i j 6 B E s c h r y v ï n c v Ah
H' I
VI. van Gaatjes heeft, dikwils zo klein, dSt
LXVHI* men z e ’ ze^s met een Vergrootglas, naauw-
H oofd» lyks kan ontdekken. Deeze Gaatjes zyn rond
stuk* en Trechteragtig. Z y worden door Polypen
o f dèrgelyke Diertjes bewoond,
soorten. L i n n ^e u s heeft in dit Geflagt véértien
Soortèn aangetekend, aïs vólgt,!
XL.
Mille
Alcicernis.
Suiker»
Koraal.
(40) Millepore, die Takkig is , plat en regt,
met zeer kleine Gaatjes in de Oppervlakte
verfpreid.
Dit zouden de algemeené Kenmerken zyn ,
van een zeer bekend Z ee -Gewas, dat in kleur
en zelfftandigheid , van binnen en van buiten,
veel naaf Suikergebak o f Banket gelykt, eri
daarom den naam draagt van duiker - Koraal.
R u m p h i u s noemt* het Suikerwerk. Hier
ónder i s , dat men gemeenlyk Water - Koraal
noemt 4
(40) Millepora ramofa compresla re&a, Pori* Iparfis obfo-
letis. Syst. Nat. XII. Gen, 338. Sp. r. Millepora plana
ramoEslima , Ramorum fastigio digitata. R o y e n . Lugi.
Bati 52(5. Gy plum Coralloides. Ge s n , fig. 132. Corallium
asperum candicans adultsrinuin, BAUHi Hist. HI. p. 895.
Aids Cornu figuri Corallium. Wo k m. M us. 232, Corallium
album fragile polyfchides. Mo r i s . Htst. Ill; S. rs. T.
lo . f. 24, 27, Corallium afperum candicans. Sl 6 an; Jam
I. T. 17. f. 1. Corallium porofum latum planum. Pe t i v,
Pteryg. T, 18. f. 13. Lithodendrum Sacharaceum album.
H u m p h . A mb. vr. p. 243. Millepora Alcicornis, f A u , ,
'Zo'oph. 161, Lyst der Plantd. bl. 323.