
kleine heester, die alleen op enkele javaansche bergtoppeii schaar»
voorkomt), hooger in aanzien staan. Cultuur niet aan te bevelen, tenzij
als pakkistenhout op slechte gronden. K. en V.
134. S. macropliylla Vent. — Kalong J. Kalongan J. Lok J.
Kloioang Mad. Hantap-heulang S. Wangilar Rt. Bangilan
Tl. Mapangi Tl. Java Z. I. II, Celebes, Malaka.
Een hooge boom met zuilvormigen stam en groote wortellijsten, die
in bloei door de kai-mozijnroode kleur van het jonge loof de aandacht
trekt, en in vrucht door de talrijke, scharlaken, holle vruchten, ter
grootte van een kippenei. Een in Midden- en Oost-Java vrij algemeene
boom, die op allerlei gronden en onder allerlei omstandigheden voorkomt.
Het hout, hoewel veel te krijgen, is niet duurzaam en wordt
dus weinig gebruikt; soms voor kano’s. Waarschijnlijk is het voor
pakkisten geschikt. Het bevat alleen vuil-wit spint. Cultuur niet aan
te bevelen, tenzij als sierboom in parken of voor pakkistenhout.
K. en V. S. g. 0.35.
135.
136.
S. noMlis Sm. - S.g. 0.48. St.
S. urceolata Sm. - Hantap S. J. Tales J. Mad. Java Z. I. II.
Een zeer hooge boom met zuilvormigen stam en buitengewoon groote
wortellijsten. Vruchten fraai rood. Herinnert in uiterlijk aan Sideroxyloft
nitidum Bl., doch is daarvan o. m. te onderscheiden door het gemis
van melksap in de sohors. Een tamelijk algemeene boom, die meest in
altijdgroene wouden voorkomt en een hout heeft, dat als te weinig
duurzaam zelden gebruikt wordt, en wellicht voor pakkisten geschikt
is. Voor reboisatie m .h .o . op irrigatie wellicht aan te bevelen. Voor
sierboom in parken ook geschikt. K . en V.
137. S.sp.(CarpophyllnmmacrocarpumMiq.).—iTe/paJcMtg'Banka.
138.
Goed timmerhout. C. S.g. 0.71.
Tai’rietia javanica Bl. — Ki-meong S. Ki-matjan S. Galoem-
p it S. W.-Java Z. I.
Hg. 40 M. Stam zuilvormig, zeer hoog vertakt, met ondiepe gleuven,
zonder knoesten, met sterke wortellijsten. Sohors nogal taai, grauw,
met veel diepe, overlangsche barsten. Vruchten gelijken veel op die
van Acer. Zeldzame, verstrooid groeiende boom. Hout roodbruin, sterk
en duurzaam, zeer geschikt voor huisbouw. Cultuur misschien aan te
bevelen om het hout, in streken waar djati niet wil groeien. K . en V.
S.g . 0.46; 0.49.
Theobroma Cacao L. — Tjoklat S. J. Mal. C a ca ob o om .
Vaderland trop.-Amerika.
139.
In het groot gekweekt om de zaden, waaruit de cacao verkregen
wordt. Hg. 5—8 M. K. eil V. S.g . 0.58; 0.64.
140. Cverige monsters:
Pterospermum sp. S.g. 0.56. - Aloepang. Celebes. S.g.
0.40. — Andilau. (2 Commersonia sp.). Sum. Zacht en grof,
van den bast vlecht men matten, v. H. — Badjoer.
(Pterospermum sp.). Banka. Geschikt timmerhout. G.
S.g. 0.44. — Bajoer-kalang. Sumatra. Goed timmerhout. C.
S. g. 0.59. — Bajoer-pepit. — Bajoer-sipoeloet. (Pterospermum
sp.). Sumatra. Voor planken geschikt. C. S.g. 0.47. —
Bajoeive. Sumatra. Eene uitmuntende houtsoort, niet zwaar,
maar sterk en taai, zeer geschikt voor scheeps- en huisbouw,
alsmede voor roeiriemen en andere dergelijke voorwerpen.
Bij de Maleiers voor planken zeer gezocht. v. H. — Bajouwe.
Sum. Uitmuntend hout, zeer geschikt voor scheeps- en
huisbouw. V. H. — Bangoro M. Celebes. Meubelhout. G.
S. g. 0.65. - Bare-bare. Sum. Tamelijk hard en fijn, licht-
roode bloemen. v. H. — Blambang-telor. Sum. Voor
huisbouw en meubels. G. S.g. 0.80. — Boea-tinta. (2 Sterculia
sp.). Menado. S.g. 0.31. - Dandertjoetjoek. Java.
S.g. 0.32. — Djangaän. Borneo. Hooge boom; groeit in het
gebergte. Bladen groen van hoven en rood van onderen.
Hout licht bruingeel, moeielijk splijtbaar, voor huisbouw
en djoekoengs. Bast voor sirappen voor dakbedekking.
Jent. — ? Djangan-loepa. Tondano. — ? Djatikan-betina. Sum.
— ? B.-lanang. Sum. — Haloepangrah. Sum. S. g. 0.66. -
Hantata-goening. Borneo. Lage boom. Hout sterk, hard en
zwaar, blijft goed in den grond, en is, ontdaan van het
spint, onaantastbaar voor witte mieren. Te klein voor
plankenhout. Geschikt voor stijlen. Gout. — Hantoel. Sum,.
Zacht en los van weefsel. v. H. — Kadak. — Kajoe-kaiimoen.
Timor. Voor masten gebruikt; sterk, veerkrachtig, taai
hout. G. S.g. 0.60; 0.80. — Kalampan. Borneo. De vruchten
leveren lampolie. G. S. g. 0.41. — Kaloempang. (Sterculia
sp.). Celebes. Voor hechten van gereedschappen. G.
S.g. 0.43. — Kangkala. Borneo. — Kapoh. Sum. Brandhout.
V. H. — Kapok-djankang. Borneo. — Keloempang-
lanang. Een zeer zachte, grove houtsoort, die door de
inlanders als brandhout wordt gebruikt. v. H. — Kepajong.
Borneo. S. g. 1.01. — ? Kepang. Java. Goed timmerhout. G.
S. g. 0.40. — Kepoli, Kitek. (Sterculia sp.). Java. Voor huisbouw.
G. S. g. 0.54. — Ki-pantjar S. (2 Pterospermum sp.).