47a Z es Ma n n I oe
aS bü, ten’ teveren hier alleenlyk Uit» het Geflagt
lV.
.Hooin*
van
STUK..'
O r y z a . Ryst.
Een Gewas , waar van het Graan , in de
Noordelyke deelen van Europa , bekender fs
dan de Plant of Bloem: zo dat ook de groote
Kruidkenner T ouknefort die niet in Afbeelding
gebragt, maar flegts de Zaadpluim,
met het gebaarde Zaad, vertoond heeft. De
Bloem zelfs fehynt tot in het vaorfte deezer
Eeuw niet regt bekend te zyn geweest; alzo
*er de Ouden geen duidelyk gewag van maa-
ken (*}. Mooglyk was de Italiaan Michemus,
in den Jaare 1729, wel de eerfte, die
dezelve in Plaat vertoonde; waar door de hoedanigheid
der Vrugtmaakende deelen aan L in-
ileus bleek. Immers de groote B oerh a a v e
verklaarde, niet lang te vooren , dat hem,
aangaande de Bloem der Ryst, niets zekers
voorgekomen was. Thans weeten w y , dat
dezelve zodanig is , als hier voor, op Plaat
LX XX VII, wordt vertoond en in de be-
fchryving van Fig, 2 6 , zeer omftandig, aan-
geweezen. Sommigen twyfelen echter, of
ook de Bloem uit twee Blommetjes beftaa.
De
(*) Bauhinus getuigt ’er ran.‘ , , Wy hebben de Bloe-
ü men niet waargenomen, die men zegt paarfch te zyn
als in de Geerst , brengende te gelyk Bloemen eij
' 3, Zaad voort.” Theair. p. 48,0.
m
De Ryst zou, zo fommigen willen, natüur- VI»
lyk in Ethiopië voortkomen. Zy groeit in A jy^E>
de Moerasfen van Oostindie, zeid onze Rid- Hoorn-
der toen hy den Cliffortfen Tuin befchreef.ST^ ‘
Zou hem diestyds onbekend zyn geweest dat
dit Graan in Noord-Amerika en het Milanee*
fche zo wel groeit en gebouwd wordt, als in
Oostindie ? Met meer reden hadt hy kunnen
zeggen, dat het de voornaamfte Spyze is der
Chineezen, Japanners en Indiaanen, vervullende
aldaar de plaats van ons Koorn.
’t Gewas ( i j , veel zweemende naar dat van I. ,
Tarw of Gerst, heeft dikker en ftyver Hal - fatim.
men van één of anderhalf Elle hoog, met Rirstf
breede, Rietachtige Bladen , die de knokkels
der Halmen Scheedachtig omvatten. Aan den
top fpreidt de Halm zig uit in eene Pluim,
digter dan die van Haver, en eenigermaate ge-
lykende naar Geerst, yler dan die van Panik-
Koorn. Zy is in Takjes verdeeld, die over-
hoeks bezet zyn met kort gefteelde Bloemen,
wier Kelkje zeer klein is, maar het Blommetje
uit twee ruige Klepjes beftaat; het éêne
lang gebaard , als voorheen in Plaat vertoond
'is,
( 1 ) O r y z a . Syft. Nat. X I I . G e n . 443. Meg. X l l l . G e n .
448* p . 283. T ournf. Injl. 5 13 . T . 296. C . B . Pin. 24 .
Theatr. 479. Cam. Epit. 192 . Dod. Tempt. 509. Lob. I c.
-38. Catesb. Car. I . T . 1 4 . .S ee. Vog. I . B a n d . T» 28.
Mich. Gen. 35. T . 3 1 . H. Cliff, 13 7 . Mat, Med., 174. R .
Lttgdb. 58 Boerh. Lugdb. I I . p. 160.