R e g i s t e r .
Scheuchzeria. • 478 , Tripfacum. 7
Schcenus. 43 Triticum.
Scirpus. 84 Typha. ,
Secale, 39l U.
Seliirpa. H È r . 614 Uniola. .
Sparpanium. 491 X.
Spihifex.
Stip a. *
561
3 2 7
Xy ris. ♦
z .
T. Zea. ♦
T'hemeda. 6i j Zizania,
{'Triglochin. 481 1
507
414
486
208
41
493
547
B Y V O E G Z E L.
• By den loffelyken Oeconomifchen Tak onzer Hollandfche Maat-
fchappye te Haarlem, In den voorleeden Jaare x78x, de Zilveren
Medaille en 8 Oukaaten uitgeloofd zynde-, aan den genen
die Middelen aan de hand zou geeven, om de Bouwlanden te zui
'weren van het zogenaamde V o g e l g r a s ; heb ik my, hetzelve in
onze Provincie niet kennende, en by naame nergens aangetekend
vindende, noch by inlandfche, noch by' uitlandfche Kruid-
lefchryvers; daar over geïnformeerd by den beroemden Hoog-
leeraar > den Heef D. de G o r ter , thans [te Zutphen iri Gelderland
woonende f die de goedheid hadt, my , na onderzoek- dienaangaande,
te berigtën: dat de naam aldaar by ’t Gemeen zeerwel
bekend is , als zynde het een groot Onkruid, voornaamelyk
onder de Boekweit, geevende wit Zaad. Sommigen , zegtzyn Ed.,
noemen het ook Vogelzaad, anderen Vogelvoet. Onder deezen laat-
ften naam is een Gewas bekend, doch dat behoort niet tot de
Gras - Soorten. Voorts verneem ik, dat het Vogelgras omftreeks
„Doorn en Driebergen, en elders in ’t Sticht van Utrecht, ook
veel in ’t Koorn groeit, zynde een lang opfchietend Gras, met-
den Top wel wat naar dien van Riet gelykende; zo zwaar, dat
het Koorn, waar om heen het Gewas zig flingert, daar door
naar beneden getrokken wordt. Deezen Zomer zal wel door ge-
dagten Hoogleeraar onderzogt worden, welke Soort van Plant
dit zy. Ik heb inmiddels, om dat men het in dit Stuk niet te
vergeefs zou zoeken, zulks hier ten dienfte van ’t Algemeen'
willen aantekenen,