VI. welke ook > door den Heer B o i>d a e ^ t ,
Lx XIL zeer we^ aangeduid (*).
H oofd- De Savalia van de Middellandfche Z e e ,
stuk. }J Cwaar van hier voor gefproken is ,) welke
„ met het Zwarte Koraal gemeenlyk ver-
„ ward wordt, en van vqele Autheuren voor
„ het waare is befchreeven , is gemeenlyk de
„ Stam van groote Zee - Waaijers, die men,
„ na het afwryven der Takken, gepolyst
,, heeft, zegt de Heer P allas” . Hoe dat
dit overeen te brengen mqt het verhaal
yan R u m p h i ü s , die z e g t , dat de. Savalia
een Steenen Korst is , welke een Houtagtig
Hart heeft; begryp ik niet. Dat Stuk,.van
y y f Duimen lang , ’ t welk de Heer Boo-
d a e r t gekreqgen hadt , en zig verbeeldde
tot het 'Handvatzel van een Indiaanfche Kris
gediend te hebben , kon dan immers ook de
Sivalia niet zyn, uit de Middellandfche Zee ,
welke van G in a n n i befchreeven wordt ( f ) .
Van deeze Zee - Heefters , die het Zwarte
Koraal, als gemeld is , uitleveren, heb i k ’er,
volmaakt met de befchryving yan R n m-
p h i u s overeenkomende, van één o f ander-
halvqn Voet hoog en zeer breed. Ik heb ’er
twee op éénen Steen zittende, en anderen,
met «ten Wortel nog tiaar aan gehecht, die
een
(*) Lyst der Plantdieren , bladz. 243,
(4) Ibidem, bladz. Ss8«
een dikke Knobbel is , van een gehpel andere ^ V I .^
Kleur dan het Zee-Gewas , naamejyk graauw- l x x ik
•' H oofd- agtig.wit. - SXOK.
( io ) Zee-Heefter, iie Pluimagtig en gegaffeld
is, met de Schors famengedrukt, Kalk- ancepSA
agtig \ aan den Rand poreus. zee-wiig.
_ . Plaat.
De Heer E l l i s noemt dat Zee - Gewasje, cxxxn.
aan de Engelfche Kust groeijende, ’t welk uit .*«• 5’
zyn Werk hier aangehaald wordt, deZee-Wilg.
Hy noemt het zekerlyk dus, om dat de Schors
zig aan de Takken zodanig verbreedt, dat
dezelven zigbyna als Wilge-Bladeren vertoo-
nen. „ Ter wederzyde (zegt zyn Ed.) van
„ de platte Takkeu , zyn regelmaatige ryën
van kleine verhevene Cèlletjes in het Kalk-
” agtige gedeelte, met kleine Gaatjes, die
’ ’ voor ieder tot een Ingang ftrekken” . Het
Takje, door hem afgebeeld, is te klein, om
eenig blyk te geeven van die Celletjes; en
in de nagemaakte Figuur van ’t zelve , door
den
1
(lo) Gorgonia pnniculata fubdichotoma, Cortiee compreslb
Calcareo margine porolb. Syst. Nat. XII. Epicoralkim Vit-
gulis alàtis. PET IV. Pterigr. T. 18, f. 12. Coralktia JmU-
eofa ramulis et Caulibus cotnpresfis, SLOAN. Jam. I. T .
22. f. 4. Lithophyton coinpresfum obfcure lutescens, raar-
ginibus purpureis. CATESB- Car. II. T. 34. Keratophyton
dichotomum &c. E l l . s Cor. <S8. T. 27. £'*• Gotgonia
gnceps. PALL. Zidfk. 1*5« 2 $*-; Wilg. Lyst der Plané.
bl, 219.
Y 5
r Deel. XVII. Stuk.
■ ■ MSR