
kies er in geworpen ; het stroomende water voert het kies
en liet zand met zich mede en het zwaardere goud bezinkt
voornamelijk bij de eerste kromming der leiding. Twee of drie
maal in het jaar wordt dit goud verzameld en dan op dezelfde
wijze in houten schotels gezuiverd als de inboorlingen zulks
met het rivierzand doen.
De ontginning van het moedergesteente heeft eveneens alleen
door Chineezen plaats, maar op zeer gebrekkige wijze.
HET GOUDSMELTEN DER INBOORLINGEN.
Gewoonlijk moet het goud tweemaal gesmolten worden,
om de noodige smeedbaarheid te verkrijgen. Dit smelten geschiedt
door de inboorlingen op een zeer eenvoudige en tevens
vernuftige wijze. Posewitz geeft daarvan een beschrijving,
zooals hij dit te Teweh in Centraal-Borneo heeft waargenomen.
Het goud wordt in kroezen van vuurvaste klei verhit door
middel van houtskolen en het vuur aangeblazen door lucht.
De blaastoestel bestaat uit een kleine houten kast met één
tusschenschot ; in de eene afdeeling beweegt zich een houten
zuiger, die door dons van kippenvederen luchtdicht sluitend
is gemaakt. De lucht, die door twee naar binnen opengaande
kleppen in de eerste afdeeling kan stroomen, wordt afwisselend
door een opening boven of onder den zuiger in de tweede
afdeeling geperst en stroomt dan met kracht door een geelkoperen
pijp over de houtskool.
De inboorlingen maken ook gebruik van toetssteenen, zoodat
zij na onderzoek goud van verschillend gehalte te zamen smelten
om een gewenscht allooi te verkrijgen.
27
ZUID-AFRIKAANSCHE REPUBLIEK.
Het goud is verreweg het belangrijkste lichaam onder de
artikelen van uitvoer ; behalve over de laatste jaren heeft men
geen gegevens van den uitvoer uit de Transvaal, wel weet men
de waarde van het goud dat van de Kaap en van Natal in
de laatste achttien jaren ') is uitgevoerd •
1
JA K EN .
WAARDE VAN DEN U IT - ;i
VOER i n FRANKEN.
JAREN.
WAARDE VAN DEN U IT VOER
IN FRANKEN.
4871 16,750 1880 561,250
4872 20,625 1881 448,800
1873 24,500 i 1882 551,000
1874 985,800 1 1883 761,425
1875 1,786,300 1884 975,125
1876 1,792,675 1885 1,738,325
4877 1,689,875 i 1886 3,338,350
1878 991,000 1887 5,898,425
1879 755,375 1888 22,481,900
Het is buiten twijfel, dat verreweg de grootste hoeveelheid
daarvan, zoo niet alles, afkomstig is van de Transvaal. De
ontdekking van het goud dateert slechts van een twintigtal
jaren; om de nasporingen aan te moedigen, beloofde de Regeering
een premie aan hen, die goudrijke gronden ontdekten.
Weldra vond men dan ook goudhoudende alluviale afzettingen
bij Zoutpansberg in 1872 en in de omstreken van Lijdenburg
in 1873. Spoedig werden die streken door goudzoekers en
aventuriers overstroomd, maar slechts enkele werden voor
hunne moeite beloond en de gronden heetten geen goud meer
1 ) V. s. Aubert, La République Sud-Africaine. Exposition universelle de
1889 à Paris.