Dit dorp heeft vier uithoeken of onderhoorige buurschappen ; als
de L a n g e l o o p , H e l a k k e r , d e S c h i j v e en de Zw a r t a k k e r J
en telt daarrnede 177 h., van welke er 17 in eenen kring rondom
het marktveld slaan en Let eigenlijke dorp uitmaken. Ondcr deze zijn
er eenige , die welgebouwd zijn. Men telt er met de uithoeken ongeveer
1000 en in de kom van het d. ruim 120 inw., die hun hoofdbestaan in
den landbouw vinden; ook heeft men hier twee brouwerijen en had er
vroeger twee koornmolens , welke door het water van de Groote Beerze
gedreven werden; een dezer molens is echter den 51 Maart 1830 af-
gebrand en niet herbouwd.
De R. K. , wier getal hier 900 beloopt, maken eene -parochie ui t ,
die tot het vie. apost. van ’s Hertogenbosch , dek. van Hilvarenbeek,
behoort, en door éénen Pastoor bediend wordt. Deze parochie moest
zieh sedert de Hervorming met eene sehunrkerk behelpen , maar de oudé
parochiekerk, die aan den H. P etrus in zijne banden is toegewijd en,
oostwaarts van de huizen, afgezonderd in de akkers Staat, werd haar in
het jaar 1809 weder toegekend , hoezeer zij daarvan eerst in het jaar 1818
het hezrt heeft erlangd. Dit is een, met betrekking tot de grootte
der gemeente, tamelijk klein gebouw met eenen zwaren toren, van
klok en uurwerk voorzien en met eene läge spitse kap gedekt, die in het
jaar 1760 vernieuwd is. Deze kerk heeft dit bijzonder, dat de ruiten ,
niet zoo als in bijna alle oude kerken in lood, maar in hout gevat zijn.
De Herv., die hier ruim 70 in getal zijn , en tot de gem. van Bladel-
Hapert-Reusel-en-Netersel behooren, hebben hier mede een, in het
jaar 1821 ggbouwd, kerkje. Ook is er eene dorpsehool, die gemiddeld
door een getal van 100 leerlingen bezöcht wordt.
De landerijen van dit dorp zijn,' over het geheel genomeil, zandig,
schraal, en van eenen heiachtigen aard , maar leveren evenwel goede en
zware rogge, alsmede hoekweit, haver en veel zoogenaamde eve of ligte
haver, benevens aardappelen , spnrrie en andere groenten op. De wegen
zijn er in den zomer, lioewel zeer zandig, evenwel goed, maar in den
winter dikwijls zeer siecht.
B ladel is de geboorteplaats van den Letterkundige K arel F erdinand
N agel , geb. den 25 September 1765, f in het jaar 1825 als emeritus
Rector der Latijnsche school te Tiel.
B ladel werd in 1688 door de Fransclien in brand gestoken, ook had
het, in het jaar 1694, weder veel van de troepen dierzelfde natie te lijden.
De dorpen B ladel en R e u s e l waren in vroegeren tijd , in sommige
opzigten, wel eens onder het kwartier van Antwerpen gerekend, waar-
over hij en kort na den Munterschen vrede verschil ontstond ,
hoewel die plaatsen onder de Meijerij van ’s Hertogenbosch verbleven.
Toen echter, op den 4 Mei 1784, van wege Keizer J oseph I I , als Heer
der Oostenrijksche Nederlanden , aan de gevolmagtigden van de republiek
der Yereenigde Nederlanden te Brussel, eene memorie van eischen werd
overgegeven , werd daarbij ook gevorderd, dat de gezegde republiek
aan den Keizer die beide dorpen zoude teruggeven , als hebbende zieh
daarvan meester gemaakt, onder voorwendsel, dat die dorpen oudtijds
een gedeelte der Meijerij van ’s Hertogenbosch hadden uitgemaakt, ter-
wijl het kennelijk was, dat de Koning van Spanje die ten tijde van
den Munsterschen vrede bezat, en dat zij altijd tot het kwartier van
Antwerpen behoord hadden. Van deze vorderingen werd echter Van
’s Keizers zij d e , bij den vrede van Versailles, die den 8 November
1785 geteekend werd , afgezien , zoodat B ladel en R e n se i aan ons
gemeenebest gebleven zijn.
Jaarlijks worden te B ladel vier paarden- en bcestenmarkten gehou-
den; a ls: des Maandags voor den Zondag van vastenavond ; den tweedeil
Maandag in April; Maandag na den 15 Augustus; en den laatsten Maan-
dag in October.
Het wapen van B ladel bestaat in twee kruislings liggende gouden
sleutels op een veld van azuur.
BLADEL-EN-NETERSEL , gem. in de Meijerij van s Hertogenbosch,
kw. Kemperland, prov. Noord-Braband, Herde distr , arr. Eindhoven,
kant. Oirschot (5 k. d., 24 m. k., 5 s. d.) ; palende N. aan de gem.
Oostel-Westel-en-Middelbeers, O. aan Hoogeloon-Hapert-en-Casteren,
Z. aan de Belgische prov, Antwerpen , W. aan Reusel, en Hooge-Lage-
mierde-en-Hulsel.
Deze gem. bestaat uit de dorpen Bl ade l en N e te rse l-, benevens
de uithoeken He l a k k e r , de L a n g el o o p, de Schi jve en Zwar t -
a k k e r , beslaat eene oppervlakte van 3242 bund., telt 225 h. en
ruim 1200 inw., die hun bestaan vinden deels in den landbouw j
en gedeeltelijk door elders te gaan werken.
De R. K., die hier 1100 in getal zijn , maken gedeeltelijk de parochie
van Bladel u it, en behooren overigens tot die van Netersel-en-Casteren
en hebben in deze gem. twee kerken , eene te Bl ade l en 6ene te N e-
ter sel .
De Herv., van welke men hier ongeveer 100 te lt, behooren tot de
gem. Bladel-Hapert-Reiisel-en-Netersel, en hebben hier ¿en kerkje te
Bl a d e l .
Er zijn in deze gem. twee scholen; als eene te B l a d e l en eene te
Net e r sel .
Degrond dezer gemeente is rondom B l a d e l zandig en schraal maar
bij N e te rse l eenigzins beter. Zij levert rogge, boekweit, haver, eve,
aardappelen, spurrie en andere voederkruiden op.
BLADEL-HAPERT-REUSEL-EN-NETERSEL, kerk gem. prov. Noord-
Braband , klass. en ring van Eindhoven , met twee kerken , eene te
B l a d e l en eene te Haper t . Zij telt ruim 100 zielen. De eerste,
die men als Leeraar in deze gemeente vermeld vindt, is geweest
P. W a t e r b e ek , die in het jaar 1726 hier de dienst waarnam. Het
beroep van den Predikant geschiedt door den kerkenraad.
BLADELINGSPOLDER (GROOTE-), pold. in Staats-Vlaanderen,
prov. Zeeland. Zie B ladelijnspolder (G roote-).
BLADELINGSPOLDER (KLEINE-), pold. in Staats-Vlaanderen,
prov. Zeeland. Zie B ladelijnspolder (K l ein e -) .
BLADELIJNSPOLDER (GROOTE-) of G roote - B ladelingspolder ,
te voren ook bekend onder den naam van R o b er tu s - C rhistiaens-
P older , pold. in Staats-Vlaanderen, in het Vrije van Sluis , prov.
Zeeland, arr. Middelburg, kant. en dist. S lu is , gem. Zuidzande ;
palende N. aan den Polder van Vierhonderd-beoosten-Ter-Hofstede ,
N. O. aan den Kapellenpolder, Z. O. aan den Grooten-Lodijkepolder
en den Kleinen - Lodijkepolder, Z. aan den Olieslagersplaatpolder,
W. aan den Kleinen-Bladelijnspolder.
Volgens de kaarten van PAUwen G eldhof zouden deze en de Kleine-
• Bladelijnspolder in het jaar 1734 zijn ingedijkt, hetgeen echter blijk-
baar eene fout is, daar in het archief van deze polders eene nieuwe
verhoofding van den omlooper bestaat, welke in het jaar 1521, door
den toenmaligen PenningmeeSter , PniLiPPUS V laminck , is opgemaakt.
Meer waarschijnlijk is het , dat deze polders te gelijk met de overige
van de Wateringe van Kadzand, waarvan zij deel maken , en onder