VL begon te befchouwen, werdt ook gedagt orn
‘ LXy1 ' dezelven in een bekwaame Orde te fchikken.
Hoofd- T o u r n e f o r t merkte ze , als Planten, vier-
stuk. derley aan. B o e r ha a v e verdeelde ze, als
de eenvoudigfte Planten, in Lithophjta o f
Steengewasfen , Keratophytci öf Hoorngewas-
fen, Titanokeratophyta of Kalkhoorngewasfen,
en Marina mollioris fabricce of Zee - Planten
van zagter maakzel. De Zee - Kampernöel-
jes, Koraalen j Madreporen, en, om kort te
gaan , alle Steenagtige Zee-Gewasfen , behoorden
tot zyn eerften Rang. Die van den
tweeden en derden Rang waren de Hoornagtige
Zee- Heesters, met of zonder een Kryt- of
Kalkagtige Korst. Zyn vierde Rang begreep
de Sponfen , Zee - Ruy , anders Zee - Eik of
Fucus genaamd, de Koraal- en Zee - Mosfen
en de Alcyoniëa-
Onze Ridder hadt, in de Agtfte Uitgaave van
zyn Samenftel der Natuur , onder de Dieren al-
leenlyk gewag gemaakt van Lithophyta, zeggende,
dat zyn E i dezelven gefcbikt hadt naar de
Methode en Leerwyze van den vermaarden
J u s s i e u , die deeze Diertjes eerst, en byna alleen,
hadt ontdekt. Niet lang daarna bragt
D onati een nieuwe Verdeeling ter baan , en
zonderde de weeke of zagte Z'ee - Gewasfen, ge»
lyk de Sponfen en Alcyoniën, van de anderen ,
die hy Polypiers of Polypus-Nesten noemde, af,
onder den naam van Zo'óphyta of Plantdieren,
p e r op maakte L innalus, die overal zig
toetoegelegd
heeft om zig te bedienen van de VI»
Uitvindingen der keurigfte Waarneemers en l x v .*
Geleerden, reeds in de Tiende Uitgaave van Hoofd*
zyn Samenftel der Natuur , welke in ’t jaar I758S1ÜK*
het licht zag, eene aanmerkelyke verfehikking
onder de Zee - Gewasfen.
Het voornaamfte in deezen i s , dat alle die Nieuwe
genen, welke men niet zeggen kon van eenek?"g van**
Steenagtige zelfftandigheid te zyn, van de L i - linn-ïus,
thophyta afgezonderd werden, om eenen vyf-
denjRang uit te maaken, onder den tytel van
Zo'óphyta of Plantdieren. Deeze Rang begreep,
behalve zeven Geflagten van zodanige
Schepzelen, die men gewoon is, onder de Zeer
Gewasfen te betrekken, nog vier Geflagten,
het eerfte van de bekende Zoet-Water Po-
lypen,.door T remül e y ontdekt, het tweede
van de ■ zogenaamde Zee - Pennen , het
derde vdn de Lintwormen, het vierde en laat-
fte van de Klootdiertjes , door B a k e r en
R oes el waargenomen. Die Rangfchikking
heeft zyn Ed. in de Twaalfde en tot nog toe
laatfte Uitgaave van zyn Samenftel', welke in
’t jaar 1767 te Stokholm uitgegeven is, behouden:
mids eenige verfehikking en vermeerdering
in de Soorten en het byvoegen van v y f
nieuwe Geflagten.
Ik zal den Ridder dan ook in deezen volgen,
en befchryven eerst de Lithophyta, van zynen
Vierden Rang , onder den naam van S t e e n -
a g t i g ? Z e e -G ev^a s s en, waar van zyn
F 3. M