
B.-hoenoet. (Calophyllum sp.). Riouw. Voor huisbouw en
inasten. G. S.g. 0.76. — B.-djalai. (2 Calophyllum sp.). Banka.
Voor masthont. C. S.g. 0.64. - R.rijawpAai. (2 Calophyllum
sp.). Riouw. Goed timmerbout. C. S.g. 0.73. - B-merah.
(2 Calophyllum sp.). Molukken. Schoon meubelhout. G. S.g.
0.57. - B.-oendjam. (2 Calophyllum sp.). Banka. Goed tiim
merbout. C. S. g. 0.62. - B.-poetih. (2 Calophyllum sp.).
Molukken. Voor masten van prauwen enz. C. S.g. 0.72. -
B.-rambei. (2 Calophyllum sp.). Bast voor bedekking van buizen.
B ll - Bintangor M. Tawah Tons. (2Calophyllum sp.).
Borneo, Celebes. Voor huisbouw enz. G. S. g. 0.59. — Bin-
tangoro (2 Calophyllum sp.). Mak. Van geringe waarde. G.
S.g. 0.53. - Djindjit (2 Calophyllum sp.). Borneo. Voor
huisbouw en prauwen. G. S.g. 0.87. - Gambir-goening.
(2 Calophyllum Inophyllum L.). Borneo. In de jeugd heet
hi) kapoer-naga. Groote boom, groeit in moerassen. Hout
voor prauwen en rijstblokken. De getab, vermengd met klapperolie
en peper, is een geneesmiddel tegen schürft. Gout. -
Kandis Daj. (Garcinia sp.). Sumatra, Borneo. Hout fijn en
hard en wel geschikt voor timmerbout; wordt ook gebruikt
tot bereiding eener goudgele verf. v.H. - Kandis-bmi.
(2 Garcinia sp.). Billiton. Kleine boom; de zure vruchten wor-
den^ gegeten. Bll. — Kandis-laki. (2 Garcinia sp.). Billiton.
Klein boompje; een afkooksel der bladen wordt gedronken
by buikpyn. Bll. — Kapoeratja. (2 Ochrocarpus sp. Calysac-
cion sp.). Menado. S.g. 0.55. - Kemendjing, Kemedjing,
Medjing. (2 Garcinia sp.). Java. Voor buisbouw. G. S. g.
0.68. - Kiskisan. (2 Calophyllum sp.). Menado. S. g. 0.57. -
Manggi. (Garcinia sp.). Sumatra. Voor stylen van padi-
scburen. G. S. g. 0.93. - Meliko. (2 Calophyllum sp.). Banka.
Voor planken zeer gezocht. C. S. g. 0.84. - Miding. (2 Calophyllum
sp.). Banka. Hout weinig gebruikt; de schors tot
dekking van huizen. C. S. g. 0.65. - Minjinjim. (Calophyllum
sp.). Banka. De schors tot dekking van huizen. C. .
S. g. 1.04. - Moedjioe. (2 Garcinia sp.). Tondano. - Moen-
dai-oetan. (2 Garcinia sp.). Borneo. Groeit talryk längs de
rivieren en op de heuvels. Gout. - Moeton, Borneo. -
Ntangor. (2 Calophyllum sp.). — Geba-sageroe, Gbat-sageroe.
(Garcinia sp.). S a g o ew e e r b o u t. Molukken, vooral Ceram.
Deze boom is niet zeer zwaar. Het scbier ijzerbarde bout
van het hart, in kleur met Belo-itam {Diospyros maritima Bl.)
overeenkomende, (zijnde het spint wit), is geschikt voor
draaierswerk en kleine meubelstukken. Noode echter vellen
de inlanders dezen, overigens weinig verspreiden boom,
omdat zijne wortels een onraisbaar ingredient vormen
bij de bereiding van sagoweer of palmwijn. De wortels
bevatten, behalve een hars van eenigszins bitteren smaak,
ook veel looizuur en gom. S.g. 1.36. St. 1.01. — Pinago.
(2 Calophyllum Inophyllum L.). Sumatra’s westkust. Een
bard, sterk hout, dat niet scbeurt en in water, zoowel als
op droge plaatsen, duurzaam is. Het blijft dit echter niet,
als het bij afwisseling nat en droog is. Het levert krom-
houten, lang 4, dik 0.50 M. en wordt alleen voor scheepsbouw
gebruikt. S.g. 0.48. Z. 0.61; 0.71. — Pintangor of
Mentangor. (Calophyllum sp.). Banka. S. g. 0.54. — Tawa.
(Calophyllum sp.). Batjan. — Tjangkang of Ki-pinango,
Sum. O.K. S.g. 0.85. — Wadoe. (2 Garcinia sp.). Java. S. g.
0.34. — Wintangor. (Calophyllum sp.). Menado.
T e e n s t e o e m ia c b a e . K.enV . 3 ; B. I. 1.
Houtkenmerken. Ternstroemiaceae: Hout meest roodachtig, dicht en
fijn, weinig aan splijten onderhevig. Poriën klein, gelijkmatig verspreid,
talrijk. Mergstralen smal of zeer smal, regelmatig. Eiirya en Ternstroemia
hebben eenige breedere mergstralen tusschen de smalle. G.
Id. van Adinandra dumosa Ja ck : Mergstralen onregelmatig, vrij
breede en smalle. Poriën matig groot, niet zeer talrijk, dikwijls verdeeld,
omringd door zacht, lichter gekleurd weefsel. Bjj sommige exemplaren
zijn de poriën veel talrijker en dichter opeen. It.
D2. Adlnaiidra dumosa Jach. (A. glabra Miq., A. styl osa 3Ilq.).
— Plempang-itam Banka. Pinang-pin ang-goendik Sumatra.
Ranoe, M. Java, Sumatra, Borneo, A.-Indie, Malaka, Singapore,
China.
Hg. 12 M. stam meest krom, laag vertakt, zonder wortellijsten of
gleuven. Schors grauw. Op Jav a waarschijnlijk zeldzaam. In aequato