
■
X I V XV
Koloniaal Museum onlangs in nederlandsche bewerking uitgegeven
geschrift van R i d l e y , De Maleische Timmerhoutsoorten. ln de
hier volgende inleiding worden de gebruikte termen der houtstructuur
beschrijving en verklaard.
Baar de houtverzamelingen in het museum tegenwoordig öf
familiegewijze öf groepsgewijze zijn gerangschikt, en alle monsters
dus betrekkelijk gemakkelijk te vinden zijn, is thans de afzonderlijke
opsomming der monsters achterwege gelaten. Ook zijn
nu eenige belangrijke houtsoorten opgenomen, welke nog niet in
de verzamelingen zijn verlegenwoordigd. Het mag ook op deze
plaats wel gezegd worden, dat bij zeer vele monsters twijfel blijft
bestaan aan de juistheid der wetenschappelijke en inlandsche
namen, twijfel, die eerst door microscopische studie en onderlinge
vergelijking zal kunnen worden weggenomen, althans voor een
deel. In het bijzonder geldt deze twijfel die monsters, welke,
zonder volgnummer, in dezen catalogus aan ’t eind van elke
familie voorkomen.
Be planten families zijn thans in dezelfde volgorde geplaatst als
in de Handlei ding tot de kennis der Plora van Ned.-Indië van
wijlen Dr. J. G. B o e r l a g e .
Zooals tegenwoordig algemeen gehruikelijk is, werden als wetenschappelijke
namen die van den „Index Kewensis” gekozen; alleen
wat betreft de soorten, behandeld in genoemde „Bijdragen”, loerd
soms hiervan afgeweken, waar n.l. die namen daarin niet als
ju ist worden erkend.
Verder heb ik mij voor regel gesteld, om steeds de bronnen te
vermelden, waaruit de beschrijving en geput zijn, omdat hunne
waarde zoo nauw daarmede samenhangt.
Behalve de inlandsche namen uit onze koloniën, zal men ook
namen vermeld vinden uit Malaka en de Philippijnen. Die namen
zijn aan engelsche werken ontleend, en dus moeten ze volgens de
engelsche uitspraak worden uitgesproken. In het register zijn zij
cursief gedrukt.
In deze uitgave zijn van de meeste houtmonsters in het Kolo-
niaal Museum de soortelijke geivichten vermeld. Het bepalen
daarvan geschiedde niet door mij ; het was reeds vroeger in het
laboratorium der instelling verricht.
Behalve van de, reeds in de eerste en tweede voorrede genoemde
iverken, werd door mij nog gebruik gemaakt van de volgende:
Dr. S. H. K o o r d e r s en Dr. T h . V a l e t o n . Bijdragen tot de
kennis der boomsoorten van lava. Dl. 1—10.
S. H. K o o r d e r s . Plantkundig Woordenboek voor de boomen
van Java.
Dr. S. H. K o o r d e r s . Verslag eener botanische dienstreis door
de Minahasa.
H. N. E i d l e y . De Maleische Timmerhoutsoorten. {Bull. 27
V. h. Kol. Museum.)
.J. S . G a m b l e . A Manual of Indian Timber s.
G. P. A h e e n . Important Philippine Woods.
J. G r i s a r d et M. v. d . B e r g h e . Les Bois industriels indigènes
et exotiques.
Dr. K a r l W i l h e l m . Hölzer. (Sonderabdruck aus: die Rohstoffe
des Pflanzenreichs, von Dr. J. W i e s n e r .)
H. S t o n e . The Timbers of commerce and their Identification.
G. A. Bl it s . De Oost-Indische IJzerhoutsoorten. (Bull. 19 v. h.
Kol. Museum.)
Encyclopaedie van Ned.-Indië.
Dr. J. G. B o e r l a g e . Handleiding t. d. kennis d. Flora van
Ned.-Indië.
G. J . F i l e t . Plantkundig Woordenboek van Ned.-Indië. (uitg.
1888; ex. van het Kol. Mus., met aanteekeningen van F. S. A. d e
C l e r o q .)
Voorts van de verslagen over den dienst v. h. Boschwezen in
N.-L, alsmede van eenige tijdschriß-artikelen. Buitendien verstrekte
de Hoofd-Inspecteur v. h. Boschwezen in Ned.-Indië, de heer
A. E. J. B e u i n s m a , voor deze bewerking eenige gegevens.
Thans rest mij nog, dank te betuigen aan den Directeur van
het Koloniaal Museum, Dr. M. G r e s h o f f , voor de hulp die hij
mij verleende bij de uitvoering van dit werk, en voor zijne raad-
gevingen.
ft ■
i;F.