V** Trompet* o f Kegelagtige figuur* Tn ’t Wa-
LXXvi ter z Ynde , worde men in de holligheid een
Hoofd menigte van Draaden gewaar, die tot aan den
stuk. Omtrek gaan, welke uit een menigte van Kegeltjes
beflaat , die van een bleek Vlies gemaakt
z y n ; doch niettemin zig groenagtig ver-
toonen , wegens zekere Zaadhuisjes, zo hy
zig verbeeldde, daar in vervat, en dit geeft
aan de Hoofdjes, in hun Element, een groen-
agtige Kleur; geiyk men dit Gewas, by W e y-
m a n n , in zyn Kruidboek afgebeeld vindt.
Anderszins, en gedroogd zynde , geiyk in
myn Exemplaar, volgens ’t welke de Afbeelding
, Plaat CXXXVI , Fig 4, gemaakt is ,
vertoont zig het geheele Gewas byna volkomen
wi t , ziende echter een weinig uit den ros-
fen. Het is een bosje van Steeltjes, op de
verhevenronde zyde van een Schulpje gegroeid,
zynde omtrent anderhalf Duim lang.
De Dopjes o f Kelkjes verfchillen aanmerkelyk
in grootte. Men vindt ’er onder van niet meer
dan een agtfte, en anderen van byna een Kwartier
Duims breed. Ik vind ’e r , met het Mi-
kroskoop , byna de zelfde Vertooning in , als
Donati , doch het Worteltje, o f de Voet,
is in de mynen niet zo blykbaar.
vit. (7 ) Pypgewas , met Haairagtige Steeltjes ,
Tubularia
SpUchnea. UK
Haairig.
(?) TubuUria Culmls Capillaribws fimplicisfimis , PcltS.
terminali l*evi membranacei. Syst, Nat, XII»
die geheel enkelcl zyn, het Schildje aan 't VI.
End effen en Vliezig hebbende. LXyVL
Hoofd-
De Stammetjes, die geheel enkeldzyn, hoe-sTUK.
wel veelen uit eenen Wortel opfehietende en
buigzaam , hebben de dikte van Paardehaair,
en aan ’ t End een Vliezig Schildje , dat
niet geftreept is. ’t Gewas is geheelenal van
Hoornkleur, twee Duimen hoog en valt in de
Middellandfche Zee.
Dus befchryft onze Ridder deeze Soort ,
zonder aanhaaling van een'g Autbeur, en zy
fchynt derhalve nieuwlings waargenomen te
zyn. Ik heb een bruin Haairig Gewasje,
met dergelyke Schildjes aan ’t End der Steeltjes
, doch aan fommigen van welken kleine Dou-
bletjes , naar Mosfeitjes gelykende , gegroeid
zyn; ’t welkmooglyk eigen is aan deeze Soort.
(8_) Pypgewas dat kruipt, met Kloksvcyze
Buizen. Campanu.
lata%
o Klokjes-
Hier heeft onze Ridder , m navolging van Pypgewas.
den Heer P a l l a s , een Soort van Schepzelt-
jes t’huis gebragt , welken de Heer T r e m -
b l e y
f8) Tubularia reptans , Tubis campanulatis. Syst. Nat,
XII. Hydra campanulata. Syst. Hat. X. p. 817. Poliypas
cristatus. TREMEL. Polyp. III. p. 109. T. 10. f. 3 , 9.
B a k e r M i c r o s k . 30s. T. 12. Vert. X. Hoofdlt. bl. 316.
Aft. Stokbolm» 1746. T. VI. f. 5 , 6. Tubularia Cryftallina.
FALL. Zo'ópb, 42. Lyst der Plantd. bl, 104»
li 3