Men heeft e r , door de liooge ligging van den grond, eene gezonde
en zuiverc lucht. Ook is de warmtegraad er niet buitengewoon ,
want zelden rijst er de barometer van I‘'ahreNiieit lioogcr dan 80°.
De grond, voornanielijk uit verschillende aardlagen van eeuwen
heugende lava of vulkanische stoffen bestaande, is zeer vrnchtbaar cn
verlieft zieh , op vele plaatsen , 5000 v. boven den watcrspiegel der zee.
De voornaamste vportbrcngselen van den grond zijn : rijst ;; Turkscbe
tarwe, ka to en , tabak, suiker, indigo en koffij. Tot bevordering
van de rijstkultuur is , in het ja ar 1856, behalve bet .lierstellen
der waterleiding van de B o g o w o n t o , naar de hoofdplaats P o e r-
w o r e d j o , ter besproeijing van - de daar omliggende vclden, nog
ondernomen bet graven Van -een afleidingskanaal. uit. de Gebang,
nabij de dessa W a w a r , te r droogmaking- van een uitgestrektmoeras,
waardoor ongeveer 1?,000 bund. land aan de rijstteelt kunnen worden
dienstbaar gemaakt.
Men heeft er een groot aantal buffels, en de bosseben strekken er
ten verblijfplaats van tijgers ,. panters , wilde zwljnen , lierten , apen en
eene groote versebeidenheid van gevogelte. Men wint er zeer gezoebte
vogelnestjes. .
BAGÖEWAN , of Bagüan , kl. eil. in Oost-lndie, in den Sundaschen
Archipel, in de Solozce, nabij de Noordkust van het eil. Börneo,
v66r de baai Labokh, op 6° 2Ü N. Br. yn 156° 25* 0 . L.
BAGOR, d. in Oost-lndie, op het Sundasche eil. Java, res. Vre-
anger-regentschappen, reg.- Bandong.
BAGOÜDE, oude naam ’ van het dorp Bodeghaven. Zie dat woord.
BAGUALA , d. in Oost—Indde. Zie Bagüela.
BAGUALA (PAS) , landengte mOost-Indü. Zie Bagüela.
BAGÜAN , kl. eil. in Oost-lndie , in- den .Sundaschen Archipel. Zie
Bagoevtav. , - ........... '
BAGÜELA ‘,'*:Bagüaia of Pas-Bagoela landengte in.' Oöst-Indie,
landv. Arnbon,->eil. Amböina y waarvan zij- d e -beide declen Hitöö: en
Leytimor vereenigt. Zij is ongeveer 10 min. gaans breed.
De orembaais y die van Haroekoe naar Ambon, of van Ambon naar
Haroeköe en de naburige eilanden wi l lenmoeten over deze -landengte
gesleept worden-,’‘ betwelk een groot ongerief is ; en bet verkeefr tus-
schen de stad Ambon en -de ;?oügenaamde. Uliasscrscbe eilanden, zeer
moeijfelijk in a a k t, ‘le-ilieer daär deze overtogt , zoo als v a n zel£ Spieekt',
met grootere vaartuigeii' niet kan plaats hebben. De Gouverneur’ Bobbert
P adbrügge , heeft dan öok reeds gedurende ;zijn bewind.,; dat, van
1683-^1687 gedunrd’ heeft; middelen beraamd, om den overtogt over
deze landengte gernakkelijk te maken , en -wilde ten dien eindn'een
kanaal doen graven; maar toen de landengte tot op een derde der
geheele breedte doorgegraven was, moest bet werk gestaakt worden,
omdat de inlanderS onwillig waren , om verder door te graven cn zieh aan
dezeh-brbeid onttrekken, onder liet ongerijiiide voorwrendsel , dat zij opder
het graven bloed ontdekt hadden. De Gouverneur-Generaal van der Capellen
wilde, in 1824‘, d itn u ttig en voor den handel hoogst belangrijk werk
doen voltooijen , e'n zond ten dien einde den Archilect Payen en een
Luitenant der pionniers derwaarts , ten einde de gesteldhcid van het
oord op te nemen , cn te onderzoeken , of er geene binderpalen bestünden,
die het werk volstrekt onuitvoerbaar niaakten. De daarop mge-
komene berigten waren- günstig, wcslialve de Gouverneur-Generaal be-
sloot de doorgraving door de liier aanwezige pionniers, met behulp
van de Javaanschc Soldaten, te doen ten uilvocr brengen. Dagelyks
moestentwee-honderd man aan de doorgraving arbeiden, enjlusdoende
het werk in den tijd van twee maanden voltooid zijn geweest. Rr
* - . * * « « , « » W f» h .b b » , dat m.».
met dit nuttige-werk een begin maaktei tsn H • • •
Men vindt er geene- nägelboomem, maar veel sago , waarvan de »nwoners
lmn bestaan vinden, r, 1 . G z. , ■ i
BAGÜELA, of B agüeia ,. dv ib* O o s t - ln d ie landv. Ambon, ed.
Amboina, bijna midden op de landengte Baguala. ,
VroeP-er moet bet een zeer aangenaamen vermakel.jk dorp geweest z.jn ,.
werwaarts men zieh na en- dan tot uitspanning begaf,. lbans is dit
echter irchecl veranderd. . , j. '
De inw. ziin Gbristenen eni,er:wonen eehigo zoogenaamde burgerS
van Amboina , die zieh hier hebben nedergezet; ook is er een scbaol-
meester gevestigd. Voorts liggea er een Sergeant en tum of. twaalt
S° Het opperboofd van dit plaatsje is een Orang-Kaja , die im het begim
der 18e ecuw het gebied hadover. 453 inw. , onder welke 119- weerbare
mannen, en 47 dati’s. . .. . , ' 0 , t
BA.1IALÄTOH8 , kl. eilt im Oöst-Indie, in den Sunduschen Archir
p e l, in de Zee van. Celebes, nabij de Oostkust van Boriieo., o io- « .ii.
T3-ö° 0 • Iü • - • fi ’ '1 • • /■, • (1/ ,■. •' ■ >
BAHNENHEIDE , geh. in hei Land van Kalkenburg , -distr:, arr. ens
u. 0. van'Maastricht, kant. en 1* ft* 0 . van Gulpeh, gem. en:.t
u. 0 . van Wittern.
BAHOE , T aw iw sg - B ahoe , kaap in Oost-Indß, op het Sundasclte
eil. Sumatra, aan de oostkust van dat eiland, even beuoordem da
Straat van Bangka. . ' : .G . „ , „ , , . ,.
BAHR, B a a r of B a k u , buurseht in- het graafsch. Zutphen, in de
Bannerij van Bahr-en-Lathurn, prov. Gelderland, a rr.„ , bw. , distr.r,.
en 44- u. Z. ten W. van Zutphen, kant, en l f u. Z. W , van Doesr-
borqh l fiem. en 1 u. W. van Angevloo in eene-vni.chtbare landouw ;
met 170 inw., van welke de Herv, tot de gern, Bahr-en-Lalhwn* en
de’ R. K. tot de statie; van Lathum behoo»en>: ¡Vroeger beett.
hier, ook ;een kasteel van denzelfden naam- gestaan; (Zie :bet voB
{'•ende art.). ! i, . ■
Eerst maakte B a h r eene^ afzonderlijke heerl', mt ^ vyelker eigenaars
in o-root aanzien stonden ; zelfs; vindt men, in bet Stedelijk archiel. _v.4n
Zutphen een5 vonnis ,; te Bahr, als : zijnde ivröegeiv.eejie- heerlijkheid
met eigen regt geweest , tegen eeiiige beidens geveld ,.d a t daarom te-
meer opmerkmg verdient, omdat een dfer schuldigen tot de zon
derlinge straf verwezen werd., dät hem de- mönd zou.de’. ojiengesne-
den. Worden«. - B a r t i i o e o b e u s v a s B a h r was’ getuige ' van O t t o vav-
G e l d e r , , baj de Privilegien, in .129.0 aan Zutphen- gegevep, en
J ona n , Heer -van Bahr, getuigel van Graaf R e n a l d r bij de Privilegien
aan Zutphen in 1524 verleend;. .terwijl F r e d e r i k - , Heer van Mahr,
zieh , in 15ol , met Jonkhcer E d u a r d v a n G e ld e r . , tegen den Hertog,
verbond , . en in 1536 in een gevecht bij den Vrijenberg, omtrent
Loenen , sneuvelde. Het scliijnt, dat liij sleßhts eene dochter nauet,
die getrouwd was met Heer D i r k v an Z u y l e n , Ridder., Heer van A n holt,
uit welk huwelijk drie dochters gesproten zijn, van welke de
oudste, E l i z a r e t r , de beerlijkb. B a r r overbragt aan hären man,.
D i e d e r i k , Graaf van Meurs, met wien zij reeds in 1559 gehwwd w ns.
Haar kleinzoon , W a l r a v e n v a n M e ü r s , den 5 October 1331 als Bis-
schop van Munster overleden zijnde, heeft die , vermoedelijk bij testament