A f d e e u f r ) Kleefgras met eene langwerpige famenge-
VII. kropte Aair.
Hoofdstuk.
V. Op Jamaika en elders in de Westindiën,
c*eeze Soort, na den Regentyd, over-
Stekelig. vloedig , zegt Sloane, die aanmerkt, dat
de Aair wit zy of rood. Naar die van het
Panïk-Koorn gelykt zy eenigermaate, doch
verfchilt door de groo'te ftekelige Bloemen.
Michelios heeft ze , wegens die gelyke-
nis, Panicaftrella getyteld.
Tfibt ^ ^Ieef§ras met een gedopte Aair , de Frou-
Udes. ‘ welyke Kapjes Kogelrond kromdoornig rum
Minky- . S
terig. '
De Bloemhoofdjes gelyken in deeze Soort,
zo wel als in de voorgaande , eenigermaate
naar de Zaadhuisjes van ’t Kruid dat men ’des-
wegen Minkyzers noemt of Waternooten.
Michelius onderfcheidt deeze door een
dunne witachtige Aair. Sloane noemtze ,
Stekelig of Gedoomd hurkend Zee-Gras met
een langere Halm en ruuwer Aairen. Onder
de
(5) Cenchrus Spica oblonga conglomerata. Sp. Plant.
4. R. Lugdb. 72. S c h r e b . Gram. T. 23. f. 1. Panica-
ftrella Amer. major annua , Sp. laxi purpurascente.
M i c h . Gen. 36. Gr. Americ. Spici echinati, majoribus
Locuftis. P l u k . Alm. 1 7 7 . T. 9 2. f. 3. Gr. Echin. ma-
Xim. Spica rubra. S l o a n . gfam. 30. Hift.l, p, 108.
f6) Cenchrus Spica glomerata j GIumis f'oemineis
gtu-
G r a s p l a n t e n . COJ
de Doornen zyn de Hoofdjes met Wolligheid VI.
begroeid. . Het valt aan de Zee-Kust van Vir- ^ in *
ginie en is een jaarlyks Gewas, als het voor- ^ oofd-
gaande.
(7) Kleefgras dat de Aair met Borfielige Om- v il.
' o--- ----- a o * * 2a
windzeltjes
bloemig zyn
heeft , die kanthaairig en vier-
Kanthaairig.
Aan de Kaap der Goede Hope vondt de Heer
K o e n i g , aan de kanten der Akkeren en in de
Duinen, dit Kleefgras , dat een opftygende
gladde Halm heeft, van dikte als een Draad,
een Span lang, gewricht, met geboogen Knietjes.
De Bladen waren als van gemeen Gras;
de Aairen rond, als een Vinger maar korter,
met overhoekfe Hoofdjes van vier Bloempjes,
in een Omwindzel als geheel uit Baardjes
beftaande, bruin van Kleur*
mPmI
§ 1
i j l
(8) Kleefglobofis
muricato«Ipinofis hirfutis. Sp. Plant, 5. Cenchrus
Cap. Spino tomentofis. G r o n . Virg. 160. Panicaftrella
minor annua, Spici angufti alblcante. Gr.
Marit. Echinatum procumbens &c. S l o a n . §fam. 3 0 .
I. p. io8> T. 65. f. i. Gr. Tribuloides Spicatum
maximum Virginianum. P l u k . Alm. 1 7 7 . M o r . S . 8 .
T. 5- f- 4-
(7) Cenchrus Spica Involucellis Setaceis Ciliatis c^ua1*
(Srifloris. Mant. 302.
im m
H