spa
fsSilws mm
jjiÈRG Op Ceylon verzameld. De Halmen zyn "VI.
maar één of twee Duimen hoog en korter dan
de Blaadjes, die Grasachtig dun en fmal val- Hoorn*
Hén j ros wordende door den óuderdorm Het
Kroontje j dat uit rappige Aairtjes beftaat,
heeft doorgaans een vier-, zelden drie of vyf>
bladig OmWindzei, veel langer dan hetzelve.
( io ) Cypergras met de Halm driekantig, naakt ,* cpei-uè
het Kroontje tweebladig , enkeld, driedee■> difformw,
lig, van jpits gepunte Aairen, de mïddelfte 0n8ely&»
ongefleeld.
Het Vasfumho-Curty dér MalaBaaren, van Plü-
xenet, komt met deëzë bepaaling geenszins
Ovërèen, als hebbende een driebladig Om-
windzel vahbyna gelyke Blaadjes. Nader zoü
men dan hier, met den Heer R o t t b ö l l ,
betrekken künnen, dat fraaije Kormandelfche
Cypergras van dien welfden Aüthenr i ’t welk
dé Plüim Uit zagte Aairtjes famengéllelclheeftt
Want deszelfs Omwindzel is tweebladig, en een
Weinig ongelyk, doch zodanig niet, dat meö
’er de befchryvirig van den Heer M ü r r a ï op
kan toepasfen (*)» De Afbeelding van gedagten
O1) Cijperus Cülirio triquetro niido , Umbella diphyllt
iimplici trifida &c. Am. Acad. IV. p. 303. Gramen Cyperoi-
dés elégans &’c. P luk. Amalth. T. 317. f. 5. Rottböll.
p. 24. T. 9. f. 3. Pluk. Alm. T, 192. f. 3.
(*) Involu'crum dipliyllum, Föliolo altero longisfinjói
■ Syjl. p. 83.
E §