
m
GE TAH-P ER T JA.
g e s c h i e d e n i s »).
b o e Î t a n f t setah-pertja viadt men in een
boek van J o h n T e a d e s c a n t uit het jaar 1656, waar ge-
, n 7 î r kan niet andera dan
td . e omstreeks h et midden der
te D opnieuw ontdekt en wel in 1843
ï f t r W- MoNTSOBEBiE. De k a t s t e
LoJde? V , '’'’°™ “ ™ “tors naar de Society o f A r t, te
nroeven genoemde vereeniging werden toen eenige
r het r , ? T “” “ “ to™ to t het beslnft,
d»t % “ etenaal een waardevol artlkel scheen te znn
kndrftbTuTkt ™ ° % ‘ “ '’° '" '''™ ™ ¿ e
i? w I “ worden.” Op eene vergadering
m 1845 maakte W il l ia h S ieh eh s voor het eerst kennis
W e e n L t a T e V breeder
¡« t ï o k e .?n ■'j r ™“ tel, bet te gebrniken voor
h e t is o le e r e n v a n te le g r a a fk a b e ls .
b ek en d °]A ^ 8 !u ^ ^ getah-pertja leverde, was toen nog niet
bekend. In 1844 zond men van Singapore een gedroogden
c u t t a ' ' - ' ' l 7 r P la n tk u n d ig e Ge ie e ith t e Calhoo
d’p n Sapotaceeen be-
^ oïde. De naam getah-pertja was door M o n t g o m e r ie mee-
D i - ' “ f-Ilu str e e rd e monographie der Getah-pertja door
L>i. Ji. UBiCH, Uitgegeven door het Koloniaal Museum.
S t o h ^ m h f T ' Î ' ® ’ inboorlingen ook den naam
L l e L f r i l Î ' ' ' ' beteekent in het
Maleisch het kleverig sap van een of andere plant.
In 1847 kwam volledig herbarium-materiaal naar Londen.
dit p ■ H o o k e r van Kew Gardens onderzocht
dit. en gaf aan den getah-pertja boom den naam van
d o o T l TZ' g e ta h -p e r tja .p la n ten v o o ra l
d o o r o n z en la n d g e n o o t Dr. W . B u eck, d e s tijd s onde rdir e c -
(vveergm. dTe lhtteratuuropgave).
De toepassingen van de getah-pertja waren sedert 1844
vri] tahijk; behalve de elasticiteit scheen toch de stof aile
g ede eigenschappen van caoutchouc te vereenigen, zonder
de nadeehge te bezitten. Het vertrouwen in de caoutchouc
^ h o k t r ^ der vulkanisatie) ge-
schokt, daar men onaangename ervaringen er mee had
opgedaan. Men maakte van de getah-pertja nu draden, buizen
schoeisel, chirurgische artikelen, men bekleedde er
nlastipT l ® de galvanop
astiek voor het maken van afdrukken. Echter waren de
V ^ k o r tP had,
van korten duur, daar het spoedig zacht worden ervan bij
hooger temperatuur vele toepassingen in den w eg stond.
Het gebruik ervan minderde dan ook weldra, evenwel
bleven vooral de hooge isolatieweerstand, en ook ket groote
weerstandsvermogen tegen zuren en andere scherpe vloeis
offen van waarde. Tegenwoordig verbruikt de onderzeesche
telegrafie verreweg het grootste gedeelte der geprodat
p Î Ï p f t zelfs zóó toegenomen,
dat er gebrek is ontstaan aan de kostbare grondstof- niettemm
.s dat gebruik gering, wanneer men het m e t dat ™
caoutchouc vergelijkt.
Dat men al spoedig de gebreken van de getah-pertia
dnn^^ri ^ i^iiji^t uit een prijsvraag, die in 1854
door de meergenoemde Society o f A r ts werd uitgeschre