I. Afdeel, lyk aan die van een Mcnfch, doch hadt het
XVII. Portier zeer naauw: de Darmen waren in ’c
Hoofd a]gemeen dun, zonder blinden Darm. Men
STUK» ö
vondt de Lever in zes Lobben verdeeld; de
Pisblaas van grootte als een Ganfen-Ey; de
Schaft Beenig en vier Vingerbreedten lang. In
een Wyfjes Das vondt de Heer J. de Murae,-
to , dat de Hoornen van de Lyfmoeder opwaards
tot aan de Nieren reikten , en in hunnen loop
van de Zaad-Ader en Slagader met een wonder
fraay geweefzel van Vaten omvlogten werden.
Gebruik. Dit Dier hadt, eer het ontleed werdt*een
gantfch onaangenaame Reuk over zyn geheele
L y f , maar dezelve verdween, zo dra ’er het
Vel was afgeftroopt, ®n het Vleefch met een
zagt Vuur gebraden, waar door het van ’tovertollige
Vet ontbloot werdt, bevondt men mal-
fcher en ten minften zo ftnaakelyk, als dat van
een wild Zwyn. Ook is men in Italië en Swit-
zerland gewoon, hetzelve, als een der befte
Geregten, voor te zetten: doch het moet van
jonge en wel gevoede Daflen zyn. Het befte
Saizoen, om deeze Dieren regt goed te hebben,
is in den Herfrt, als zy zig met Vrugten
en Rofynen meften. Het Hair dient om Pen-
feelen te maaken voor de Schilders. De Zadel-
maakers bezigen de Huid op verfcheide manieren.
In de Geneeskunde wordt alleen het V e t .
en Bloed gebruikt, waar van het eerfte verzag-
tende, verwarmende en doordringende wordt
geagt tb zyn. Men mengt het in Klyfteeren
te,