van Saleljer, dat tusschen die eilanden en de gezegde landpnnten^
peen doortogt voor schepen is , zelfs niet voor kleine vaartuigcn, o>i
het, is niet gevaar vergezeld , waarom dan ook de schepen , die van
Makassar naar: de Molukkos stevenen,. de engte tusschen het Noordelijk-
ste en liet Middelste eiland of die tusschen hetMiddelste en het Zui-
delijkste doorvaren. Rondom het Middelste eiland , welks strand steil
afloopt, is het zoo diep , dat er, met een lijn van hondcrd vademen ,
gpen groud te, finden is.
BOEGIASSOF , klein eil. in Oost-Indie, tot de Molukkos belioorende,
jn de Zee van Celebes., ten 0 . van het eil. Sjauw.
BOEGINEZEN of B oegoesev , volk in Oost-Indie , op het eil. Celebes,
in de rijken Makassar en Boni. ^
Zij zijn sterk gespierd , hebbeneene middelinalige lengte en ligt bruine
kleur ; sominigen zijn zelfs zeer blank. Onder de vrouwen vindt men
schoonhedcn , wier neuzen echter eenigzins plat zijn , maar hare ijver-
.zuchten jaloerschheid, gepaardaan eene toomelooze natuurdrilt, maken
baren omgang zeer gevaarlijk. De kleeding der B oeginezen bestaat slechts
in een stuk rood of blaauw gestrecpt katoen , lietwelk zij om het lijf
en tusschen de beenen doorslaan. Hun git zwart hoofdhaar winden zij
zeer aardig in eenen rood of blaauw. katoenen doek. Behalve op het
hoofd laten, noch mannen noch vrouwen, het haar groeijen, maar plukken
het van de eerste ontkieming afaan , ingevolge hunne verhasterde ^ Ma-
homedaansche geloofsbegrippen, met wortel en al uit. Zij versieren
de armen en beenen, even boven de handen en voeten , met ringen van
dik koperdraad , waaraan de kindercn helletjes dragen.
De Boeginezen zijn in eene hooge mate moordzuchtig, wraakgierig ,
listig en verraderlijk. Zelden zullen zij hunnen vijand onder de oogen
zien , maar hem, op de eene of de andere slinksche wijze, van het leven
berooven. Daarentegen zijn zij , bij eene goede behandeling , van eene
onovertrefbare getrouwheid en toegenegenheid , waarvan velen, die als
•slaven in onze bezittingen gebragt zijn, de sterkste bewijzen gegeven
hebben. ■ .
Hunne wapens bestaan in krissen of dolken en sagaayen (hassageaye)
zijnde staken van zwaar hout , 8 voet lang en ongelijkzijdig vierkant.
T.hans echter wreten zij reeds een nuttig gehruik van de door hen zelven
vervaardigde geweren en lilla’s te maken.
ßOE.GINEZENBAAI, golf in Oost-Indie, in de Zee van Java. Zie
. BOEGOESEN, volk in Oost-Indie, op het Sundasche eil. Celebes. Zie
Boeginezen.
BORICOP , streek lands in het Land van Vianen, prov. Zuid-IIol-
land. Zie B o e ik o p .
fl B O E ji, naam, dien de Negers geven aan de plant. Nieew-Mocha , in
Nederlands-Guiana, kol. Suriname. Zie Mociia (Nieuw-).
B 0E J6 , naam, dien de Negers geven aan de plant. Zohnebeoeb ,
in Nederlands-Guiana , kol. Suriname. Zie Zonnebloem.
BOEJIM-GROMPAN , oud d. in Oost-Indie , op het Sundasche eil.
Java, resid. Batavia, op den Ooslelijken oever der Tangerang.
BOEIJINK, geh. in de haronie van Breda, prov. Noord-Braband,
Vierde distr., arr. en 6 u. W. van Breda, kant. en u. Z. W. van Ou-
denbosch, gem. Roosendaal-en-Nispen, J u. VV. van lloosendaal; met 6 h«
• en ongeveer 50 inw,, die kerkelijk onder TVouu: behooren. Hieroveris on-
derscheidene malen geschil ontstaan , hetwelk eindelijk beslist is bij een
verdrag tusschen Schepenen van Roosendaal en Scbepenen van Wouw,
den 5 November 1485 , ;aangegaan. Dit geh. wordt administratief be-
grepen onder het geh. Vinkenbroek. .
B0EIK0L0, oud geh. in Oost-Indie, op het Sundasche eil. Java, resid.
lianjoemaas, op den Oostelijken oever van de baai Segara-Anakan.
BOEIKOP, B o e ik o o p , B o e ic o p , B oeko op of B oecop , streek lands in het
Land van Vianen, prov. Zuid-IIolland , arr. Gorinchem, hant. Viu-
nen , gedeeltelijk gern. Hei.':op-en-Boeikop, gedeeltelijk gem. Schoonre-
woerd; palende'N, aan Lijde-Bolgerij en Zoude-Bolgerij , 0, aan Neder-
Zijdervelt, Z. aan Heikop , W. aan het Zederikkanaal.
Het bestaat uit twee polders 0 v e r - B oeikop en N eder -Boeikop,
en beslaat eene oppervlakte van 724 bund.
BOEIKOP (NEDER-), pold. in het Land van Vianen , prov. Zuid-
IIolland, arr. Gorinchem, kant. Vianen, gern. Heikop-en-Boeikop;
palende N. aan Lijde-Bolgerij en Zoude-Bolgerij, 0 . aan Over-Boeikop,
Z. aan Neder-Boeikop, W. aan het Zederikkanaal.
Deze pold., welke tot het dijksbestuur ’s lands van Vianen behoort ,
is in het jaar 1284 fcedijkt, beslaat eene oppervlakte van 425 bund.,
telt 50 h., waaronder 20 boerderijen , en wordt door eenen molen van
het overtollige water ontlast.
BOEIKOP (OVER-), pold. in het Land van Vianen, prov. Zuid-
Holland, arr. Gorincliem, kant. Vianen, gem. Schoonrewoerd; palende
N. aan Bolgerij , 0 . aan Neder-Zijdervelt,, Z. aan Over-Heikqp, "W.. aan
Neder-Boeikop.
- Deze pold. is groot 501 bund., en'wordt door eenen molen droogge-.
malen.
BO EIMEER, geh. in de baronie van Breda , prov. JYoord-Braband,
Vierde distr. , arr. , kant. en J u. Z. van Breda, gem. en u. ; 0 . van
sPrinsenliage, ter plaatse, waar de Bijloop , de Turfvaart en de Aa
zieh vereenigen, met 11 h. en 85 inw.
Erstond hier vroeger een klooster van Augustijner Nonnen, Vr edenb
u r g genoemd , welke naam aldaar nog in het kasteeltje Vr ed e nb ur g
en de steeen (d. i. hofsteden of boerderijen) Groot - V r ede nb u rg
en K lein-Vre d en bürg bewaard is gebleven.
BOEIMEER (GROOT-), pold. in de baronie van Breda, prov.
Tfoord-Braband, Vierde distr , arr. en kant. Breda, gem. 'sPrinsen-
hage ; palende N. aan de vestingwerken van Breda , 0 . aan de Mark ,
Z. aan den weg van ’s Prinsenhage naar Ginneken, W. aan de Aa of
Weerreis.
Deze pold. is groot 152 bund. 85 v. r. 55 v. eil. , telt 9 h., waaronder
4 boerderijen, en wordt door eene sluis van het overtollige water
ontlast. Het zoinerpeil is omtrent 4 palm boven A. P. Het hestuur
bestaat uit twee Gezworenen, van welke de eene Penningmeester is.
BOEIMEER (KLEIN-), streek lands in de haronie van Breda, prov.
Noord-Braband, Vierde d istr., arr. en kant. Breda, gem. ’s Prinsen-
hage; palende N. aan den pold. Groot-Boeimeer, en beslaande eene
oppervlakte van 62 bund. 55 v. r. 27 v. eil.
BOEJOELALI, d. in Oost-Indie, op het Sundasche eil. Java. Zie
B o d jo la l i.
BOEKAMBA, d. in Oost-Indie, op het Sundasche ed. Sumatra,
in den Menangkabausche Bovelanden.
BOEKEL, gern, in het Land van Ravestein, prov. Noord-Braband,
Eerste distr., arr. 's Ilertogenbosch, kant. Veghel (6 k. d., 27 m. k.,
1 s. d., 2 ged.); palende N. aan de gem. Uden , 0 . aan Wanroij , Z. aan