In Virginie groeit dit Gras, dat dunne Hal-
men heeft, en boven een Buikig Blad, van m.
langte als de Pluim, die uit gepaarde eenbloe-
mige Bloemfteeltjes beftaat. De end-Baardjes
der Blommetjes zyn van langte als de Steeltjes.
(7) Kwispelgras met verbreede Vliezige Steeltjes.
nacea.
Vliezig*
Door den Heer LoEFLiNGis deeze Soort
in. Spanje waargenomen, die een gladde Draadachtig
dunne Halm heeft, met eene Tros van
eenbloemige platte Steeltjes. Plet eene Kelk-
Klep'je is van langte als het Zaad, het andere
korter, het Bloembaardje een weinig langer
en bogtig: het uiterfte Bloempje, op één naa,
ongedeeld.
Deeze Soort zou, volgens den Ridder, ook
aan de Kaap der Goede Hope voorkomen ,
doch daar van fchynt die te verfchillen, welke
de Heer N. L. B u r m a n n u s Afrikaansch
Kwispel-Gras tytelt ( f ) , en waar toe zyn Ed. de
Afbeelding van Plu renet Phuis brengt,
welke by L i n n -zEUs twyfelachtig betrokken
is tot de volgende Soort.
(8) Kwis-
/ . . . .
tras. Sp. Ttant. 5. Andropogon Folio fiiperiore Spatha-
ceo &c. Gron. Vtrg. 133.
(p) Stipa Fedicellis' diktatis Membranacèis. Sp.
Plant. 6.
(D Stipa, Africana. Burm. F l, Gap. Frodr, 3,