
constant vochtigen grond in altijdgroen oerwoud voorkomt. Het hout
wordt als te weinig duurzaam slechts bij uitzondering voor huisbouw
gebezigd. Voor reboisaties van kale berghellingen reeds door het Bosoh-
wezen aangeplant. K. en V.
Hout uitstekend voor pakkisten. Houtv. v. Braam. S. g. 0.57.
255. Xerospermuin Noronhianum BI. — Srogol S. Boeroendoel
S. Toendoen S. Ki-hoè S. ? Tjeragal-monjet, ? Eamboetan-
oetan. Westelijke helft van Java Z. I. II.
Hg. 15 M. Stam soms nogal recht, rolrond, met ondiepe gleuven,
bijna zonder wortellijsten. Schors dun, hard en bros, donkergrauw,
met barsten. De vruchten zijn kort gestekeld. Een altijdgroene, niet
zeldzame, verstrooid groeiende boom, die op constant vochtigen grond
in altijdgroen oerwoud voorkomt. Houteigensohappen onvoldoende bekend.
K. en r . S. g. 0.67. St. 0.88.
256. Overige monsters;
Capania bankensis P. et B. Plantentuin. - Parauephe-
linni (Mildea) xestophyllnm Miq. S.g. 1.07. — Batonia
littoralis Bl. Plantentuin. — Babatigo. Halmaheira. —
Hirak. S. g. 0.66 — Kajoe-belaino. — Kakoeroea. (? Tnrpi-
nia sp.). Batjan. — Kalempajan M. (2 Allophyllns sp.).
Geheele Archipel. Voor huisbouw. G. Bladen uitwendig-
tegen huiduitslag. v. H. S. g. 0.52. — Kelengan. (Harpnllia
sp.). Celebes. Voor verschillende materialen bÿ huisbouw
enz. G. S. g. 0.57 ; 0.85. — Liri. — ? Manjil. Borneo. S. g.
0.84. — Pening of Remening. Billiton, Banka. Goede houtsoort.
V. E. S. g. 1.12. — Poelas. Billiton. Kleine boom.
Brandhout BU. — Poelasi. Sumatra. Licht, zacht, en vrij
fijn; alleen voor planken gebruikt. v. H. — Poelis. (Cnpania
sp.). Banka. S. g. 0.67. — Ramboetan-rimbo. (Nephelinm sp.).
Sumatra. Zwaar, hard, lichtbruin hout, voor stijlen van
huizen. G. S. g. 0.49. — Ridan. (Allophyllns sp.). Goed timmerhout.
Banka. G. S. g. 0.60. — Tadi. (Allophyllns sp.).
Celebes. Voor huisbouw. S.g. 0.74; 0.85. — Tawan. (Po-
metia sp.). Molukken. Hooge boom. Voor huisbouw, maar
weinig geacht. C. S. g. 0.76.
257. Meliosma lanceolata Bl. v. membranacea Bl. - Ki-tiwoe
S. Kajoe-aboe M. West-Java Z. II, ? Sumatra, ? Borneo.
Hg. 12 M. Stam soms krom, soms nogal recht, meest laag vertakt,
zonder gleuven, zonder wortellijsten. Sohors dun, bros, grijs, nogal
glad, bijna zonder barsten. Eigenaardig door de '/a M. lange, rijkver-
takte, hangende, eindelingsche pluimen met ongeveer erwtgroote vruchten
en zeer lange, gevinde bladen. Een verstrooid groeiende, met
zeldzame boom, die, in constant vochtige streken, vooral in ijlgroeiende
wouden voorkomt. Het hout wordt als te weinig duurzaam, te klein
en te zwak, niet gebruikt. IC. en V. S.g . 0.27; 0.46.
258. M. nitida Bl. (31. sumatrana Hook. f.). — Ki-tiwoe S. M.- en
W.-Java Z. I. II, Sumatra, Malaka.
Ho-. 20 M. Stam nogal recht, eenigszins hoekig, met knoesten, ondiepe
gleuven en kleine wortellijsten, vrij laag vertakt. Sohors bros,
grauw niet ruw. In bloei en vruoht in het oog vallend door de groote,
rijkbloemige, witte, geurige bloempluimen, en de fraai gekleurde, kersgroote
vruchten. Een verstrooid groeiende, nogal veel voorkomende
boom, die in constant vochtige streken in altijdgroene bosschen v<mr-
komt. Het hout wordt, als te weinig duurzaam, zelden benut. Ter
proefneming aan te bevelen hij reboisatie van kale berghellingen in
'’^In* Malaka is het hout zaeht, lichtbruin en lioht. S. g. 0.48. B. 0.56.
259.
S a b ia c e a e . K.enV. 9 ; B. I. 1 .
Houtkenmerken. Meliosma: Hout zaoht tot matig hard, wit of bruin.
Poriën klein, schaarsch, in groepen of korte radiale lijntjes. Mergstralen
matig breed tot breed, op radiale doorsnede duidelijk glanzend. G.
A n a o a b d i a c e a e . K.enV. 4; B. I. 1.
Vaak met bijtend, zwart opdrogend sap, dat door zijn
scherp te zelfs gevaarlijk is.
Houtkenmerken. Anacardiaceae: Van de boomsoorten dezer familie
is het hout zeer verschillend in kleur, gewicht en hardheid. Poriën
groot, sohaarsch, duidelijk op overlangsche doorsnede. Mergstralen
donker en onduidelijk. Bij sommige soorten komen concentrische lijnen
voor. G.
Id. van Anacardium occidentale L .: Hout roodachtig bruin, matig
hard. Poriën groot, gevuld met eene mergachtige stof, duidelijk op
overlangsche doorsnede. Mergstralen smal, donker, onderbroken, onduidelijk.
G.
Anacardium occidentale L. - Djamboe-mete J. Djamboe-
monjet M. Boewa-jaki M. Wojakis Tt. Kadjoe M. Boewa-
frangi M. Djamboe-goeloe Bk. K a sjo e - of A ka joubo om .
Hit Tropisch Amerika. In de Mal.-Archipel sedert lang algemeen
gekweekt. Java Z. I. II.