iSU I j E S C H R ï V I N G v A KT
Vï.
Afdeel.
LX VIII.
H oofdstu
k .
XLI.
Millepora
aspera.
Ruijwe
Milfepore.
C lO Millepore, die Takkig is9 eenigermaate
plat en Jlekelig rmw , met uitpuilende
Por en , die aan de eene zyde gefpleet en
zyn.
Een Zee-Gewas, dat metdigte Takken, als
de Vingers van een Hand gegroeid i s , die
Wrattig ruuw zyn in ’t aantasten ep zig dus
ïuig vertoonen , wordt hier uit G o a ^ t h i e -
r i aangehaald. L in n je ü s neemt ’er djt
byzonders in waar, dat de uitpuilende Gaat-
jps, aan de onderzyde, gefpleeten zyn. Het
komt in de Middcllandfche Z e e , ep aan de
Kust van Noorwegen, voor.
Naar deeze Soort fchynt dat Zee - Gewas te
gelyken , het welke de Heer P o n t o p p i -
d a n s , by Letter G , op zyne Veertiende
Plaat, in de Natuurlyke Historie vap Noorwegen
heeft af^e beeld. Het is , z e g th y ,g e l y k
pen vlakke T w y g , met veele aartige Spruiten,
ieder van welken veele Infnydingen heeft,
zynde het Stuk van eene Strookleur. Het was
maar een Vinger lang en half zo breed, doch
fcheen veel grooter geweest o f van een groo-
ten Zeeboqm afgerukt te zyp.
Hpt
f41) IHitteptra ramoft compresfa muricata, Porls eminen-
tibus hinc fisfis. Syst Nat. Xfl. Madrepora denCe furculofa»
Surculis palrnatim dispofltfs, plsrumque crispulis feu Verraco-
*e hiifutis. G ü ALTH. Test. T. 5S. averft. MARS. Mar„
T? 3?* %> I5i ? 157,
I) £ IvJ I L L E P O R E N. 125
Het gene hy ^verder ten ppzigt van deeze ^
Steenagtige Zee - Gewasfen in 5c algemeen LXv if lf
pieldt, verdient zyne opmerking. „ De Vis- Hoofd-'
„ fchers (zegt hy) brengen dikwils Koraal-
„ boomep te koop, in onze Apotheeken, te
, , Bergen- Als men hun vraagde, wat zy dag-
, , ten van den oirfprong en de voorplanting
3, deezer Zee - Gewasfen, zo antwoordden z y :
„ dat van de Twygen der oude Koraalen, ge-
„ lyk ook van die der Zee-Boomen pf Zee-
” Heesters, fomtyds een witte Druppel afviej,
„ gelykende naar Melk» en, waar deeze y ie l,
3, daar kwam een Gewas van deezen aart
9 voort” . Dit komt, dat zonderling is , met
de bedenkingen van Pater L ab at , in de
Westindiën, overeen, en het fchynt ook door
de Spatten van dergelyke S to f, die men dikwils
aan de Koraalfteenen vindt, bekragtigd te
worden. Het Bloedkoraal laat ook dergelyke
Melkagtige druppels vallen, doch hoe kqmep
kan deszelfs Spatten en Wortel rpod?
(42) Milleppre, die eene Talswyze gejlalte xlit.
heeft, met zeer digt geplaatjle hoekigejS.” *
Gaatjes. Dlgte'
Aan de Oevers van Gothland wordt deeze
Soort
(41) Mllepora Turbinata, Pqris confettisfimis asgulatis,
1Syst. Nat. XII.
H s