
f en veel voor huisbouw en
OD®“ gebezigd. Voor planken sohijnt het minder geschikt te zijn, dan
Z L f “ k“ • “ ®‘ gemakkelijk in groom hoeveelheden “
groote atmetingen te %ijgen. De bloemen worden in gehoel Jav a in de
inlandsche geneeskunde gebezigd en wel inwendig en vermeiio-d met
rfhe- t “ “ ®terk aan te bevelen, zoowel voor
reboisatie van kale berghellingen m.h.o. op irrigatie, als voor schaduw-
boom längs groote wegen. Ook om het hout alleen. K . en V. Wordt
>“ ■ I»
^edmig-hehwoi geheeten, en aldaar hard, zwaar en glan-
0 69 S r 0 7 T ö ° 0 86***' gebruikt wordt. S.g. 0.80. A.
81. Ternstroemia gedehensis T. et B. - Java.
laag'vertakt, zonder wor-
tellgsten of gleuven, met grauwe schors, die op den berg Gede (PreangerV
moet voorkomen. K. en V. S. g. 0.89 ; 0.96.
Houtkenmerken. Ternstroemia japónica Thttnb.: Hout roodachtig bruln„
matig hard, fijn. Poriën klein, talrijk, gelijkmatig verspreid. Mergstralen"
van twee soorten, weinige matig breede, korte, met telkens 4 - 6 smalle-
daartusschen. Hun afstand gelijk aan de doorsnede der poriën. Op
radiale doorsnede fraaie glans der mergstralen. Jaarringen onduidelijk. G.
82. T. japónica Thunb. (T. anenra Miq.). - Pinang-barik Banka
Sumatra, V.-Indië.
Voor huisbouw. C. S.g . 0.64—0.86. G. 0.60.
83. T. macrocarpa Scheff. — Nangpenangan Mad. Java Z. II.
nf hoog Vertakt, zonder wortellijsten, g leu v e J
W H ‘l ‘k> hard, grauw, nogal glad, weinig afschill
a n d f f t h r L r ’ a'^ diepe barsten In vruchttijd trekt de boom zeer de
vft puft • %l"Jhe. op SoZaMMm-vruchten gelijkende, oranje
tefpu h “ oranjeroode zaden neerliangen, die duidelijk
f o o m i f t d f r T ^ ' T a ft®®“ 1^0 grond onder den o om hgt dikwijls met de opengespleten vruchten bezaaid. In bloei, blad
en stam hermnert hij zeer aan Poespa S. {Schima). Ben altiide-roene
is°fn m Vha^®®'’-.^®^®'>*g groeiende boom, die plaatselijk zeer alfemeen
is en in sohaduwrijk oerwoud voorkomt. Het hout is in vrij g-roote afmetingen
te krijgen, doch over sterkte en duurzaamheid oordeeleii de
in anders verschillend. Cultuur aan te bevelen voor wegenbeplanting in
bergstreken en voor herbewouding van kale berghellingen. K. en V
84. Thea assamica Griff. (Camellia sp.). - A s s am th e e . Va-
derland ? Zuid-China en Achter-Indië. Gekweekt op Java.
o-Ptafif® boom. In de bergstreken van West- en Midden-Java
geeultiveerd om de jonge bladeren (thee). De sedert 1827 op Jav a info
o h e e n ^ b Z ' I S i f t F ®®“ ' “^® ‘*®®^‘®^
85. Overige monsters :
Schima Wallichii Chois. (Gordonia Wallichii DC.). Sapi.
S.g. 0.62; 0.79. — Bangka, Bangka-toelang, B.-samoet.l Ax-
chj'taea (Ploiarnm) sp. Sum. Zeer goed te bewerken. v.H.
S.g. 0.50; 0.59; 0.70; 0.83; 0.85. - Bangkal Daj. idem. Sum.
Geschikt voor huisbouw en prauwen. v.H. S.g. 0.64. —
Bangkal-gadang idem. Sum. Hard en fijn, goed werkhout.
V .H . S.g. 0.84. — Katjang. (Adinandra sp.). Sumatra. Lichte,
maar zeer vaste, duurzame houtsoort, geeiachtig; lengte
middelmatig. G. Van den bast worden flamboiiwen gemaakt.
V .H. S.g. 0.68; 0.75. — Keloetoem-arang. Sumatra. Voor
prauwen en meubelhout. C. S. g. 0.42. — Ki-leloh S. (2 Sau-
ranja sp.). Java. Goed timmerhout voor huisbouw. G. S.g.
1.08. — Koeloetoem-bajah. Sumatra. Voor prauwen en planken
zeer geschikt. G. S. g. 0.63. — Lemboe. (2 Gordonia sp.).
Java. Hooge boom. Het bout wordt door insecten aangetast.
v .M. S.g. 0.80. — ? Mangi-djapang. Sumatra. Voor huisstijlen.
G. S.g. 0.61. — Mrankoeli (? Merkoeli). (2Ternstroemia
hancana Miq.). Borneo. — Plempang-poetih. (2 Gordonia
sp.). Banka. Goed timmerhout. C. S. g. 0.70. — Potan, Poe-
toen. (2 Ternstroemia sp.). West-Java in de lagere bergstreken.
Groote boom. Het hout is vast van weefsel, duurzaam, en
dient plaatselijk voor huisbouw. S. g. 0.92. St. — Seroe,
Seroek. Banka, Billiton. Goed timmerhout. G. Hout voor
kielen van vaartuigen en voor rijstblokken. De hars verwekt
groote jeukte. Bit. S.g. 0.79; 0.88. — Tamasoe. Sumatra.
Tamelijk zwaar, zeer hard en sterk, fijn van vezel, licht
hruinachtig; voor allerlei werk uitnemend geschikt. G. S.g.
0.73; 0.80.
D i p t e h o c a r p a o e a e . K.enV. 5; B. I. 1.
Harsbevattende boomen. Vrucht meest zeer typisch, doordat
de kelkbuis en kelkslippen zieh na den bloei ver-
grooten en de laatste vleugelvormig worden. Deze familie
bevat vele zeer hooge boomen met goed bout. Op Java en
Celebes zijn haar vertegenwoordigers weinig talrijk, doch
B B