
slechts een kraantje behoeft te openen om vuur te kunnen
aanleggen. Voor de verlichting bezit het gas geene waarde,
tenzij men de lichtkracht door carbureeren vermeerdert.
In het gas heeft men aangetroffen: waterstof, methaan,
aethaan, propaan, koolzuur, kooloxyd, stikstof, zuurstof en
weinig lichtgevende koolwaterstoffen. De samenstelling is
zeer verschillend, zooals op blz. 40 is opgegeven; belangrijk
is het nog de samenstelling van het gas van Bakoe met
dat van Leechbury te vergelijken:
L e e c h b u r y . B a k o e .
Waterstof 4.79 0.98
Methaan 89.65 93.09
Aethaan 4.39 —
Propaan sporen —
Koolzuur 0.35 2.18
Kooloxyd 0.26 —
Stikstof — 0.49
Lichtg. koolwaterstoffen
0.56 3.26
! 1 0 0 .- 1 0 0 .-
THEORIEN OVER HET ONTSTAAN VAN
PETROLEUM.
Het aantal theoriën over het ontstaan der petroleum is
zeer groot en men kan ze terstond onderscheiden in die
welke het ontstaan aannemen A. uit anorganische B uit
organische stoffen.
Wij zullen slechts de belangrijkste vermelden.
A. Rmanatie-liypothesen; anorganische oorsprong-. - Berthelot
(1866) neemt aan, dat zich in het binnenste der aarde door
de wederkeerige werking van koolzuur en alcalimetalen
acetyluren vormen, die in tegenwoordigheid van waterstof
tot acetyleen overgaan, waaruit dan petroleum en teerachtige
producten ontstaan.
Byasson (1871) stelt op den voorgrond, dat waterdamp en
zwavelwaterstof, koolzuur en ijzer op witgloeihitte op elkaar
werken; hij heeft op deze wijze eene vloeibare sto f verkregen,
die op petroleum gelijkt. Hij neemt aan, dat zeewater
m spleten der aarde dringt, hierbij koolzuurhoudende stoffen
voornamelijk zeekalk, medevoert en op groote diepte op
witgloeiend ijzer of ook op zwavelijzer inwerkt.
Een der grootste scheikundigen van den nieuweren thd
Mendelejeff (1877) gaat van de vooronderstelling uit, dat de
gloeiend vJoeibare massa in het binnenste der aarde metalen
bevat, voornamelijk ijzer, die met koolstof verbonden zijn.
Door spleten treedt er water bij deze carbureten, waardoor
metaaloxyden en koolwaterstoffen ontstaan. Hij bewees door
directe onderzoekingen, dat spiegelijzer (een mangaanhou-
dend, aan chemisch gebonden koolstof rijk ruw ijzer) bij de
behandeling met zuren vloeibare koolwaterstoffen levert.