ruggevleefch of de
Lenden, de kragt aan, die de Haas in ’t loopen
oefent, en de Agterpooten, door hunne langte,
hoe gemakkelyk hy zyne Sprongen voorwaard»
uit kan doen. Aan de Agterpooten zyn vier,
aan de Voorpooten v y f Vingeren, en ieder Vinger
loopt uit in een Nagel van middelmaatige
grootte, verborgen onder ’t Hair: want al de
Pooten zyn geheel met Hair omkleed, en op ’t
agterfte der Voetzoolen, zo voor als agter,
vindt men bosjes Hair als Penfeelen, diezigtot
aan den Hiel uitftrekken.
Gefternde De meefte jonge Haazen hebben op de top
Haazen. van ’t Hoofd menige witte Hairen, die aldaar
een foort van Ster maaken. Deeze verdwynt
doorgaans by de eerfte ruijing, maar op fommi-
gen blyft dezelve zonder te verdwynen , zelfs
in den hoogften Ouderdom. Dus verzekert de
Heer Daübenton , dat hy een ouden Haas gei
zien heeft, die ze hadt , en onder de tagtig,
welken ’er op eenen zelfden dag in ’t Park van
Verfailles gedood werden, vondt men een oud
W y fje , dat gefternd was (*).
• Hunne Sommigen hebben den Haas geteld onder de
Herkaau* herkaauwende Dieren, en zy gronden zig op de
Heilige Schriftuur, alwaar men in de Boeken
van Mofes zulks gemeld vindt. Ondertuffchen
weet
(*) Defcript. du Liivre, pag, 31,
weet men, dat de Haas maar ééne Maag heeft, 1. AfdeeL
én dat het maakzel van de -Maag en het Ge- XXVL^
darmte in dezelve zeer verfchilt van de ge-éTÜ°.
dagte Dieren. De Blinde Darm is in dezelven
klein, en zeer groot in-de Haas, waar uit men
ligt begrypt, hoe hy van Gras en Kruid alleen
kan leeven , gelyk het Paard en de E z e l, die
ook maar ééne Klaag hebben , en derhalve niet
kunnen herkaauwen, zegt de Heer de Buffon.
W a n t , hoe zal men zig wys maaken , dat de
Spyzen uit den Blinden Darm, die zo ver af is,
weder in den Bek zouden kunnen komen, gelyk
zy doen moeiten , om de Herkaauwing té
ondergaan ? Miffehien is ’t Gevoelen waarfchyn-
Ivker, dat de Blinde Darm hier de plaats bekleedt
van een laatfle Maag, waar in de Chyl-
maaking gefehiedt. Immers den uiterlyken fchyn
van Herkaauwing heeft de Haas en het Konyn
volkomen.
. Behalve de aanmerkelyke byzonderheid in de Vliezefi
deden der Voortteeling, is het Pisvlies van den
Haas ook, door zyne figuur en plaatzing, zeer
verfchillende Van het Pisvlies in het Vee en de
Moer koek ook geheel anders. Om de Bekleed-*
zelen van de Vrugt in dit Dier te befehry ven,
zegt de Heer Daübeisïon , opende ik een be-
vrugt W y f je , dat my Van Verfailles uit ’ s Ko-
nings Tuin ,• den 18 Auguflus, was gezonden»
’ t Zelve hadt in de flinker Hoorn van de Lyf-
niöeder drie Vrugten , welken ik ’er uithaalde,
zoiidèr dat hunne Vliezen kleèfden aan de Wan-
B b a den